In toenemende mate ontstaat in ‘de politiek’ ruimte om de samenleving nog slechts open te stellen voor mensen die ofwel zijn gevaccineerd tegen COVID-19/SARS, ofwel degenen die ervan zijn genezen – de zogenaamde ‘2G-samenleving’. Dat raakt aan de vrijheid van de burgers op het essentiële terrein van de onaantastbaarheid van het eigen lichaam, respectievelijk het zelfbeschikkingsrecht.
Een individu is vrij indien hij of zij invulling kan geven aan het eigen leven op een wijze die hem of haar het beste lijkt. Die vrijheid betekent ook dat men vrijwillig kan kiezen daarvan geen gebruik te maken en lichaam en geest ten dienste te stellen aan wat een ander goeddunkt. Sommigen doen dat naar goeddunken van bijvoorbeeld een echtgenoot/echtgenote en weer anderen gedragen zich conform de eisen die (naar zij zelf menen) zijn te distilleren uit religie; de gedachten en opvattingen van degenen die ver voor onze tijd leefden. De vrijheid om daarvoor te kiezen, nog los van het feit of dat wel zo verstandig is, staat iedereen ook vrij.
Anders wordt het wanneer men gedwongen wordt iets te doen, bijvoorbeeld huwen met iemand die men niet zelf kiest, of verplicht deelnemen aan een religie waarvoor men in volledige vrijheid nooit gekozen zou hebben. Dat laatste komt regelmatig voor, bijvoorbeeld met nog niet oordeelkundige kinderen of jong-volwassenen en ook het eerste – gedwongen huwelijken – komen regelmatig voor, met name in premoderne culturen. Ruwweg kunnen we stellen dat het ontnemen van individuele vrijheden – het verhinderen van een individuele keuze – een nogal premoderne aanpak van een samenlevingsvorm is.
Van landen, waar de in de inleiding genoemde ‘2G-samenleving’ van overheidswege wordt opgelegd, kunnen we zeggen dat zij een premodern middel toepassen in een (voorheen?) modern land onder modern opgevoede en behoorlijk goed geschoolde mensen. Ook kunnen we ons afvragen in welke mate de bevolking gekozen heeft voor een leidinggevend gezelschap dat zichzelf in staat stelt dergelijke maatregelen te nemen. Wie vrij is en wil blijven, zal namelijk niet gemakkelijk kiezen voor leiders voor wie die individuele vrijheden niet meer gelden zodra zij aan de macht zijn. Potentiële leiders die, eenmaal in de positie van heersende macht verkerend, die individuele vrijheden toch in willen perken, zullen daarbij een doel hebben en dus ook een strategie. Bovenal moeten zij listig opereren om in die positie van heersende macht te kunnen komen.
De 2G-samenleving die, althans op het terrein van de politiek – de heersende macht, snel aan populariteit wint, is echter een keuze die van langere duur is dan de COVID-19/SARS epidemie zelf; het overschrijdt de horizon van deze pandemie. Deze epidemie roeit de mensheid absoluut niet uit en er is weinig reden, behalve een praktische[1], om de maatschappij met verstrekkende maatregelen zoals 2G of 3G op te zadelen. Vrijheid echter, is voor iedereen, gevaccineerd of ongevaccineerd.
2G of 3G is een heel slecht idee. Als het Europese Hof nog iets gelegen is aan de alom geroemde ‘rechten van de mens’, dan is dit toch minstens een terrein waarop zij nu landen tot de veelgeroemde Europese orde roept. Landen die hun kerntaken, zoals o.a. de volksgezondheid, nog steeds niet op orde hebben gekregen of doelbewust hebben afgebroken (zoals in Nederland), behoren gewoon in een tribunaal veroordeeld te worden. Daar heeft de burgerij recht op, want op het moment van de eigen keuze – in het stemhokje – moest er worden gekozen op een valse voorstellingen van zaken.
Er moet bestraft worden wat al sinds Cain strafbaar wordt bevonden.
[1] N.l. de tot op het bot uitgeklede gezondheidszorg; nota bene een kerntaak van de overheid.