Transparant

Gisteren een aardig artikeltje gelezen van Phillip van Tijn op de website www.elsevier.nl over transparant zijn en doen onder de titel “Nieuw Mantra: alles mag zolang het maar transparant is”.

In dat artikel schrijft hij o.m Euthanasie uitvoeren voor de tv-camera; het liefdesleven van zangeresjes niet alleen in Privé, maar nu ook in kwaliteitskranten;, Boer zoekt Vrouw met slaapkamerinkijkjes; je zielenleven onthullen bij Jinek; drie bewindslieden die vallen vanwege een bonnetje, want zonder bonnetje geen transparantie – alles dient transparant te zijn, of liever nog open en transparant”. De  bijverdiensten van de heer Rombouts, politicus van CDA-huize en burgemeester van Den Bosch, is de aanleiding voor het artikel. Die burgemeester begrijpt niet waarom die bijverdiensten zoveel stof doen opwaaien. Immers hij is “volstrekt transparant” over die nevenfuncties en hij kan er niets aan doen dat hij daardoor anderhalf keer meer binnenharkt dan de minister-president. Moet die maar net zo inventief zijn als ik , hoor ik de man denken

Afb: pixabay

Transparant, waar je door heen kunt kijken, doorzichtig, helder. Die betekenissen, geprojecteerd op de aangehaalde voorbeelden, genereert een merkwaardig beeld. Met het gebruik van het woord transparantie in een tekst kan de normstelling worden gewijzigd. Immers, in het geval van de onbeduidende aandachtzoekster wordt geen schande gesproken over het normloze gedrag van de betrokkene en ook niet op de grenzeloze domheid om die daad te tapen, maar op het openbaren van die normloosheid en domheid. Vervolgens wordt zonder enige vorm van bewijs iemand als dader aangewezen als degene die vermoedelijk de tape heeft geopenbaard. Als het allemaal nog niet echt kan worden beschouwd als normloos en achterbaks gedrag, komt een voormalige aanbidder op de proppen die denkt dat het wel okay is als hij naam, adres en telefoonnummer van de vermoedelijke dader bekend stelt. Overigens is de man alleen in de ogen van de aandachtzoekster en haar voormalige minnaar de schuldige. De aantijging dat het openbaren van de tape door een zieke geest is gedaan, roept als de beelden op de tape op normloosheid worden getoetst, ook enige humor op.

Wanneer de voorbeelden die Van Tijn in zijn artikel heeft gebruikt nader bestudeerd worden, blijkt dat in dat transparant zijn ook een vorm van voyeurisme zit. Wanneer dat wordt aangekaart, krijgt degene die dat vaststelt ongetwijfeld te horen dat “het onderwerp uit de taboesfeer getrokken moet worden”. Het stiekem meekijken, blijkt in tv-programma´s een kijkcijferverhogend effect te hebben. Waarom dat moet gebeuren en wie dat heeft vastgesteld? Dat zal wel uit de koker komen van de programmamaker of de creatieve geest die deel uitmaakt van een programmamakende instantie. Hoe dan ook voyeurisme, in de goede oude tijd toch een yardstick voor normloosheid, is op de tv ineens een kwaliteit waarmee beantwoord wordt aan een herkenbare behoefte. Een bepaald segment van Nederland dat gepassioneerd zo´n voyeursprogramma volgt is “goed bezig”. Wanneer de buurman per ongeluk een blik werpt op de echtgenote in de badkamer, is de man een viespeuk, een stiekemerd. Dan heeft voyeurisme zijn oorspronkelijke negatieve toonzetting en strekking weer terug.

Jammer dat Van Tijn in die context stelt dat nieuwsbronnen als Telegraaf, AD en Volkskrant kwaliteitskranten zijn. Dat wens ik in dit geval te betwijfelen, omdat ik me niet kan voorstellen dat een echte kwaliteitskrant een niet door bewijzen ondersteund sensatieverhaal op de voorpagina plaatst. Of ben ik te naïef?

In mijn belevingswereld wordt de kwaliteit van een begrip, term, woord bepaald door de drie aspecten betekenis, toonzetting en strekking. Het merkwaardige is dat wanneer een woord wordt geplaatst in een tekst met een negatieve strekking, de aanvankelijke positieve toonzetting en in het verlengde daarvan de strekking van het begrip, de term of het woord ineens een negatieve lading krijgt. In het artikel “Populair willen zijn is ook populisme” is dat onderstreept met het woord charisma als een van de elementen van populisme. Wanneer de door Van Tijn gebruikte voorbeelden richtinggevend zijn voor het gebruik van transparant, dan doet zich iets merkwaardigs voor. Transparant is door die voorbeelden zijn eigen antoniem geworden in de betekenis van verborgen, slinks, sluw, heimelijk..

De instorting van het schoolsysteem, democratisering van de samenleving, bestrijden van het gezag van ouders, opleiders en veiligheidsfunctionarissen, misbruik van sociale voorzieningen, wegvallen van sociale controle, groeiende invloed van andere culturen en milde sanctionering van schendingen van de wet hebben in meer en mindere mate geleid tot de groeiende normloosheid waarmee Westerse samenlevingen worstelen. Die normloosheid is dagelijks te lezen, te horen en te zien. Het uit zich in hufterig gedrag, bedreiging van hulpverleners, politie, brandweer, kwetsbare segmenten van de samenleving, nepnieuws en pulp-tv.

Wanneer men echt wil weten hoe het met het normbesef in de Westerse wereld gesteld is, moet de gebeurtenissen en ontwikkelingen op de Amerikaanse politieke bühne, grote steden en campussen van highschools en colleges volgen. Het is triest te moeten constateren dat effecten daarvan zijn overgewaaid naar Nederland, waar politici en media menen zich op een soortgelijke manier te moeten gedragen als de Amerikaanse voorbeelden. Kijk naar de debatten in de Tweede Kamer waar politici vrijwel dagelijks hun taalarmoede bewijzen.

Uit de voorbeelden blijkt dat het begrip transparant een synoniem is geworden van “moet kunnen” en als yardstick gebruikt kan worden om de mate van normloosheid te meten. Of ben ik nu te transparant?

 

 

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties