Afghanistan volgens Snouck

Veel veteranen zullen gemengde gevoelens hebben, nu de talibanstrijders met opvallend gemak naar Kaboel optrokken, na een gehaaste Amerikaanse terugtrekking uit Afghanistan. Dat geldt voor de Nederlandse veteranen en zeker voor de Amerikaanse veteranen. Nederlands’ beroemdste islamoloog, Snouck-Hurgronje, wist al aan het einde van de 19e eeuw hoe je een teveel aan religieuze (islamitische) invloed op politiek en maatschappij aanpakt.

Het staat vast dat de internationale troepenmacht, die naar aanleiding van de aanslagen van 9 september 2001 aanvankelijk werd opgeroepen om in de hopeloze Afghaanse samenleving op zoek te gaan naar terroristenleider Osama bin Laden, in de aanvankelijke opzet is geslaagd. Bin Laden werd inderdaad gelokaliseerd en over de kling gejaagd, maar dan wel in Pakistan. Normaliter zou daarmee de kwestie naar tevredenheid zijn afgehandeld, maar kennelijk zag de internationale gemeenschap nog mogelijkheden om die falende (islamitische) Afghaanse samenleving naar betere tijden te loodsen. Als we de beelden zien, dan valt meteen op dat dit klaarblijkelijk totaal niet is gelukt. Dankzij de islam is Afghanistan nog steeds een weergaloze chaos, vergelijkbaar met de hel van Dante. Ondanks dat Nederland tussen 2006 en 2010 meer dan twee miljard euro stak in de missie naar Afghanistan en dat bij die missie 25 Nederlandse militairen de dood vonden.

Terwijl de taliban in hoog tempo oprukten naar Kabul, bekeek onze Minister van Defensie op haar gemak een film in de bioscoop en bleek na afloop erg onder de indruk te zijn van de ‘vergeten’ Slag om de Schelde. Op 3 juni nam een ruime meerderheid van de Tweede Kamer een motie aan waarin zij vanwege de toen escalerende situatie in Afghanistan werd opgeroepen om de tolken en hun gezinnen onmiddellijk in veiligheid te brengen. Daar is het, mogelijk vanwege andere bezigheden zoals bioscoopbezoek, nog niet van gekomen en klaarblijkelijk is ze die slag in Afghanistan helemaal ‘vergeten’. Ook onze Minister van Buitenlandse Zaken vraagt zich kennelijk nog af ‘wie zijn die mensen eigenlijk’.

Hoe dan ook; de Afghanen zijn sneller door de formatieperiode gekomen dan Nederland.

War on Terror

De aanslagen op 11 september 2001, vaak aangeduid als 9/11 en wat het begin markeert van ‘The War against Terrorism’, omvatten een viertal terroristische aanslagen die op de ochtend van dinsdag 11 september 2001 door middel van gekaapte passagiersvliegtuigen in het noordoosten van de Verenigde Staten werden uitgevoerd. Op deze datum boorden zich twee vliegtuigen in de Twin Towers van het World Trade Center in New York en een ander vliegtuig in het Pentagon, in de buurt van Washington D.C. Een vierde vliegtuig stortte neer in de buurt van Shanksville (Pennsylvania). De twee aanslagen op het World Trade Centre werden uitgevoerd door een Egyptenaar, zeven inwoners van Saoedi-Arabië en twee uit de Verenigde Arabische Emiraten (VAE). De aanslag op het Pentagon werd uitgevoerd door 5 mannen met de Saoedi-Arabische nationaliteit en de crash in Shanksville werd veroorzaakt door een Libanees en drie Saoedi-Arabiërs.

“Saoedi-Arabië bleef
opvallend genoeg,
buiten schot”

Het is, als we het voorgaande overzicht van nationaliteiten in acht nemen, opvallend dat de hoofdleverancier van aanslagplegers Saoedi-Arabië (maar liefst 15 terroristen), compleet buiten schot is gebleven. Ook de Pakistanen, die Bin Laden en zijn bende klaarblijkelijk onderdak boden, hebben tot dusver geen centje pijn gehad. De werkelijke oorzaak van de problemen, namelijk een religie die zich institutioneel meester had gemaakt van nationale politiek en legers in diverse landen, werd ongemoeid gelaten en dat is de cruciale fout die werd gemaakt.

Snouck Hurgronje in Ned. Indië

In februari 1891 werd de internationaal vermaarde islamoloog Christiaan Snouck-Hurgronje uitgezonden voor een opdracht in Atjeh in Nederlands Indië: “verduidelijking van den godsdienstigen toestand aldaar, die zooals men weet met den politieken toestand innig is samengeweven”. Snouck ontrafelt al snel de rol van de islamitische geestelijkheid, het ‘volkskarakter’ van de Heilige Oorlog en het succesvolle ronselen van “heetbloedige elementen, belust op krijgsroem en in het geval van eenen krijg tegen kafirs (ongelovigen) ook door hunne ouders niet te weerhouden van het naar aller opinie vrome werk”. Dat de radicale schriftgeleerden politiek in het zadel zijn geholpen, verwijt Snouck vooral de Nederlandse politiek en legerleiding. Volgens Snouck destijds, “Verkeeren wij dus, bij het innemen eener beperkte stelling, in de positie van den aan de ketting liggende aap die door een aantal knapen zonder veel gevaar voor hun welzijn tot dolwordens toe geplaagd kan worden, de kampongbewoners om ons heen hebben zoowel de beten van den aap als de steken zijner belagers te duchten”.

De eigenlijke daders slaan

Snouck doet vervolgens een aantal aanbevelingen. Het leger moet de geestelijkheid en andere opstandelingenleiders ‘zeer gevoelig slaan’, waarbij de gewone bevolking zo veel mogelijk moet worden ontzien. Nadat deze ‘tuchtigingen’ het vertrouwen in de macht van de Nederlanders hebben hersteld, is het tijd om hun heilzame bedoelingen bij de bevolking onder de aandacht te brengen. Daarvoor moet dan wel flink worden geïnvesteerd in landbouw, nijverheid en handel. Dit zou uiteraard een kostbare zaak worden, omreden waarvan het beleidsadvies van de ‘adviseur voor Oostersche talen en Mohammedaansch recht’ in Batavia dan ook met waardering werd begroet, om vervolgens gewoon in de archiefkasten te worden opgeborgen.

In Afghanistan is opnieuw verzuimd om de toenmalige adviezen van Snouck om te zetten in daden. Niet de ophitsende imams werden opgepakt en publiekelijk berecht, want ‘religie’. Er werd niet na 5 jaar bijvoorbeeld, een leerplicht ingesteld voor kinderen, álle kinderen, jongens en meisjes. Er werd geen werk gemaakt van het bestrijden van analfabetisme en de algemene ontwikkeling onder Afghaanse burgers, teneinde de islam te doorzien als een abjecte ideologie met machtsbeluste terroristen op de hoogste posities.

De islamitische clerus, de eigenlijke daders achter de rampspoed die de islam voortbrengt, werden ten onrechte ongemoeid gelaten. Terwijl precies daar het probleem zit. Dat wist Snouck al en het is een schande dat de archieflade waarin zijn bevindingen zijn opgeborgen, niet allang is opengemaakt.


Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

1 Reactie
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
koddebeier
2 jaren geleden

Hersenloosheid viert hoogtij, regering na regering, politici hebben zo’n enorme plaat voor hun koppen dat ze het nooit zullen leren !!