Uit de Voorjaarsnota blijkt dat de overheid 122 miljoen euro heeft uitgetrokken om oudere Surinaamse Nederlanders een eenmalige uitkering te geven voor hun ‘AOW-gat’. Het kabinet noemt deze eenmalige uitkering een “gebaar van erkenning”.
De Tweede Kamer heeft 23 mei j.l. echter wel tégen een motie van de SP/PvdA gestemd, die tot doel had een zogenaamde “Backpay-regeling” in te stellen voor weduwen van overleden Nederlandse ambtenaren of militairen uit voormalig Nederlands-Indië. Er zou ook nog gestemd worden over twee andere voorstellen om de slachtoffers van de Japanse bezetting tegemoet te komen, maar die stemmingen werden op aandringen van de Kamer met een week uitgesteld.
Salaris en soldij
Deze Backpay maakt onderdeel uit van de zogenoemde “Indische Kwestie”; een verzamelterm voor het nu al jaren uitblijvende rechtsherstel van diverse bevolkingsgroepen uit voormalig Nederlands-Indië. Een onderdeel van de Indische Kwestie zijn de niet-betaalde salarissen en soldij van voormalig (Nederlands-Indische) ambtenaren en militairen voor hun dienstperiode tijdens de Tweede Wereldoorlog in voormalig Nederlands-Indië. Het gaat hierbij veelal om onder meer Molukkers die in de toenmalige KNIL hebben gediend. Ook in hun paspoort stond destijds de term ‘Onderdaan van het Koninkrijk der Nederlanden’, maar kennelijk zijn zij dus minder ‘onderdaan’ en kunnen klaarblijkelijk van overeenkomstige rechten worden ‘ontdaan’.
Surinamers
Vanaf 1945 kwamen veel Surinamers naar Nederland om te studeren en omdat Nederland hen betere carrièreperspectieven bood dan Suriname, bleven zij hier ook vaak. Tot de jaren zestig waren de meeste Surinamers in Nederland dan ook meestal hoogopgeleid en werkten daarna in ons land als artsen, advocaten en dergelijke. Vanaf 1965 arriveerden ook meer laagopgeleide Surinamers in Nederland die probeerden een baan te vinden, ook de uitbreiding van de verzorgingsstaat – Nederland kende in die tijd hoge uitkeringen die vrij makkelijk werden toegekend – lokte Surinaamse migranten naar Nederland. Dat had veel – zoniet alles – te maken met de rond die tijd gestarte oproepen over de Surinaamse onafhankelijkheid; veel Surinamers zagen de bui al hangen.
Het grootste aantal kwam dan ook naar Nederland rond de onafhankelijkheid van Suriname in 1975. In totaal zouden tussen 1970 en 1980 zo’n 300.000 Surinamers emigreren naar Nederland – dat was ruim een derde deel van de Surinaamse bevolking. (!) Met het oog op de uitbreiding van de inreizigers uit o.a. Suriname, werd de ‘Bijlmermeer’ gebouwd, een soort van ‘modelwijk’ naar een concept van Le Corbusier.[1] De Bijlmermeer is inderdaad een ‘modelwijk’ geworden, maar dan anders.
De Surinaamse gemeenschap in Nederland telde in 2008 volgens het CBS 335.779 leden. Ter vergelijking: in Suriname zelf woonden in 2008 475.996 mensen. Met andere cijfers: meer dan 40% van de Surinamers vertrok uit het land op grond van economische en financiële motieven.
Onredelijk
Het is bepaald onredelijk om nu de ene bevolkingsgroep wel (deels) te compenseren en de andere niet. Daar komt nog bij dat de oudere Indische Nederlanders veelal een achtergrond hebben waarin zij Nederland dienden als militair of burger-ambtenaar, iets wat van de gecompenseerde Surinamers doorgaans niet gezegd kan worden. Het kan heel goed zijn dat de compensatie voor de Surinamers vanuit een soort ‘woke-syndroom’ m.b.t. een slavernijverleden tot stand is gekomen, maar de nog levende voormalig KNIL-militairen hebben toch warempel wel wat meer klappen opgelopen dan de huidige generaties Surinamers. Voor de Molukkers werd destijds geen ‘modelwijk’ opgebouwd. Zij werden als berooide en ontheemde groep met gezinnen tegelijk in barakken gezet en moesten de kosten van overtocht, huisvesting, kleding en voedsel zelf maar zien te betalen. Voor hen was er geen AZC of bed-bad-brood regeling. Achteraf hadden zij zich beter in Lampedusa kunnen aanmelden teneinde door partijleden van CU of D66 naar Nederland te worden vervoerd voor een gratis gestoffeerd huis en van alle elektronische gemakken voorzien.
Het is een grof schandaal dat deze mensen niet ruimschoots worden gecompenseerd en de politici van de blunder-elite die tegen de Backpay regeling hebben gestemd, kunnen hun gezicht met goed fatsoen niet meer op straat laten zien; zij zouden door het riool naar hun werk moeten kruipen.
Of maken dat ze wegkomen. Dat is eigenlijk nog beter.
[1] Le Corbusier was een Frans-Zwitserse architect en stedenbouwkundige.
Klopt…..Fatsoen moet je doen!
De pluchklevers in Den Haag zijn van de meest elementaire fatsoensnormen los geraakt.
Het zijn tokkies met een stropdas, dus tuig.