Het is altijd goed dat men zich niet snel laten overtuigen, maar wacht op de meest uiteenlopende argumenten om die vervolgens te wegen. Dat is v.w.b. de term ‘theoterrorisme’ natuurlijk niet anders.
De term ‘theoterrorisme’ impliceert dat uit alle – monotheïstische – religies, vroeg of laat, terreur valt te verwachten. Mij dunkt dat dit niet zo is en daarvoor moeten we m.i. eerst kijken naar de systeemkenmerken van de religies, in het bijzonder naar de mate waarin zij in staat worden gesteld om hun religieuze wetten algemeen van toepassing te verklaren. Dat wil zeggen dat de religie wetten op iedereen van toepassing verklaart, ook als degenen op wie die wetten dan van toepassing zullen zijn zelf niet tot de aanhangers van die religie kunnen worden gerekend. In zichzelf zouden we dat al een vorm van terreur kunnen noemen.
Een orthodox-joodse man die weigert in het vliegtuig plaats te nemen naast een vrouw, pleegt een daad van milde terreur; hij eist dat een ander zich voegt naar zijn persoonlijke religieuze overtuiging. Hij is niet van plan de wereld te laten zoals die zich om hem heen heeft ontwikkeld, maar wil ingrijpen in die ordening, opdat die zich naar zijn opvattingen aanpast. Zelf kan hij zich niet aanpassen, maar hij eist uitsluitend aanpassing van anderen. Stalin, Mao en Pol Pot hielden er vergelijkbare ideeën op na, maar verbonden daar meer verstrekkende consequenties aan.
Een orthodox-islamitische man heeft van zijn religie een ‘license to kill’ op zak, dat schrijft de sharia (het islamitische wetboek) voor. Voor zoveel dat dienstig is aan de religie, mag hij erop los meppen of schieten zoveel hij kan en wil, mits zijn handelingen leden treft van de clans die door zijn geestelijk leiders zijn gedefinieerd. Het doden van dergelijke ‘ongelovigen’ staat niet alleen in de Koran, maar wordt wekelijks gepredikt en dus ook gepraktiseerd.
In het modernistische Westen zijn de varianten van de christelijke religie sterk aan banden gelegd. Bovendien hebben die varianten zich al geruime tijd niet meer beziggehouden met terreur zoals in het – verre – verleden. Hun beroep op de van toepassing verklaring van hun wetten wordt doorgaans afgewezen (b.v. het ezelsproces).
Kortom: de term ‘theoterrorisme’ helpt ons niet veel verder om de zorgen te definiëren die bestaan over de jihadistisch-terroristische aanslag op de vrijheid van expressie waarmee we de afgelopen decennia zijn geconfronteerd.
Het lijkt mij overduidelijk dat de oorzaak van allah akbar terreur te vinden is in de kernteksten van de allah akbar ideologie, zoals de aanhangers ervan daar ook nadrukkelijk op wijzen als zij zijn aangehouden voor het plegen van weer eens een daad van allah akbar terreur. Het is evenwel zo dat het nadenken over de ideologische achtergrond van allah akbar terreur zo ongeveer het grootste taboe is in de moderne westerse wereld, en dat dit waarschijnlijk maakt dat ook de mandarijnen van het denken dit onderwerp heel omzichtig benaderen. Het vormt bij elkaar een uiterst gevaarlijke situatie, dat namelijk een overduidelijke vijand niet goed gekend wordt, niet voldoende diepgaand geanalyseerd wordt, en aldus – zo leert ons Sun Tsu – praktisch gefaciliteerd wordt zeer veel schade aan te richten. Gezien de diverse missie-statements en taakomschrijvingen zijn politici verplicht te waken over de veiligheid van de samenlevingen die zij vertegenwoordigen, maar de huidige politiek van achteloos binnenhalen van een ideologie van allah akbar terreur lijkt mij een misdaad tegen de mensheid.