Een groot aantal Westerse experts buigt zich al jaren over de vraag of en in hoeverre het Rusland van Poetin wel of niet een bedreiging vormt voor het Westen. De laatste maanden mengen politici zich nadrukkelijk in die discussie en afhankelijk van de afstand tot het Kremlin en de politieke achtergrond, zijn de antwoorden op zijn zachtst gezegd verschillend. Bekeken door dat prisma worden de militaire activiteiten die de NAVO heeft ontplooid, beschouwd als te weinig of te provocatief. Het zijn te verwachten reacties van politici die in de maanden naar een verkiezing of een te nemen geostrategische besluit, leven bij de waan van de dag.
Kortom in deze kwestie is ieder politiek antwoord onjuist!
Eind 2016 verdwenen de daden van Poetin op het Europese continent naar de binnenpagina´s ten faveure van de Amerikaanse verkiezingen. Omdat vooral de Democraten en het (overgrote) liberale deel van de Amerikaanse MSM al maanden zoeken naar een connectie tussen het Kremlin en de Trump-gemeenschap, lijkt het alsof Putin’ s destructieve intenties genegeerd worden. Die doen er blijkbaar even niet toe.
En daarin schuilt het grote gevaar voor de nabije toekomst.
Wat de kleine Napoleon van het Kremlin in de komende maanden tot het eind van 2017 echt van plan is, kan het hiaat tussen West- en Oost-Europa verdiepen.
De overtuiging in een paar zinnen
Om het geheugen even op te frissen is het wenselijk terug te grijpen op enkele uitspraken die Poetin o.m. in 2005 heeft gedaan en die hij bij zijn aantreden als de nieuwe minister- president van de Russische Federatie in 2008 herhaalde:
De ineenstorting van de Sovjet-Unie was de grootste geopolitieke ramp van de 20ste eeuw. Het was een werkelijk drama dat tientallen miljoenen Russen buiten de Russische Federatie achterliet. Wij zijn een vrij Volk en onze plaats in de huidige wereld zal alleen worden bepaald door onze sterkte en ons succes. Op het moment dat wij zwakte laten zien of gebrek aan ruggengraat, zullen onze verliezen wezenlijk groter worden.
Deze uitspraak bevat een aantal opmerkelijke bedenksels.
Het eerste is de accentuering van het gros van de bewoners op het gebied tussen Oeral en Polen en Oostzee-Poolzee en Zwarte Zee als een Russische etniciteit, als een homogeen volk.
Doch een Russische etniciteit bestaat niet. Wel een Oost-Slavische etniciteit die zich uitdrukt in een taal die tegenwoordig wordt omschreven als Russisch. Een taal die middels het cyrillische alfabet op papier kan worden gebracht. De moderne Rus[1] is een vermenging van een groot aantal etniciteiten of volken (o.m. naast de Oost-Slavische ook de Tataarse etniciteit etc.), een hybride volk dat zich onderscheidt door het spreken van dezelfde taal. Poetin gebruikt zijn bedenksel van een homogeen Russisch volk om te rechtvaardigen dat het – door de in zijn ogen kunstmatig getrokken grenzen – is gesplitst en een bepaald demografisch volume het recht is ontzegd om deel uit te kunnen maken van de rest van dat Russische volk.
De hoogdravende termen onze sterkte en ons succes hebben meer betrekking op de oligarchische top dan op de bevolking, terwijl zwakte, gebrek aan ruggengraat en “onze” verliezen op de door hem geknechte bevolking slaat. Vanuit die invalshoek bekeken heeft zijn uitspraak over de miljoenen Russen buiten de Russische Federatie een demagogisch karakter. Desalniettemin, Poetin gelooft sterk in die demagogische tekst en ziet het als zijn heilige opdracht om die situatie te corrigeren.
De tweede uitspraak: de grenzen zoals die nu zijn vastgelegd, zijn Rusland in een toestand van zwakte door het Westen opgelegd, onderstreept waar Poetin de grenzen van de Russische invloedsfeer legt. Zijn inspanningen na 2008 bevestigen dat het hem ernst is en dit kan en mag het Westen niet negeren, niet naast zich neer leggen dan wel onder het tafelkleed schuiven.
Effecten van de twee uitspraken
In 1999 liet Poetin als minister-president van Jeltsin, de eerste president van Rusland, al merken hoe hij voormalige delen van de Sovjet-Unie, die er in geslaagd waren zich naar een zelfstandige status te worstelen, weer binnen de heilige graal wilde trekken. Omdat Russischsprekende etnische entiteiten buiten het huis van de Russische Federatie, volgens Poetin gedwongen zijn te schuilen voor het onheil, moet alles in het werk gesteld worden om die entiteiten naar binnen te halen. Mits zij die wens duidelijk hoorbaar voor de rest van de wereld hebben geuit. In de achterliggende jaren heeft hij een aantal keren gedemonstreerd dat die wereld zijn uitspraken serieus moet nemen.
Tsjetsjenië, dat iets te hard kenbaar had gemaakt naar zelfstandigheid te streven, werd vrijwel met de grond gelijk gemaakt en de bewoners van Tsjetsjenië konden tienduizenden doden en gewonden begraven en verzorgen.
Na Tsjetsjenië volgde Georgië.
Toen Georgië in 2007 te kennen gaf dat het land zich wilde aansluiten bij het Westen, leidde die kortstondige flirt in 2008 tot een militaire confrontatie met de Russische Federatie en aan het einde van de rit waren twee Georgische provincies – Abchazië en Zuid Ossetië – de facto geannexeerd door Moskou. Daarna volgden de annexatie van de hoofdzakelijk Russischsprekende bevolking van de Krim en trokken door het Kremlin bewapende en ondersteunde rebellenlegertjes de Russisch-Oekraïense grens over, op weg naar de Dnjepr.
Er is in een groot aantal artikelen benadrukt dat het Kremlin geen kans onbenut laat om de huidige status van de voormalige Sovjetrepublieken; Estland, Letland en Litouwen als zelfstandige staten ter discussie te stellen. Immers Moskou erkent de grenzen niet zoals die op dit moment in onderlinge verdragen zijn vastgelegd. Poetin erkent ook niet dat de Baltische staten na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie in 1991, het recht kregen om hun eigen toekomst te bepalen. Te pas en te onpas komt hij herhaaldelijk met de overbekend geworden melodramatische omschrijving van de bestaande geopolitieke situatie in de Baltische regio op de proppen.
De uitspraken (of waren het beloftes?) die Poetin in 2005 deed en in 2008 nog eens herhaalde, heeft hij deels ingelost. Deels, omdat het grootste deel van de Oekraïne blijft hunkeren naar een aansluiting bij de EU en NAVO, en de Baltische staten zich inmiddels hebben aangesloten bij de NAVO. Gelet op de strekking van de geciteerde uitspraken, laat de man in het Kremlin zijn streven naar een Sovjet-Unie 2.0 zeker niet varen.
De NAVO beweegt en Rusland blijft zitten
Het heeft er alle schijn van dat de NAVO is ontwaakt uit zijn decennialange winterslaap en eindelijk inziet dat het Kremlin de wegen naar het westen en noordwesten weer is ingeslagen. Nu de strijd in Syrië en Irak volgens experts en media dank zij de steun van Rusland, Internationale Coalitie en Koerdische Peshmerga vrijwel gestreden is, zal Poetin meer armslag hebben om de tijdelijke pas op de plaats in het oosten van de Oekraïne en Baltische staten om te zetten in een gestrekte galop voorwaarts.
Die gedachte heeft blijkbaar ook postgevat bij de traditionele politieke partijen in het Westen. In de hoopvolle verwachting dat het Kremlin zou streven naar een vermindering van haar strijdkrachten, meende het Westen in 1991, dat de tijd eindelijk rijp was om op defensiebudgetten te kunnen bezuinigen en de vrijgekomen gelden te besteden aan de gebruikelijke binnen- en buitenlandse hobby´s. Na twintig jaar plus, zijn de gevechtskracht en het voortzettingsvermogen zodanig gekrompen (25% in vergelijking met de 1991 status), dat bijvoorbeeld de Nederlandse krijgsmacht zijn grondwettelijke taken niet meer kan uitvoeren. En Nederland is niet het enige land.
De annexatie van de Krim en de openlijke steun aan de proxylegertjes in de Donbas in de vorm van expertise en hoogwaardig materieel, hebben de NAVO de ogen doen openen. Daarom is de NAVO ingegaan op het dringende verzoek van de drie Baltische staten en Polen en stationeerde er circa 4000 man verdeeld over die vier landen. Weliswaar met een omissie nl. niet op permanente, maar op rotatiebasis. Om Rusland niet al te zeer tegen de haren in te strijken.[2]
Blijkbaar heeft die beslissing effect gehad op het denken en doen van de beleidsbepalers in het Kremlin. In een uitgebreid artikel van een door de staat gefinancierde en gecontroleerde periodiek, SputnikPogrom, geeft de redactie toe dat een inzet van militaire middelen onder de huidige omstandigheden niet opportuun is. Het risico van een onbeheersbare escalatie is te groot. Het orgaan beschrijft hoe de Baltische landen kunnen worden losgeweekt om hun plaats in het huis van de Russische Federatie weer in te nemen. Op basis van opzet en strekking van de inhoud is duidelijk de insteek van de Russische krijgsmachtleiding te herkennen.
Het destabilisatiescenario voor de Baltische regio
Het artikel start met de kanttekening dat de Baltische staten een bedenkelijk mate van “Russofobie[3]” vertonen. Volgens de redactie onderstreept die hun ondankbare houding. Hoewel de Baltische staten tijdens de Sovjetperiode miljarden aan subsidies ontvangen hebben, schaarden ze zich in het conflict tussen Tsjetsjenië en Rusland[4] in 1994 en in 1998 collectief achter Tsjetsjenië en spraken in 2014 hun steun uit voor de separatisten[5] in Oekraïne. Die ondankbaarheid wordt nog groter als in de beschouwing wordt meegenomen dat circa 25% van de bevolking in Estland als tweederangsburgers wordt behandeld en totaal geen invloed kan uitoefenen op het politieke proces in die Baltische staat[6]; Litouwen streeft naar de herinvoering van het Litouws-Poolse Gemenebest waar ooit het grondgebied van Belarus ook deel van uitmaakte; Letland is er op uit om Pytalovski, in de Pskov provincie, in te lijven; Estland wil Ivangorod in de Sint Petersburg Regio bezetten en Litouwen legt opnieuw een claim op de havenstad Königsberg in de provincie Oost Pruisen. Oost Pruisen wordt door Litouwen “Lithuania Minor” genoemd.[7] SputnikProgram schildert een hoop ellende voor delen van de Baltische bevolking.
Waarvan zou Poetin binnen zijn hybride oorlogvoeringsraamwerk volgens het scenario van het SputnikProgram, gebruik kunnen maken om de drie Baltische staten te destabiliseren? Omdat geen van de Baltische staten een sterke homogene bevolkingssamenstelling heeft, kan dit een van de speerpunten zijn Een opmerkelijk hoog percentage heeft sterke historische banden met de Russische Federatie en zou niets anders wensen dan weer te kunnen schuilen onder de Russische veiligheidsparaplu. Door regionalisatie en de Baltische regio te spitsen op basis van demografische en geografische vertrekpunten, kan een gewapend conflict vermoedelijk voorkomen worden.
Er bestaat een historische bloedband tussen Rusland en de Litouwse regios “Vilno” en Klaipeda,[8] delen van Suwalkia en Kurzeme alsmede de oostelijke provincie Latgale in Letland en de Estlandse eilanden Osel, Dago, en Prynarovya. De (Russische) minderheden in voornoemde gebieden worden onderdrukt en uitgebuit. Net als in Rusland, zijn in de Baltische landen nauwelijks oorspronkelijke Litouwse, Estlandse en Letlandse etniciteiten meer en de vraag rijst op welke wijze die gebieden volgens SputnikProgram – gezien de verwevenheid van de bevolking – nu worden gereorganiseerd? Volgens het programma kan een stapsgewijze erosie van de Baltische staten gerealiseerd worden door:
- Het historisch besef van verwantschap te onderstrepen en te bevorderen. De inwoners van Latgale en Kuronië, hebben nauwelijks gemeenschappelijke banden met de rest van de Letlandse bevolking. Hen moet duidelijk gemaakt worden hoe historisch gezien hun nationale gevoelens zijn verkwanseld en ze tegen hun zin inmiddels als Litouwers, Estlanders en Letlanders door het leven gaan.
- De genoemde regio’s een lokale vorm van zelfbestuur te geven. Op die manier kunnen de regionale autoriteiten vorm geven aan hun identiteit en afstand kunnen nemen van de landelijke organisatiestructuren.
- De regionale dialecten om te vormen tot volledig zelfstandige talen. Te beginnen bij het steunen van regionale studiegroepen die een dergelijke taal vorm moeten geven.
- De overgebleven regio’ s van Litouwen, Estland en Letland opnieuw te structureren.
- De nieuwe onafhankelijke structuren te integreren in de politieke en economische structuur van de Russische Federatie.
Regionale en etnische conflicten kunnen de drie Baltische landen verder verzwakken en de neiging van de bevolking om zich kritisch op te stellen tegen activiteiten van en door de Russische Federatie, zal op die manier kunnen uitblijven. Die regio´s transformeren zich stapsgewijs in neutrale of pro-Russische territoria en kunnen dan gestimuleerd worden om – net als bij Abchazië, Zuid Ossetië en de Krim is gebeurd – deel uit te maken van de Russische Federatie.
De meest kansrijke gebieden waar deze instabiliteit op korte termijn kan worden gerealiseerd, zijn Latgale en Koerland in Letland; Prinarove en de eilanden Saaremaa, Hiiumaa in Estland, en Vilnius, Klaipeda, Suwalki, (Yatvingians), Zukia en Samogitia in Litouwen.
Naast de veronderstelde historische bloedbanden, kan ook de linguïstische verdeeldheid van de drie landen benut worden. De Russischtaligen in Letland vertegenwoordigen 27,3 %[9] van de bevolking. Bovendien is meer dan 20% van de bevolking getrouwd met een Russischtalige partner. In Estland is 25,6%[10] Russischtalig en in Litouwen 4,8%[11] van de bevolking. Om de Russische identiteit van voornoemde regio’s en steden te onderstrepen, zou Moskou moeten overgaan tot het benoemen van steden uit de Baltische Landen met hun “eigen” Russische naam:
dus niet Tallinn maar “Reval” of “Kolyvan”,
niet Tartu, maar “Yureyev”,
niet Ventspils, maar “Vindara”.
De Balten kunnen daar niets tegen in brengen, want zij gebruiken zelf ook nationale namen voor steden als de Letlandse stad Abrene (Russische Putalovo), de Estlanders noemen Ivangorod: Jaanilinn, en de Litouwers noemen Kaliningrad: Karaylaucius.
In de voet geschoten?
De mate van gedetailleerdheid van het beschreven scenario weerspiegelt de directe betrokkenheid van het Kremlin bij het opstellen daarvan. Het staat buiten kijf dat het Kremlin stevige richtlijnen aan de redactie van SputnikProgram heeft verstrekt om de onrust bij de Balten aan te wakkeren. Het regionaliseringscenario maakt dientengevolge deel uit van Putin’ s hybride oorlogvoering. De vraag is echter of diezelfde helderheid niet gebruikt kan worden door naar autonomie snakkende etniciteiten in politieke entiteiten binnen de Russische Federatie? In dat geval staat de stabiliteit binnen Rusland op het spel.
—————————————————————–
[1] Op hun plundertochten in oostelijke richting reiken de Zweedse Vikingen tot in het hartland van het contemporaine Rusland en Oekraïne waar ze belangrijke handelsposten als Novgorod en Kiev stichten en Constantinopel proberen te veroveren. Deze Vikingen worden door de Slavische bevolking met de naam “Rus” (roodharige of roeier) aangeduid.
[2] De NAVO en de vertegenwoordiging van de USSR waren overeengekomen dat er geen permanente eenheden zouden worden gestationeerd in de voormalige Warschaupact-landen. Rusland houdt zich al jaren niet aan deze clausule en heeft in Belarus en Oost Pruisen wel degelijk permanente troepen gestationeerd. In Oost Pruisen zelfs versterkt met middellange afstandsraketten die bewapend met nucleaire koppen vrijwel alle Europese hoofdsteden kunnen bereiken.
[3] Russofobie: de angst of afkeer van Rusland. Een gedachtegang die er van uitgaat dat russofobie een lange traditie kent en al vele eeuwen in Rusland bestond voordat Rusland een van de grote machten van Europa werd.
[4] Bedoeld werd de onafhankelijkheidsstrijd van de Tsjetsjenen.
[5] De separatisten zijn de Maidan-revolutionairen die een meer Westelijke koers van Oekraïne nastreefden.
[6] Estland heeft in haar grondwet opgenomen dat een ieder die zich wil vestigen op het grondgebied van Estland, pas na het succesvol afronden van een – gratis – inburgeringscursus de Estlandse nationaliteit krijgt.
[7] Een verdraaiing van de historische feiten, want Oost Pruisen (door de Russen in 1945 illegaal geannexeerd en omgedoopt tot “Kaliningrad”) heeft nooit deel uitgemaakt van het grondgebied van Litouwen.
[8] Klaipeda: Het vroegere Oost Pruisische Memel.
[9] Cijfers uit 2011 (595.000 inwoners)
[10] Cijfers uit 2009 (342.000 inwoners)
[11] Cijfers uit 2010 (232.000 inwoners)