Afgelopen woensdag stelde Antonio Tajani (u weet wel, de voorzitter van het E.P.) ’dat de toekomst van Europa volgend jaar in handen ligt der EU kiezers’. Typerende uitspraak voor iemand die eraan voorbijgaat dat die kiezers niet alleen om de 5 jaren hun mening vormen, hetgeen inmiddels wel evident is geworden met Brexit, 2 uitgesproken anti-EU referenda in Nederland en een sterke anti-EU sfeer in Griekenland, Italië, Frankrijk en Spanje.
Een ‘Eurobarometer’ poll gaf aan dat terreur-bescherming na de ontelbare islamitische aanslagen uiteraard hoog scoort, maar de EU politici moeten er desondanks door Tajani aan de neus ‘bijgesleurd’ worden. Je vraagt je af hoe zij kans hebben gezien die door ‘Eurobarometer’ geïnterviewde EU kiezers in slaap te sussen over hun werkelijke agenda waarin Coudenhoven Kalergi’s Utopia figureert.
Frappant is dat naast terreurbestrijding ook jeugdwerkeloosheid, immigratie en de economische groei hoog scoren op het verlanglijstje van de meeste EU lidstaten, maar ….. Er is een levensgroot ‘maar’ voor een paar landen die iedere ‘grounding’ lijken te missen met deze bedreigingen en waar de interesse in klimaat, mensenrechten en democratie overheerst. Tot onze schande zijn wij daar prominent vertegenwoordigd in het slechte gezelschap van Zweden, maar de interesse voor deze esoterische onderwerpen bestaat volgens Euro-barometer gelukkig nog maar bij 1/3 deel der kiezers. Wij hoeven dus niet volledig te wanhopen maar dat terrorisme en andere halszaken in Nederland zo weinig interesse genieten is tekenend voor onze linkse wereldvreemdheid.
Volgens de EU zou momenteel liefst 2/3 der kiezers positief tegenover de EU staan, maar de grote discrepantie tussen de praktische prioriteiten der kiezers en de favoriete ideologisch getinte activiteiten van de Brussels clique is aanzienlijk. Dat Brexit een feit is, dat Italië bijzonder anti-EU is evenals Frankrijk, Griekenland en Spanje roept vragen op over de structurering en formattering van deze Eurobarometer’s poll, dus Tajani zal de zweep erover moeten leggen om de leden van het E.P. ertoe te bewegen om weer met twee voeten op de grond te landen teneinde de kiezers het zoveelste rad voor ogen te draaien.
Voor het eerst in een decennium schijnt de meerderheid der kiezers van mening te zijn dat hun stem in Europa meetelt, liefst 80% in Denemarken en Zweden terwijl in de ‘down to earth’ Baltische landen, met Putin als directe buur, dit percentage slechts op 20% komt. Het Europese gemiddelde ligt op 49% van de kiezers die stellen wel enige interesse in die EP verkiezingen te hebben en 33% wist te melden dat die verkiezingen in 2019 plaatsvinden.
Vervelend voor Brussel is echter dat sinds 1979 de opkomst der kiezers gestaag daalt; wat wil je ook als er op 751 inerte, overbetaalde afgevaardigden gestemd moet worden – minus eventueel de Britse afgevaardigden – die geen enkele binding met de kiezers hebben maar dan één keer in de 5 jaar mooi weer komen spelen.