Wie nog niet ervan overtuigd is geraakt dat huichelarij, bedriegen en liegen in het politieke handwerk van de moderne politicus is opgenomen, moet zich maar eens buigen over de ontwikkelingen rond de stort van granuliet in het verdieping – en natuur project ‘Over de Maas’.
In februari 2020 heeft Zembla een reportage gewijd aan de controverse tussen de Gemeente West Maas en Waal en Rijkswaterstaat en op de website AD.nl werd in die periode een aantal artikelen gepubliceerd over de merkwaardige gang van zaken.
De controverse
De afspraak tussen de gemeente West Maas en Waal waar de plas onder valt en Nederzand, een projectmanagement BV dat zandwinprojecten voor de landelijke delfstoffenmarkt ontwikkelt en begeleidt, vormt het vertrekpunt voor de discussie rond het granuliet.
Volgens Ans Mol, de verantwoordelijke wethouder, werd afgesproken dat “zand met goede kwaliteit zou worden gewonnen en de ontstane gaten zouden worden opgevuld met zand van een mindere kwaliteit uit de omgeving”. Na jaren van zandwinning was de plas zo diep geworden dat opvulling noodzakelijk werd, omdat het zonlicht bij minder diepe plassen beter tot de bodem kan doordringen, waardoor er meer planten kunnen groeien. Minder diepe plassen zijn goed voor de biodiversiteit en opvulling moet dat streven naar biodiversiteit niet in gevaar brengen.
In de controverse tussen de Gemeente West Maas en Waal en de Rijkswaterstaat staat het granuliet centraal. Bij het bewerken van graniet en zandsteen komt een stof vrij en in dit geval gebruikt Graniet Import Benelux een chemisch middel om het overblijvende granietpoeder in te doen dikken. Dit ingedikte materiaal is granuliet. In het dispuut tussen Gemeente en Rijkswaterstaat draait het om drie criteria centraal: grond, veilig en stort. Als het granuliet grond is, dan is het veilig en kan het worden gestort; is het daarentegen bouwstof of afval dan kan het onveilig zijn en schadelijk voor het milieu en mag het niet gestort worden.
Rolverdeling
Opvulling met mindere kwaliteit zand uit de omgeving bleek niet mogelijk, omdat die voor bouwdoeleinden was gewonnen en dus moest naar alternatieven gezocht worden. Bij die zoektocht naar een geschikt alternatief speelt een aantal spelers een rol: Graniet Import Benelux een onderdeel van Bantrup, die het graniet uit Noorwegen en Schotland importeert en chemisch bewerkt; Gemeente West Maas, behoeftesteller en milieubeheerder; Rijkswaterstaat (Zuid) die toestemming voor het stort moet geven en een onderzoek naar het granuliet heeft gedaan; Bantrup die het granuliet voor de stort aanvoert; Koninklijke VolkerWessels Stevin[1] die grondstoffen van Bantrup koopt voor de aanleg van wegen; SoilConsult/Royal Haskoning en Scheurs Milieuconsultant die voor hun opdrachtgevers Bantrup en Graniet Import Benelux drie onderzoeken hebben gedaan naar de schadelijkheid van granuliet voor het milieu. .
Vragen en de behoefte aan eenduidige geaccepteerde antwoorden
In de Zembla reportage[2] werd onderstreept hoe politiek handig, actieve (Van Nieuwenhuizen) en postactieve politici (Zijlstra) en delen van een overheidsinstantie (Rijkswaterstaat) de zaken aanpakken om toch de oplossing te krijgen die het grootkapitaal (Bantrup c.s. en indirect Koninklijke VolkerWessels Stevin) wenst. Het draaide bij die kwestie om antwoorden op een aantal prangende vragen:
“is granuliet grond of een bouwproduct; komen uit granuliet bij langdurige blootstelling aan water chemische stoffen vrij die schadelijk zijn voor het milieu, voor mens en dier in de naaste omgeving; heeft de voormalige politicus Halbe Zijlstra zich actief en agressief bemoeid met de procedure om de stort van granuliet door te drukken en de kosten voor wegenbouworganisaties te beperken; heeft de verantwoordelijke minister gelogen over de rol van Zijlstra?”
Uit de berichtgeving blijkt dat het vinden van heldere geaccepteerde antwoorden geen eenvoudige zaak is en gevonden antwoorden weer nieuwe vragen opwerpt.
Onderzoeken
Onderzoeken moesten een antwoord geven op de vraag of granuliet moet worden beschouwd als grond of kan worden gelabeld als bouwstof en in het verlengde moesten die onderzoeken een antwoord geven op de vraag of granuliet wel of niet schadelijk is voor de lokale flora en fauna. Het onderzochte granuliet was afkomstig van Bontrup, Amsterdam, die bergen van het restproduct granuliet had liggen. Een buitenstaander zou daardoor de indruk kunnen krijgen dat granuliet niet echt populair was bij de klanten van Bontrup en het dus niet verrassend was dat Bontrup van de grote hoeveelheden granuliet zo snel mogelijk af wilde. Het gerucht gaat dat Bontrup zelfs wil betalen voor de stort van granuliet.
Er kwamen vier rapporten op tafel waarvan er drie voor iedere betrokkenen en belangstellende toegankelijk waren en een, die van Rijkswaterstaat, achter slot en grendel bleef. De drie rapporten in opdracht van Bontrup/Graniet Import Benelux, het bedrijf dat graag af wil van de bergen granuliet, concluderen niet geheel verrassend dat er geen risico’s voor mens en dier te verwachten zijn. Een boterzachte vaststelling met veel slagen om de arm om zich in te dekken mocht granuliet onverwachts toch schadelijk blijken te zijn. Bovendien zette Bontrup het betreffende ministerie/Rijkswaterstaat en in het verlengde Volker Wessels onder druk door te waarschuwen dat de asfaltproductie voor wegdek vernieuwing in gevaar zou komen als de granuliet stort zou worden afgeblazen.
Het rapport van Rijswaterstaat is weliswaar geheim, maar het feit dat inspecteurs van Rijkswaterstaat Zuid twee Bontrup aanvragen om het granuliet naar Over de Maas te transporteren en het daar te storten, af te wijzen doet sterk vermoeden dat op werkniveau granuliet schadelijk wordt geacht voor het milieu. Milieuchemicus Joop Harmsen, gespecialiseerd in bodem- en waterverontreiniging en jarenlang verbonden aan de Wageningen Universiteit, stelt dat de schadelijkheid niet goed meetbaar is en onduidelijk is wat het effect van de toegevoegde chemische stof met water op de langere termijn doet. Bij gerede twijfel niet instemmen resp. toestemmen
Er ligt ondanks de vier onderzoeken geen eenduidige vaststelling op tafel dat granuliet grond of bouwstof is en dus blijft de twijfel levend.
De ridder op het witte paard
Toen de stort door Rijkswaterstaat Zuid in oktober 2019 werd afgekeurd, begon Zijlstra, de voormalige Minister van Buitenlandse Zaken en huidige topman van VolkersWessels, zich met de kwestie te bemoeien. Hij nam via Whatsapp en email contact op met de hoogste baas van Rijkwaterstaat over de kwestie en had gesprekken op het ministerie. ‘De granulietzaak leek opgelost, maar ettert nog steeds door’, schreef hij onder meer aan de baas van Rijkswaterstaat. De directeur-generaal van Rijkswaterstaat greep in en sprak vervolgens haar vergunningverleners aan en appte Zijlstra terug dat het voor elkaar komt. ‘Betrokken partij krijgt vandaag nog te horen dat hij vergunning krijgt’. De ambtenaren van Rijkswaterstaat, de deskundigen, werden overruled door de niet-deskundige directie van Rijkswaterstaat. Het lijkt Defensie wel.
Volgens hoogleraar integriteit Rob van Eijbergen van de Vrije Universiteit van Amsterdam zijn bij het besluit van het verantwoordelijke Ministerie (waar Van Nieuwenhoven momenteel de scepter zwaait) alle regels rond integriteit geschonden. Op basis van interne documenten van Rijkswaterstaat concludeert hij dat op alle niveaus niet de waarheid gesproken wordt – gelogen dus – en alle integriteitregels die men kan bedenken met de voeten getreden zijn. Uit de via de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB) beschikbare documenten blijkt volgens hem dat Halbe Zijlstra flinke druk heeft uitgeoefend op hoge ambtenaren van Rijkswaterstaat. Hij heeft volgens van Eijbergen de integriteitgrens overschreden door op grond van zijn oude contacten als bewindspersoon, overheidsfunctionarissen zwaar onder druk te zetten en daarover vervolgens niet de waarheid te spreken. Hoewel Zijlstra al een tijdje zijn verantwoordelijkheden als politicus heeft neergelegd, hangt er door de Poetin affaire nog steeds een geur van onbetrouwbaarheid om hem heen.
Minister Van Nieuwenhuizen zou ook gelogen hebben toen ze de Kamer informeerde dat de belangen van de asfaltindustrie in de persoon van Halbe Zijlstra géén rol zou hebben gespeeld bij het besluit om granuliet te zien als grond. Zij informeerde de Kamer dat Zijlstra alleen aandacht voor het dossier had gevraagd en zich niet daadwerkelijk in de procedure gemengd had. In haar eigen woorden: ”het heeft niet geleid tot een andere uitkomst, hooguit tot een versnelling”, Zembla oordeelde daar op basis van duizenden mails, interne stukken en appberichten die werden vrijgegeven na een beroep op de WOB, dat dit wel het geval is geweest.
Waarheid is de vijand van een corrupte overheid
“is granuliet grond of een bouwproduct; komen uit granuliet bij langdurige blootstelling aan water chemische stoffen vrij die schadelijk zijn voor het milieu, voor mens en dier in de naaste omgeving; heeft de voormalige politicus. Die vragen zijn nog steeds niet eenduidig beantwoord.
Heeft Zijlstra zich actief en agressief bemoeid met de procedure om de stort van granuliet door te drukken en de kosten voor wegenbouworganisaties te beperken; heeft de verantwoordelijke minister gelogen over de rol van Zijlstra?”. Volgens het onderzoek van Van Eijsbergen en Zembla is dat inderdaad het geval geweest.
De onderzoeken van Zembla en Van Eijsbergen hebben bevestigd dat liegen, corrumperen, huichelen[3] en semantisch gegoochel met termen, een essentieel onderdeel vormt van het arbeidspakket van de doorsnee politicus/politica. Leden van het Kabinet Rutte slaan zich herhaaldelijk op de borst dat zij het staatschip op een begrijpelijke en een eerlijke manier op koers houden. Maar wat is tegenwoordig in de politieke semantische jungle begrijpelijk en wat is eerlijk als personen met een ander mening over het te voeren beleid in politiek opzicht over de kling gejaagd worden of aan de hoogste boom worden opgehangen? Als kritiek niet gepruimd wordt door de dames en heren van het Parlement. Ongetwijfeld wordt dat in Den Haag in de categorie politiek handig handelen geplaatst.
Daarom kan het voor niemand verrassend zijn dat de Nederlandse samenleving in de achterliggende zeven maanden heeft ontdekt dat politieke leiders en hun experts de doorsnee Nederlandse burger regelmatig bij de beer neemt en zijn politieke zin wil doordrijven Niet verrassend dat de burgerlijke ongehoorzaamheid groeit en steeds meer leden van de samenleving sterk twijfelen aan de integriteit van betrokken politici en hun door de overheid gesubsidieerde adviseurs.
[1] Een van Nederlandse grootste wegenbouwers.
[2] Reportage “De afvaldump door Rijkswaterstaat”, 6 februari 2020.
[3] Huichelarij is in werkelijkheid niets dan afgrijselijke wanhoop, (Victor Hugo).
Goed artikel, dank voor de aandacht hiervoor!
Wij figureerden ook in de betreffende aflevering.
Op onderstaande passage willen we graag een nuance aanbrengen, want deze claim van “natuurwinst” is weerlegt door de wetenschap en op niets gebaseerd zo blijkt.
“Na jaren van zandwinning was de plas zo diep geworden dat opvulling noodzakelijk werd, omdat het zonlicht bij minder diepe plassen beter tot de bodem kan doordringen, waardoor er meer planten kunnen groeien. Minder diepe plassen zijn goed voor de biodiversiteit en opvulling moet dat streven naar biodiversiteit niet in gevaar brengen.”
Die algemene claim van natuurwinst houdt geen stand: de laatste wetenschappelijke kennis laat zien dat het verondiepen van diepe plassen ten behoeve van natuurontwikkeling eerder negatieve dan
positieve effecten heeft op de ecologie van een plas en dat onderzoek en maatwerk vereist zijn om uitzonderlijke positieve effecten aannemelijk te maken. Zie:
– B-Ware Brochure_rol_waterbodem_waterkwaliteit_2019 en
– Natuurwaarde diepe-plassen veel groter dan gedacht
Of zoals Dr. Lisette de Senerpont Domis, onderzoeker aquatische ecologie van het Nederlands Instituut voor Ecologie het stelde tijdens de ronde tafel begin 2020: “Op grond van ons onderzoek dat wij al meer dan zes jaar
uitvoeren, zijn er geen wetenschappelijke ecologische argumenten om grond toe te passen ter verbetering van de ecologische kwaliteit van een plas”.
Naast NIO-KNAW is er ook door B-Ware wetenschappelijk onderzoek uitgevoerd naar diepe en verondiepte plassen in opdracht van het Ministerie van I&W. Ook hieruit wordt dezelfde conclusie getrokken. De directeur van
B-Ware Piet-Jan Westendorp vatte het eind 2019 als volgt samen “Als er gesteldwordt dat verondiepen per definitie goed is voor de natuur, dan durven wij nu al te stellen dat dat niet zo is.”.
Die opvatting wordt ook gedeeld door bijzonder hoogleraar Toegepaste biogeochemie Prof. dr. Fons Smolders van de Radboud Universiteit, die stelde in 2018 dat “natuurherstel door grootschalig verondiepen is de grootst
denkbare kul.”
Onlangs heeft waterbioloog Alexander Klink (Msc Water and Science) ook onderzoek gedaan naar diepe plassen en kwam voor Omroep Gelderland tot de volgende conclusie: “Het kan niet de bedoeling zijn om als een blind paard
putten te vullen met baggerspecie.’ Hij pleit ervoor om eerst gedegen onderzoek te doen ‘voordat een enorme biodiversiteit de nek om wordt gedraaid’. ”
Aquatisch ecoloog Miguel Lurling van Wageningen Universiteit & Research is het met Klink eens. Ook hij vindt dat meer onderzoek nodig is voordat oude zandputten worden volgestort. “Er wordt vanuit gegaan dat er beneden een
bepaalde diepte geen leven meer is. Dat is een aanname die niet wordt onderbouwd door wetenschappelijke inzichten’, aldus de universitair hoofddocent”
En ook door Dr. Piet Spaak van Nederlands-Vlaamse vereniging voor ecologie, tevens hoofd van de afdeling Acquatische Ecologie aan het Swiss Federal Institute of Aquatic Science and Technology: “InZwitserland zijn meren
nog veel dieper, is er is geen haar op het hoofd van een Zwitserse ecoloog die eraan zal denken om (vervuilde) grond in meren te dumpen. Ik ken geenwetenschappelijk onderzoek dat zegt dat ondiepe meren een grotere natuurwaarde zouden hebben. “
Een algemene stelling dat verondiepen altijd een positief effect heeft op de ecologie is daarom niet houdbaar. En al helemaal niet voor granuliet als verondiepingsmateriaal. Er is geen recente wetenschappelijke kennis die dit
aannemelijk maakt of aantoont. Het alleen melden dat natuurontwikkeling het doel is, volstaat niet als gedraging om aan te tonen dat een nuttige functie het primaire doel was.
Het verondiepen is in 2008 begonnen als een op zich goede lange termijn oplossing om lokale bagger te bergen zodat de rivieren wat schoner zouden worden en de plassen wat minder schoon, maar het is vrij snel verworden tot een business model waarbij zelfs bouw- en sloopafval en bagger wordt betrokken van de hoogste bieder. Granuliet past in dat patroon. Zie ook de Zembla aflevering “Gokken met Bagger” waarin dit wordt uiteengezet.
Bij Over de Maas is de situatie ook iets anders, dat is geen diepe put, maar in de plas wordt zand gewonnen en deze wordt tegelijkertijd opgevuld.
Met vriendelijke groet,
Burgercollectief Dreumelse Waard
Dank voor de verbetering. Zo leer je het onderwerp beter kennen en heeft iedereen iets aan dergelijke aanvullingen. Ik in ieder geval wel en zal dat in mijn eigen manuscript verbeteren. Helaas niet meer in het artikel.