Het is een herhaling, maar toch. Met een beetje kennis van zaken kun je de huidige politieke structuur in de Randstad identificeren als een rhizomatische structuur: bovengronds een in de samenlevingarena zichtbare op het oog hiërarchische structuur (Trias Politica) en de echte structuur die onzichtbaar ondergronds (de duistere in de Randstad verspreide achterkamertjes, WEF- en Bilderberg locaties) ligt. Het is, net als onkruid, moeilijk uit te roeien.
Neem de voorgestelde nieuwe pensioenwetgeving om dat rhizomatische karakter handen en voeten te geven. Wat weet en begrijpt de doorsnee burger daarvan en wie is bereid, heeft de kennis om witte vlekken in diens kennis en vooral inzicht en begrip te kunnen opvullen? Per slot gaat het wel om de financiering van de laatste levensfase en onzekerheid over de garantie van een betaalbare laatste fase prikkelt het wantrouwen in de mens. Volgens uitspraken van min of meer neutrale beschouwers van die wetgeving kan hebben/heeft de door de Regering Rutte III voorgestelde hervorming van het pensioenstelsel verstrekkende gevolgen voor het beleggingsbeleid van pensioenfondsen. Ja, maar welke en wat zijn de gevolgen?
Groeiend wantrouwen
De AXA IM beheert een pensioenpot van €1700 miljard, de grootste pensioenreserves van Europa. Misschien wel van de wereld. Volgens Pieter Lakeman en Arno Wellens maakt DNB echter €500 miljard pensioenreserves onzichtbaar. Die krijgen een andere door de pensioengerechtigden niet te controleren bestemming of verdwijnen plotseling uit de pensioenpot. Zie b.v. dit filmpje op Youtube. Volgens pensioendeskundigen van het FNV zal door het voorgestelde nieuwe pensioenstelsel de pensioengerechtigden opnieuw geen zeggenschap hebben op het door hen ingebrachte geld: het collectief gespaarde uitgestelde loon van € 1700 miljard. In het verlengde daarvan zal er grote onzekerheid zijn over het indexeren, is de overgang van uitkeringsregeling naar premie regeling kostbaar; zal de overgang jaren duren en zal bij overdracht van pensioenopbouw naar het nieuwe stelsel zeker resulteren in kostbare beroepsproceduresi.
Bomhoff legde een paar maanden geleden in een uitgebreid artikel uit waarom pensioengerechtigden wantrouwend naar de financiële en politieke bewegingen rond het nieuwe wetsvoorstel moeten kijken. Volgens hem kleeft er wel een aantal risico’s aan. De verlengde levensverwachting en de groeiende vergrijzing betekenen dat pensioenfondsen langer en meer uitgesteld loon moeten uitbetalen aan toekomstige pensioengerechtigden. Een van de oorzaken is de langdurige, hoge en groeiende inflatie die de koopkracht van het uitgestelde loon ondergraaft. De hoop dat pensioenfondsen kunnen meegroeien en pensioenen kunnen en willen aanpassen aan die geldontwaarding, lijkt in het licht van het jarenlang onthouden van die indexering, een vorm van wensdenken, maar wie weet. Een andere oorzaak is het gegeven dat werknemers en werkgevers te weinig inleggen om het uitgestelde loon zeker te stellen.
Veel onbekende bomen in een onoverzichtelijk woud
Volgens Joop Hartog (emeritus-hoogleraar economie aan de Universiteit van Amsterdam) wordt de discussie over de voor- en nadelen van de nieuwe wetgeving vergiftigd en rijdt van de rails door een tweedeling tussen een gesloten kring van ingewijden die in jargon discussiëren en een buitenwacht van politici, journalisten en voorlichters die elkaar napraten in oppervlakkige karakteriseringen. Voor een duidelijke informatie kan men niet terecht bij zogenaamde pensioenkenners van diverse politieke partijen. In de NRC van 19 november 2022, bekennen Kamerleden dat ze het niet kunnen bijbenen. Ze bedoelen te zeggen dat ze van het geheel der verbanden geen zak begrijpen en zich daarom maar concentreren op “begrijpelijke” delen van die wetgeving.
De dikke wettoelichting lezen van kaft tot kaft lukt niet bij zo’n grote wet. Niet voor beleidsmedewerkers van Kamerleden en in het verlengde dus ook niet voor de Parlementsleden zelf. Getuige de uitspraken en onduidelijke uitleg van betrokken bewindslieden, ook niet voor hen. De kabinetsreactie op de 1400 schriftelijke vragen wordt daarom diagonaal doorgenomen en men concentreert zich op onderdelen die voor de eigen partij en dus niet specifiek voor de pensioengerechtigde belangrijk zijn. Ergo: weinig Kamerleden gaan de ‘diepte in’ en laten essentiële vragen voor de pensioengerechtigden gemeenschap onbeantwoord of zij sturen die met wollige, nietszeggende teksten met een kluitje in het riet. Niet zelden wordt daarbij gegrepen naar het misleidinginstrument om eigen onkunde en begrensde intellectuele vermogen om de gevolgen in te schatten, te maskeren.
Zo functioneert wetgeving tegenwoordig in het Parlement. Het gevolg is dat wetten op basis van onderbuikgevoelens of het volgen van de vaart der volkeren door het Parlement geloodst worden en doelgroepen van wetgeving niet op een toegankelijke manier geïnformeerd worden. In het geval van de nieuwe pensioenwetgeving worden pensioengerechtigden niet adequaat en begrijpelijk over de financiering van hun laatste levensfase geïnformeerd. Die (toekomstige) pensioen gerechtigde kan zich geen mening vormen over stemgedrag van politieke partijen zonder kennis van de zaak, zonder alternatieven en discussiepunten te doorgronden. Kun je dan als kiezer vertrouwen hebben in een deugdelijke afweging in het Parlement? Natuurlijk niet. Volgens Hartog is dus sprake van een democratisch tekort.
Op de website wyniasweek stelt Joop Hartog een aantal vragen om een beter begrip te kunnen krijgen van inhoud, toonzetting en strekking van die nieuwe pensioenwet. In zijn artikel van 19 november zijn die vragen onder de kopjes “nog enkele vragen” en “nog meer vragen” te bestuderen en het is voor verse en aankomende pensioengerechtigden wenselijk om het effect van die vragen voor de eigen situatie goed te laten doordringen. Ook de tekst van het kopje “hoe komt het belegde vermogen beschikbaar” onderstreept de onduidelijkheid van de wetgeving en accentueert tegelijkertijd het intellectuele onvermogen van de huidige bewindslieden om daar handen en voeten aan te geven.
Veel vragen, geen antwoorden
Hartog stelt de volgende vragen. “Hoe komt het belegde vermogen beschikbaar op de datum van pensionering? Wordt met de dagwaarde van dat moment een levensverzekering aangeboden? Zo ja, met welke disconteringsvoet wordt dan gerekend? Ligt de uitkering nominaal vast, tot aan de dood? Of waardevast, met aanpassing aan kosten van levensonderhoud? Of zelfs welvaartsvast, met aanpassing aan de loonontwikkeling? Onder welke condities zou aanpassing volgen? Is er keus om een deel van het vermogen vrij op te nemen, en de rest als levensverzekering, dus met zelf te kiezen jaarlijks uitkeringsniveau?” Bij wie kunnen pensioengerechtigden met die vragen terecht? Niet bij Kamerleden, bewindslieden en ook niet bij de media die braaf het overheidsnarratief volgen en nietszeggende teksten van politici kopiëren. Bij wie dan?
Kansloze voorstellen?
Hartog doet twee voorstellen:
- Het eerste voorstel: het betreffende ministerie dat een wetsvoorstel doet, moet een toegankelijke, beknopte, eerlijke en vooral begrijpelijke samenvatting van de essentie van de wet verstrekken met beantwoording van soortgelijke vragen die Hartog boven heeft gesteld. Door zo’n samenvatting wordt de belastingbetalende burger de kans gegeven waarom en hoe belastinggeld wordt gebruikt om welzijn en welvaart van de Nederlandse samenleving moeten beschermen.
- Het tweede voorstel: een onafhankelijke analytische dienst met journalisten die de mogelijkheid hebben om experts aan te trekken die hen tot op de draad kunnen uitleggen wat de effecten zijn van de betreffende wetgeving voor de samenleving en doorvragen totdat de kern glashelder is.
Gezien de huidige opstelling, vooral de toch wel perfide instelling van de huidige regering en het rhizomatische karakter van de parlementaire samenleving in Den Haag acht ik de kans van slagen gering om een van die twee voorstellen door te voeren. Maar wie weet.
i Zie document “ Gestolen Pensioen (verkorte versie) d.d. 2 maart 2021.
Prof dr Eduard Bomhof schreef op 13 november 2021……..het onderstaande.
Haal de pensioenen weg bij De Nederlandsche Bank en compenseer de pensioenkortingen
Door EDUARD BOMHOFF 13 november 2021 Geplaatst in DNB PENSIOENEN
De Nederlandsche Bank (DNB) maakt zich al vijftien jaar hard voor twee grote ingrepen bij de pensioenen.
Eén: Aandelen verkopen. Vanaf de dag dat de juriste Joanna Kellerman overstapte van Nauta Dutilh naar DNB om baas te worden over de pensioenfondsen, heeft DNB voortdurend druk uitgeoefend om aandelen te verkopen en in ruil daarvoor staatsschuld aan te schaffen.
Twee: Zo min mogelijk beloven. DNB wil dat de pensioenfondsen nooit meer een pensioen toezeggen in de vorm van een percentage van het verdiende inkomen vóór de pensionering maar in plaats daarvan een som geld uitrekenen waarmee elke oudere maar moet zien uit te komen.
Essentiële bouwsteen over het hoofd gezien
DNB heeft hiervoor twee argumenten aangevoerd maar die zijn allebei ondeugdelijk. Niet in de zin dat DNB heel voorzichtig en degelijk is met de zogenaamde rekenrente en andere ingrepen bij de pensioenfondsen, en dat uw columnist een lastpost is zoals Pieter Lakeman of Pim Fortuyn die daar toevallig anders over denkt, maar ondeugdelijk in de betekenis van ‘fout, gaat niet op, is niet houdbaar, is bij herhaling weerlegd in de wetenschap’.
Minister Koolmees en DNB verwijzen naar een rekenmodel van het Centraal Planbureau voor hun claim dat het toekomstige, meer individuele stelsel uit zal komen op iets lagere maar veel veiliger pensioenen. De auteur van dat rekenmodel, Nick Draper, heeft mij al in augustus schriftelijk bevestigd dat hij een essentiële bouwsteen ‘over het hoofd heeft gezien’.
Bangmakerij over aandelen
Die claim vervalt dus en we kunnen beter, ook voor Nederland, aansluiten bij de wetenschappelijke consensus dat goede pensioenen het meest waarschijnlijk zijn bij collectief beleggen en wel voor meer dan de helft in aandelen.
Die bangmakerij over aandelen wordt elke drie maanden herhaald omdat ieder pensioenfonds voor DNB tienduizend scenario’s opnieuw en opnieuw moet doorrekenen om te zien of de waarde van de beleggingen niet te veel risico loopt. Dit voor iedereen verplichte rekenmodel komt van prof. Bas Werker en dr. Sander Muns (Tilburg) en is een kloon van het rekenmodel van Draper.
Twee wetenschappelijke pilaren omgevallen
Werker heeft er deze week voor de tweede keer van afgezien om inhoudelijk te reageren, dus heb ik gebeld met Muns. Die heeft een paar cijfers in het foute rekenmodel van Draper opnieuw ingeschat met een superieure statistische methode, maar rekende met dezelfde verkeerde aanpak van aandelen en liet heel duidelijk blijken in ons gesprek dat hij dezelfde essentiële bouwsteen als overbodig beschouwde en daarom verwaarloosde.
Met de eerlijke bekentenissen van Draper en Muns en het besluit van Werker – nu al drie maanden volgehouden – om niet te reageren op kritiek van een collega zijn de twee wetenschappelijke pilaren onder het beleid van DNB dus allebei omgevallen.
Al meer dan een jaar aan pensioen verloren
En ik ben daarom ook teleurgesteld in Italië-specialist Jeroen Dijsselbloem die na zijn aftreden als minister een baan kreeg als voorzitter van de commissie die namens het ministerie en DNB-toezicht moet houden op alle bovengenoemde berekeningen. In die commissie is Werker de enige econometrische specialist, en Dijsselbloem had dus een second opinion moeten organiseren omdat Werker zes jaar lang heel druk was als voorzitter Noord-Brabant van D66 en niet kon bijlezen over de aandelenbeurs.
Het is niet fijn om zo de aanval in te moeten zetten op Kellerman, Werker en Dijsselbloem, maar voor één keer doe ik dat toch, want het gaat om de pensioenen van zo veel landgenoten die ten onrechte in totaal al meer dan een jaar aan pensioen hebben verloren (18 procent achterstand op de geldontwaarding dit jaar plus 17 procent van vorig jaar plus 15 procent in 2019 en zo voort sinds 2009).
Pieter Lakeman en Pim Fortuyn
Mijn vrouw en ik kwamen kort geleden na een langdurige, strenge lockdown in het verre Oosten voor het eerst in bijna twee jaar terug in ons huis in Nederland en vonden een kapotte wasmachine. Nu staat daar alweer een nieuwe Miele, maar wij dachten aan de Nederlanders met een laag pensioen die misschien met zo’n grotere aankoop moeten wachten tot het einde van de maand, of nog erger tot het einde van het jaar.
Vanwege het belang van de zaak daarom nu harde woorden. Ik hoop daarmee een paar bescheiden stappen te zetten in de voetsporen van de twee grote voorgangers, de onvermoeibare Pieter Lakeman, die zoveel keer gelijk had met zijn aanvallen op DNB, en natuurlijk Pim Fortuyn die schreef over ‘een gesloten wereld met autistische trekjes… die steeds minder beantwoordt aan zijn bedoeling, namelijk het leveren van diensten aan burgers en bedrijven’.
Schade door Wellink en Werker
Kort en krachtig: de kortingen op de pensioenen en de schade bij het beleggen van de premies beginnen met fouten van Joanna Kellerman die een extreem juridische koers uitzette waarbij DNB alle risico’s doorschuift van pensioenfondsen naar huidige en toekomstige gepensioneerden. President Wellink van DNB heeft dat aangemoedigd en goedgekeurd; ik denk vanuit eigenbelang om met alle schandalen toentertijd van de Scheringa-Bank, IceSave en de insolventie van ABN/Amro en ING niet ook nog reputatie-risico te lopen bij de pensioenen.
Veel schade komt ook van prof. Werker die vasthoudt aan onmogelijke uitkomsten van zijn rekenmodellen (oordeel zelf of ‘onmogelijk’ te hard is door te kijken naar pagina 46 grafiek 5.3 van dit advies van de Commissie- Parameters, waarin Dijsselbloem en Werker stellen dat de beurs 30 jaar lang kan dalen met gemiddeld 18 procent per jaar).
Alleen in NL doet centrale bank pensioentoezicht
Parlementariër Martin van Rooijen heeft deze week gevraagd aan minister Koolmees waarom Nederland het enige land is in West-Europa waar de centrale bank de pensioenfondsen onder haar toezicht heeft.
Overal elders is toezicht op pensioenfondsen gescheiden van toezicht op banken. Een centrale bank voor streng en wantrouwig toezicht op de banken waar hebzucht de bankiers kan besmetten – met alle risico’s van dien voor een financiële crisis – maar een andere, meer collegiale instantie voor de pensioenfondsen waar risico voor een financiële crisis in het betalingsverkeer niet bestaat en waar die toezichthouder samenwerkt met werknemers, werkgevers en gepensioneerden.
Foute, arrogante cultuur
Het is nu drie maanden geleden dat de twee cruciale rekenmodellen zijn lek geschoten. Al die tijd heeft DNB gezwegen. Ik ben intussen na mijn zes columns in Wynia’s Week (zie onder) benaderd door drie politieke partijen en adviseer om DNB niet aan te vallen op de (overigens absurde) rekenrente, maar op een foute, arrogante cultuur en op de foute lange-termijn strategie van steeds minder aandelen en individuele in plaats van collectieve pensioenen.
De foute cultuur is zichtbaar in veel reacties die ik krijg van insiders: ‘DNB houdt pensioenfondsen in een wurggreep’, ‘DNB slaat elke uitnodiging tot discussie af’, ‘De juristen bij DNB praten zelfs niet met de economen in eigen huis’.
Hopen op acties
Mijn inschatting is dat als minister Koolmees eigenlijk niet kan uitleggen waarom het unieke Nederlandse systeem beter is, dat dan de bel gaat luiden voor een volgende ronde. Ik hoop dan op ‘Class actions’ tegen DNB van fondsen of van individuele deelnemers die nu premie betalen voor een inferieur pensioen, en op politieke interesse om terug te keren van de foute beslissing uit 2004 die toezicht op pensioenen in één huis samenvoegde met toezicht op banken.
De Tweede Kamer kan die fout herstellen, de pensioenen weghalen bij DNB, het ongunstige nieuwe pensioenplan van de SER opbergen in het circulaire archief, en in plaats daarvan de kortingen van de afgelopen jaren cumulatief goedmaken.
Dat de Nederlandse Bank € 500.000.000.000,– “” onzichtbaar heeft gemaakt en er nu geen controle op is, is toch een geldroof? of Niet soms.
Nu het ABP € 500.000.000.000,– aan windmolens wil besteden, waarvoor Prof dr. David Hollanders, Prof dr. Sijbren Kuipers en Nathascha van der Zwan, hebben juist gewaarschuwd in hun artikel 11 juli 2011 dat het, **Voorkomen moet worden dat de pensioenpot GEKAAPT wordt voor een zogenaamde goede zaak. ** Wordt nu dezelfde fout gemaakt als onder leiding van Drs Ruud Lubbers: Later bekende Lubbers dat het terugstorten van € 35.000.000.000,– op de rekeningen van het bedrijfsleven, “”NIET HAD NIET MOETEN GEBEUREN.””
De aasgieren lopen warm voor de pensioenpot van plm € 1700.000.000.000,– ……. !!!!!