Deel 2: Twee zones, drie zones, zeven stappen, een shariastaat?

 

We hebben in het vorige deel gezien dat Machteld Zee in haar boek ‘Heilige Identiteiten’ 7 stappen onderscheid die samen de ‘middenweg’ vormen zoals door Al-Qaradawi in de 90-er jaren van de vorige eeuw publiek maakte. Wie dat stappenplan er nog eens bijpakt, ziet 3 strategieën opdoemen, namelijk een min- of meer heimelijke nadering (besluipingstactiek), guerrillatactiek en, na het verwerven van overwicht, de frontale confrontatie. Die strategieën zijn uiteraard niet bedoeld  voor consumptie op de thuismarkt van de islam (Huis van de Islam) maar voor gebieden die nog onder de knoet van de islam moeten worden gebracht (Huis van de Oorlog of Huis van de Ongelovigen).

Afb: screenshots Youtube

Afb: screenshots Youtube

De eerste vraag die we ons kunnen stellen, is of een religie wel dergelijke strategieën voert. Meestal niet, maar de islam vormt toch een specifieke uitzondering. We nemen een bekend voorbeeld: draait er een theepot rond de zon, ergens tussen Mars en de aarde? De Britse filosoof Bertrand Russell vond dat bespottelijk en even onwaarschijnlijk als dat er een God bestaat. Dergelijke stellingen zijn weerlegbaar of niet weerlegbaar, meer keuzes zijn er niet. De door Russel geponeerde stelling is inmiddels een klassiek voorbeeld van een onwaarschijnlijke stelling, maar sinds de expedities door ons zonnestelsel is die stelling zelfs controleerbaar geworden. Die theepottheorie is toetsbaar en we weten waar we moeten zoeken en ook waarnaar. Dat is van een andere orde dan de al of niet controleerbare illusies die een godsdienst verspreidt. Die betreffen vooral zaken die niet van deze wereld zijn en ook niet zo veel kwaad kunnen. Pas als een godsdienst illusies over deze wereld uitdraagt waarvan vastgesteld is dat ze niet waar kunnen zijn. Of als een godsdienst verplichtingen oplegt waarbij anderen dan de eigen aanhang betrokken worden, zoals heilige oorlog tegen wie zich niet aan het hun geloof wil onderwerpen. Londen, Madrid, Brussel, Parijs, Nice, etcetera. Dergelijke activiteiten zien we zelden of nooit bij andere godsdiensten. Wie de koran leest als een militair handboek, begrijpt het boek meteen veel beter evenals de regels die het de moslims oplegt. En Mohammed, het ultieme voorbeeld voor elke moslim, was zonder twijfel een geniaal militair strateeg.

Strategieën
Hoe gaat die eerste strategie, dat besluipen eigenlijk? Het woord ‘besluipen’ is een militaire taalverhaspeling van de werkwoorden ‘kruipen’ en ‘sluipen’, die een beetje doet denken aan het spelletje ‘kruip-door-sluip-door’’. Bij dit ‘kruipie-sluipie’ geldt dat een militair zich, door het toepassen van de gangen bij dag of nacht, zo voorzichtig mogelijk door het terrein voortbeweegt. Hiermee wil hij voorkomen dat hij wordt waargenomen of opgepakt door de vijand. Om ongezien op een positie te kunnen komen waar de militair zelf wél kan waarnemen, dient de militair daarnaast onder andere correct gecamoufleerd te zijn en zich strikt te houden aan de regels van de geluid-, licht- en sporendiscipline. Het is een tactiek die vooraf gaat aan de krijgshandelingen.

De tweede tactiek, ‘guerrilla’ (in het Spaans: oorlogje), is een term die betrekking heeft op een gewapend conflict waarbij ongeregelde strijders een reguliere krijgsmacht trachten te ontregelen en uit te putten, terwijl vanwege het verschil in gevechtscapaciteit een rechtstreekse confrontatie door die guerrillastrijders zo veel als mogelijk wordt vermeden. De term guerrilla wordt ook wel gebezigd om de organisatie aan te duiden die de guerrillaoorlog voert zoals de Taliban of FARC in het heden. Ook in de tijd van het Perzische Rijk en het Macedonische Rijk waren dergelijke tactieken al in zwang. Ook Mohammed gebruikte in eerste instantie deze tactiek. Ten noorden van Mekka waar Mohammed rond het jaar 610 aanvankelijk begon met het verzamelen van gelovigen, lag de kleinere stad Medina met een bevolking die bestond uit twee Arabische stammen, die eeuwig met elkaar in conflict waren, en nog een joodse gemeenschap. In 622 kwamen de leiders van de twee Arabische stammen bij elkaar en nodigden uiteindelijk Mohammed uit om hun leider en rechter te zijn. Daarop gaf Mohammed alle moslims in Mekka de instructie om in het geheim naar Medina te vluchten. Hij volgde zelf enige tijd later. Mohammed stelde een verordening op voor Medina, waarin hij aan iedereen het recht gaf te leven in vrijheid, het recht om de eigen gebruiken en religie te behouden, zonder angst voor vervolging of onrechtvaardige behandeling. Het enige waartoe hij eenieder verplichtte was elkaar te beschermen tegen elke vijand. De voorschriften werden aanvaard en voor het eerst in jaren was er vrede in Medina vanaf dat moment. Een groot deel van de bevolking van Medina bekeerde zich tot de islam en met hun steun besloot Mohammed een oorlog te organiseren tegen zijn eigen, oude stam. Hij gebruikte zijn voorschriften ook om vele niet-moslims te overtuigen hem te volgen, met als argument dat de Quraisj-leiders zijn vijanden waren. Hij begon met het aanvallen van karavanen uit Mekka, om eerst maar eens de economie van Quraisj te destabiliseren. Ook Mohammed maakte zodoende gebruik van de guerrilla tactiek en ook later zouden moslims dit concept vele malen met succes toepassen.

Over de derde tactiek, de frontale aanval, kunnen we kort zijn: de aanvaller die zich superieur waant of tenminste zich superieur wil voor doen komen, zal rechtstreeks en zonder omtrekkingen in het hart van de verdedigingslinie aanvallen.  Meestal wordt gestart met artilleriebeschietingen of bombardementen met een zodanige hevigheid dat een groot deel van de verdediging al onder de indruk is. Dit zien we bijvoorbeeld de Poolse Koning Jan Sobieski doen in de slag bij Wenen (1683) waar een enorme Ottomaanse overmacht  de stad Wenen en dus de toenmalige Westerse wereld bedreigde. Na aanvankelijk kleinere maar snelle Poolse successen in de omliggende dorpen beginnen de Ottomanen in de gaten te krijgen dat er een tegenstander van geheel ander kaliber in aantocht is. Door vanaf de Kahlenberg loepzuivere artilleriebeschietingen op de moslims uit te voeren, daalt de Ottomaanse  moraal helemaal tot onder het vriespunt. Zo’n achttienduizend ruiters drongen zich in de grootste cavaleriecharge sinds de middeleeuwen recht in het Ottomaanse kamp en overrompelden de veel omvangrijkere troepenmacht van Kara Moestafa. Ze slaan op de vlucht en komen pas in Belgrado op adem.

De eerste fase van de islamitische veroveringsdrang – de derde in getal, na de Slag bij Poitiers (732) en Wenen (1683) – in onze tijd, is al achter de rug. Vanaf de 60-er jaren hebben zich miljoenen moslims verspreid in ‘dar al-harb’ en zij hebben zich aanzienlijk vruchtbaarder getoond dan de oorspronkelijke inwoners van Westerse landen. De tweede fase, de guerrilla: daar zitten wij nu middenin. Eigenlijk is het werk van Al-Qaradawi in 7 stappen de ontplooiing van de guerrilla in het Avondland, terug te zien in deel 1. Binnen de grenzen van de met minder militair vernuft bezaaide landen zoals België en Frankrijk, krijgt die guerrilla ook steeds meer een gewelddadig karakter. Dat is geen teken van moedeloosheid onder de moslims; dat is een teken van moedeloosheid onder de betrokken leiders van die landen, die geen kans zien hun normen en waarden op te leggen aan alle inwoners. Reken niet op de EU: een tandeloos en ondemocratisch monster die zelf geen Europees gedeelde identiteit kan definiëren, laat staan huldigen.

Het zal de –autochtone- burgers van zeker die landen over niet al te lange tijd dwingen om dan zelf maar maatregelen te nemen….

Woensdag 2 november deel 3: Eindstrijd.

0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties