Insluiten dwingt tot uitsluiten

Bij de diversiteitvertaling van linkse – en policor mensen blijken biologische identiteit en culturele herkomst vertrekpunten te zijn van hun gedachtewereld.

Blijkbaar niet beseffend dat diversiteit op basis van pigmentdichtheid, haarkleur, gender, seksuele geaardheid en mate van (in)validiteit, een deftiger woord is voor positieve discriminatie. Wie niet beantwoordt aan de karakteristieken donker, vrouw, gehandicapt en LBGT, mag volgens diversiteitadepten in eerste instantie resp. helemaal niet meedoen aan de arbeidstombola. De gedachte achter een dergelijk beleid lijkt op het eerste gezicht sympathiek Leden van verschillende etnische groepen en gender-identiteiten moeten evenredig over verschillende posities in de samenleving worden verdeeld. Maar wie langer nadenkt en verder kijkt dan zijn neus lang is, constateert direct dat er wel heel veel overeenkomsten zijn met de apartheidsgedachte in Zuid-Afrika en andere mensverachtende regimes.

Onderzoeksresultaten

In Amerika hebben onderzoekers van de New York University, University of Michigan en George Mason University de resultaten van 45 eerdere onderzoeken naar diversiteitbeleid, nauwkeurig bestudeerd en ontdekten welke mechanismen ervoor zorgen dat diversiteitbeleid negatieve gevolgen heeft. Het vertrekpunt van hun vaststellingen is de definiëring van positieve discriminatie als kern van het diversiteitbeleid:

“alle positieve stappen die organisaties zetten om meer mensen aan te nemen van groepen die traditioneel ondervertegenwoordigd zijn binnen de organisatie, zoals vrouwen, minderheden en arbeidsgehandicapten. Het gaat dan bijvoorbeeld om specifieke werving, opleiding en training en voorrang geven bij promoties”.

Een van de negatieve effecten is het gegeven dat medewerkers die buiten deze groepen vallen van mening zijn dat die groepen blijkbaar extra hulp nodig hebben, omdat ze niet aan de eisen beantwoorden die een organisatie aan kwaliteit en groeipotentieel stelt om te worden aangenomen en te worden bevorderd. In een woord: scepticisme. Een ander negatief effect: medewerkers die via positieve discriminatie zijn aangenomen, worden om onbekende gronden als minder warm en minder sympathiek gezien. Het diversiteitbeleid wordt gezien als een oneerlijk concurrentievoordeel in de strijd om middelen en banen. In een ander woord: afgunst.

Afzetten tegen afgunst en scepticisme kunnen ook hun weerslag krijgen in beoordelingen om mensen te selecteren voor een doorgroei binnen een organisatie. Het gevolg is dat het zelfvertrouwen van leden van groepen die in het diversiteitbeleid zijn opgenomen wordt aangetast, ondermijnd; prestaties tijdelijk of permanent zodanig verslechteren dat die niet meer beantwoorden aan de gestelde eisen. Op dat moment wordt de perceptie van de uitgesloten groepen bevestigd.

De conclusie uit het Amerikaanse onderzoek is dan ook dat werving en promotie gebaseerd moeten zijn op kwaliteit, prestatie en betrokkenheid. Daarnaast moeten organisaties blijven benadrukken dat diversiteit grote voordelen kan hebben voor de betreffende organisatie en medewerkers van hoog tot laag binnen die organisatie. Waarbij het niet tot woorden en wollige teksten beperkt kan blijven, maar met voorbeelden uit de praktijk moet worden aangetoond dat heterogene groepen beter presteren, creatiever en innovatiever zijn dan homogene groepen. Dat advies is in een samenleving waar politieke correctheid de dienst wil uitmaken, tegen dovemansoren gezegd. Dat blijkt uit de volgende voorbeelden.

Diversiteit stimuleert etnisch profileren

In Nederland is de diversiteit databasis en in het verlengde het toekennen van een diversiteit bokaal  (Divibokaal) van resp. door de NOS een van die ongewenste uitwassen van het diversiteitstreven. In mei van dit jaar kreeg Geen Stijl via een informant van het Mediapark, screenshots en documenten in handen waaruit bleek dat de publieke door de overheid uit belastinginkomsten gesponsorde nieuwsdienst haar medewerkers actief aanspoort om in reportages en nieuwsberichten te profileren op geslacht en etniciteit. Daarvoor zou op basis van driewekelijkse nominaties iedere maand een Divibokaal uitgereikt worden.

Bovendien kreeg de NOS-redactie (400 medewerkers) toegang tot een Divibase, een telefoonklapper, waarin mensen zijn geregistreerd op geslacht en etniciteit. Redacteuren werden aangemoedigd reacties en wederhoor specifiek bij Nederlanders met een migratieachtergrond, een bepaald geslacht en/of seksuele voorkeur te halen. Afkomst, etniciteit en seksualiteit werden in die Divibase vermomd als diversiteit, waardoor personen in de klapper ineens een “Marokkaanse diversiteit” of een “Libanese diversiteit” krijgen. Uit o.m. de spelregel: “aan het eind van elke week kiest de jury (die bestaat uit de collega’s die de Divibase hebben samengesteld) uit de inzendingen drie nominaties, die op vrijdag bekend worden gemaakt in de 13.15 uur-vergadering” concludeerde de redactie van Geen Stijl dat de zich als objectieve nieuwsbrenger profilerende NPO door de koppeling Dividatabasis en Divibokaal zich schuldig maakt aan etnisch profileren en discrimineert door selectie op geslacht en seksuele voorkeur sterk aan te moedigen.

Het stof dat die maatregel had opgeworpen was na het in de koelkast zetten van de Divibokaal (die zal er wel weer een keer uitgehaald worden) amper neergedaald of Minister van Engelshoven kwam met haar Nationaal Actieplan voor meer diversiteit en inclusie in het hoger onderwijs, op de proppen. Daarin zijn streefcijfers verwerkt om meer vrouwen en mensen met niet-westerse afkomst (vertaald in donkere huid en haarkleur) op belangrijke posities in het hoger onderwijs te krijgen. Hoewel de minister van mening is dat het daaraan schort, weet ze niet wat de huidige status is? En propageert ze eerst een nulmeting? Ze weet niet eens of er een probleem is, kent de omvang en diepte daarvan niet, maar wil het hoger onderwijs wel haar actieplan door de strot drukken? Vanuit het Parlement werd ze echter opgeroepen om haar betuttelracisme te staken.

De rariteiten stapelen zich echter op. Onlangs werd Rutkay Özpinar, een Nederlandse danser van Turkse afkomst voor een optreden in een reclamefilm voor een museum, schielijk ingeruild voor een danser met een hogere pigmentdichtheid. Volgens Nausicaa Marbe in haar 4 december Telegraaf column, is dit een fouter dan fout verhaal. De keuze bevestigt dat er een rangorde op basis van pigment dichtheid bestaat, waardoor een niet – of lichtergekleurde danser geen kans maakt, een danser met minder pigment lager in de pikorde staat en het betreffende museum een keuze maakt op basis van huidnuance. Wanneer een danser een lagere pigmentdichtheid bezit, is die ongeacht het feit dat hij aantoonbaar beter is in termen van talent en ervaring nooit goed genoeg om gekozen te worden. Opnieuw een voorbeeld van etnische profileren en openbare discriminatie.

Marbe noemt dat fakediversiteit, die niet voor iedereen inclusief is, maar zich op huidskleuren blindstaart en pigmentatie moreel categoriseert. Die instelling bezoedelt de menselijke waardigheid en sluit mensen op ongewenste criteria uit. Het is onversneden racisme.  El Yassini drukte het op Twitter treffend uit “als je stuurt op gelijke kansen is het gevolg diversiteit. Maar als je stuurt op diversiteit, sneuvelen als eerste de gelijke kansen. Daarna sneuvelt de waardigheid van mensen door ze te reduceren tot etniciteit of gender”. Dat is het ware gezicht van de elitocratie die met de borst vooruit het gelijkheidsprincipe propageert. Overigens heeft die geen twee-richting karakter.  

Route naar de politieke afgrond

Dat het gepassioneerd diversiteitstreven niet echt de firma Nederland helpt om politiek en economisch het hoofd boven water te houden, heeft de VVD met in het spoor andere gevestigde politieke partijen en vooral de gebeurtenissen rond de FVD, in de achterliggende periode bevestigd.

De VVD spant deze dagen de kroon met de plaatsingslijst voor de komende verkiezingen. De vier plaatsen na de grote leider worden bezet door dames die hun sporen op politiek gebied amper verdiend hebben. De lijst staat bovendien bol van (voormalige) politieke assistenten en beleidsmedewerkers. Personen die vanuit de coulissen het politiek spel hebben gade geslagen en o.m. uit de persoonlijke kweekvijver van Blok en Rutte komen. Blijkbaar voldoende om als een bestuurlijk talent geïdentificeerd te worden. Helaas blijkt in de praktijk dat zo’n talent het hoofd nauwelijks boven water te kunnen houden en bestuurlijk een chaos veroorzaakt of achterlaat. De Belastingsdienst is daarvan een bewijs.

Van Ark die in nabije verleden heeft getoond wat ze in haar politieke mars heeft, voert de lijst (minus Rutte) aan. U en ik kennen haar politieke prestaties niet. Ze is de huidige Minister van Medische Zorg en Sport en in het nabije verleden Staatsecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Dagelijks wordt getoond hoe de zaken er op die twee gebieden er voor staan. Als Staatsecretaris was ze de grote animator om de Participatie wet aan te passen. Zij wilde o.m. meer arbeidsgehandicapten onder het minimum aan het werk krijgen en houden. Na protesten vanuit verschillende maatschappelijke organisaties, waaronder vakbonden, kerken en ook sommige werkgevers, trok zij haar voorstel in september 2018 terug. Argument? “Het was een beetje dom”. Inspanningen om de Participatiewet aan te passen, is een beetje haar Waterloo geworden. Maar niet getreurd, wegens bewezen diensten werd Van Ark aangetrokken als Minister voor Medische Zorg en Sport.

Praktijk en onderzoeken bevestigen dat het diversiteitbeleid in Nederland het verkeerde uitgangspunt heeft gekozen. Niet identiteit, maar kwaliteit en groeipotentieel moeten leidende criteria zijn en blijven in het prestatie gerichte segment van de arbeidsmarkt. Wellicht kan identiteit een grotere rol spelen bij de niet-prestatie op emotie gerichte instanties en structuren. Maar dat moet in de praktijk nog eerst bevestigd worden. Een aantal vragen is nog steeds niet beantwoord en sommige worden bewust omzeild. We moeten het natuurlijk niet al te complex maken.

De diversiteitloyalisten hebben bewezen dat opnieuw een van nature optimistische term door manipulatie en gebruik van drogredenen, een negatieve toonzetting en strekking heeft gekregen. Het streven naar diversiteit en inclusiviteit stimuleert etnisch profileren en dreigt aan discriminatie een structureel karakter te geven. De bestrijding van discriminatie die hand in hand gaat met de bevordering ervan. Het is een van de verworvenheden van het denken en doen van het politiek correcte minderheidsegment[1] van de Nederlandse samenleving en de rest accepteert het naadloos.  


[1] Een van mijn intelligente FB vrienden omschreef politieke correctheid in het Engels als volgt: “Political correctness is a doctrine, fostered by a delusional, illogical minority and rapidly promoted by mainstream media, which holds forth the proposition that it is entirely possible to pick up a piece of shit by the clean end”.


Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

2 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Ravian
3 jaren geleden

Positieve discriminatie is net zo iets als positieve verkrachting of positieve moord.
De toevoeging “positieve” doet niets af aan de negatieve eigenschappen van het er op volgende begrip.
Positieve discriminatie is dus gewoon discriminatie, maar dan op een wijze die wel in de ideologische kraam van de plaatser van die toevoeging past.
En gezien deze discriminatie zich onder meer op ras en geslacht baseert is het dus ook gewoon ordinair racisme en seksisme.
Daar komt dan nog eens bij dat het enkel toegepast wordt op “begeerlijke” functies.
Of er ook wel genoeg donkergetinte vrouwen achter de vuilniswagen lopen is een vraag die de “diversiteit” fetisjisten geeneens stellen.
Zouden de mensen die “positieve discriminatie” voorstaan dat ook volhouden als ze wanneer ze in het ziekenhuis terechtkomen in plaats van door een blanke mannelijke chirurg door een Surinaamse interieurverzorgster geopereerd blijken te gaan worden?
Ik heb zo’n donkerbruin vermoeden van niet.
Het nastreven van meer diversiteit is enkel gewenst als anderen daar de rekening voor betalen.
Zoals altijd wanneer het zaken gerelateerd aan het Marxistische gedachtegoed betreft.

Neef Jansen
3 jaren geleden

Een ander woord voor diversiteit is genocide.