Nieuws zou de weergave van de realiteit moeten zijn; de journalistieke objectiviteit zou synoniem moeten zijn met neutraliteit of onpartijdigheid en een onderscheid moeten maken tussen feit en opinie, zonder daaraan een waardoordeel te plakken.
Het gros van de Nederlandse journalisten en reporters van de traditionele media denkt daar bij de berichtgeving over de coronacrisis, stikstofoxide problematiek en boerendemonstraties opnieuw anders over. Opnieuw ja, want de informatievoorziening door de traditionele media stond weer bol van media manipulatie en het spinnen van de realiteit. Opnieuw kwam de mediakramp van de traditionele media die zo gepassioneerd het overheidsnarratief wil ondersteunen, helder aan de oppervlakte.
Netwerkcorruptie
Uit nieuwsuitzendingen blijkt de NOS herhaaldelijk zijn eigen gedragscode met de voeten te treden, regelmatig artikel 1 van de Nederlandse Grondwet te schenden en te vaak nepnieuws te willen verkopen. De tekst van die NPO code zou dientengevolge moeten luiden: “….hanteert nauwelijks journalistieke eisen, draagt voortdurend het linkse politieke correcte gedachtegoed uit, verkoopt regelmatig nepnieuws, misbruikt daarvoor statistieken en goochelt met cijfers om de kijker te misleiden en de publieke opinie in de door de eindredacteur gewenste richting te sturen”.
Wanneer sprake is van staatsinmenging resp. politieke inmenging, politieke partijen en/of politieke coryfeeën de staatsomroep kunnen misbruiken voor het uitdragen van de eigen politieke boodschap, is sprake van netwerkcorruptie. Staatsinmenging in de media maakt diezelfde media chantabel en allesbehalve onafhankelijk. Zeker tijdens de coronacrisis was dit duidelijk herkenbaar. Toen de studio’s niet meer gevuld konden worden vanwege corona, regelde de staat dat tafelgasten een uitzonderingspositie kregen zolang ze maar als spreekbuis van het overheidsnarratief konden fungeren. Alsof die tafelgasten immuun zouden zijn. Later regelde de staat dat de avondklok juist niet gold voor haar welgevallige studiogasten. Alsof zij geen virussen kunnen verspreiden in de nachtelijke uren en de rest van de bevolking wél. De toenmalig verantwoordelijke minister Slob trok bij aanvang van de coronacrisis afgekondigde bezuinigingen bij de NPO ijlings in en schoof €19 miljoen die kant op. Maar voor door een breed publiek geapprecieerde en betaalde showprogramma’s was geen geld beschikbaar. Ook ontving de NPO €10 miljoen extra om juist ‘grote producties’ weer mogelijk te maken. Opzichtiger kunt je het niet hebben.
Censuur heet tegenwoordig shadow banning
In een verslag van Vice Media wordt uitgelegd wat onder shadow banning moet worden verstaan:
“Social platforms like FB, Instagram, Twitter etc. engages in subtle blocking of conservative accounts on the site’s search function. It amounts to making one side of the political debate — mainly, conservatives and libertarians — far less visible in searches than the liberal and progressive side. In other words, once again a progressive-dominated tech-site biases its service towards the left-side of the political spectrum to the detriment of the conservative-libertarian right..”
Hoewel het geen censuur wordt genoemd, heeft shadow banning het zelfde effect op ontvangers van informatie. Zij krijgen geen berichten en informatie te lezen en te zien die het betreffende platform niet verspreid wil hebben. Formeel, omdat het tegen het beleid van het platform ingaat. De gebruiker die iets verder kijkt dan de neus lang is, weet wat er werkelijk aan de hand is en beseft terdege dat haatzaaien het gewenste blokkademiddel zal zijn. Onder haatzaaien bedoelen sociale platformen alle informatie die niet in lijn is met hun liberale en politiek correcte benadering van de wereld om die platformen heen. Vaak wordt dat soort informatie ook nog of juist als fascistisch geëtiketteerd.
Nepnieuws
Berichtgeving die op gespannen voet staat met klimaat, stikstofoxide -, migratie – en veiligheidsbeleid van liberale politici en hun activistische achterban, wordt meestal betiteld als nepnieuws. Hoe lang en hoe vaak nemen mediavertegenwoordigers en politici dat woord in de mond als met data te onderbouwen informatie de indrukken van de man en vrouw in de straat bevestigen. Vooral wanneer het draait om de publicatie van misdaadcijfers en de etnische groepering niet mag worden genoemd die zich heeft bezondigd aan overtredingen van wetten, normen en (on)geschreven gedragsregels. Herhaaldelijk worden argumenten als “om de gevoelens van racisme en discriminatie niet te voeden” of “ om de burgers niet te verontrusten” gebruikt.
Wat is nepnieuws? Wie bepaalt op basis van welke criteria of iets wel of niet nepnieuws is? Wie bewaakt dat en hoe betrouwbaar zijn die zogenaamde bewakers van het nieuws?”. Eenduidige antwoorden kunnen om moverende redenen niet gegeven worden.De voornaamste reden is dat de westerse wereld een wereld van polarisatie ingegleden is, waarbij media – zich zonder druk te willen maken over de juistheid van informatie – concentreren op de scoop, op snel en indringend nieuws. Bovendien loopt ook in Nederland het gros van de gevestigde media met een levensgroot liberaal groen gekleurd etiket op het voorhoofd waar op staat “alles wat niet door ons is gepubliceerd of door ons wordt ondersteund, is nepnieuws.”
Proliferatie van nepnieuws is het nieuwste en effectiefste instrument van psychologische oorlogvoering. Het effect dat kan worden bereikt is door de zegeningen van internet indringend en soms blijvend. De samenleving moet er duidelijk aan wennen. Wanneer is een feit een feit? Kan iemand zoals U en ik dat eigenmachtig vaststellen? Op de website www.factcheck.org las ik een soort ezelsbruggetje die de website beheerder de attente lezer meegeeft[1]. In het Engels luidt dat als volgt: read beyond the headlines, check the author, what is the support, check the date, is this some kind of a joke?, check your biases, consult the experts. In deze handzame richtlijn zit een aantal knelpunten. Niet iedereen is in staat of wil verder kijken dan zijn neus lang is en wil/kan het achterliggende doel vaststellen. Niet iedereen is in staat satire van ernst te onderscheiden. De praktijk leert dat weinigen in staat zijn over hun eigen schaduw heen te stappen en de invloed van hun eigen vooringenomenheid, voorkeur of partijdigheid te schatten op de geloofwaardigheid van een voorliggende tekst. Tenslotte, hoe en waar vind ik die expert, die deskundige?
Proliferatie van nepnieuws blijft niet beperkt tot de usual subjects,[2] maar heeft ook – of beter gezegd juist – vaste voet aan de grond gekregen in het transparante democratische Westen. De samenleving zit hedentendage opgescheept met diverse categorieën nepnieuws verspreidende bronnen die zich uitstrekken van de proefballonnetjes politicus, via de riool journalist, de accidental reporter versterkt door de notoire FB galspuwer tot aan de onlangs in het leven geroepen nepnieuwsevangelist. Die manipulerende berichtendoorgeefluiken gesterkt door de om zich heen grijpende cultuurvervlakking en cultuurrelativisme zaagt aan de poten van het westerse democratische model. Heeft Lenin met zijn uitspraak aan de vooravond van de Communistische Revolutie dat het snel gedaan zal zijn met het democratische westen, toch gelijk gekregen.
Feitencontrole?
Volgens communicatie wetenschappers en media experts zou de redding nabij zijn. Er is een nieuw media lichaam in het leven geroepen; de fact checker of in goed Nederlands de feitencontroleur. Hoe zo´n lichaam die kwalificatie kan verwerven is duister. Immers aan welke objectieve criteria moet zo´n structuur voldoen? Wie stelt die criteria vast, wie controleert de feitencontroleur op zijn feiten en hoe neutraal kan zo´n instantie zijn werk doen? Op de website www.gatestoneinstitute.org wordt op die materie ingegaan. Het betreffende artikel start met de volgende tekst: Name a single person or organisation you trust to control your speech. Whom would you trust to control what you can read, or make decisions on what is true and what is false for you? Whom do you trust to police what you think? Vermoedelijk luidt het antwoord van het gros “niemand”. Geen politicus, deskundige, reporter, journalist of de buurman? Niemand.
Facebook (FB) bekende voor de rechtbank dat fact checks die sociale media gebruiken om te controleren en te sturen wat Amerikanen lezen en bekijken, niet meer zijn dan een “beschermde opinie, een mening, een eigen interpretatie. Tijdens die rechtszaak bevestigde FB dat door het kwalificeren van fact checks als een beschermde mening, de organisatie zich boven de wet plaatst en denkt dat ze gebaseerd op onderbuikgevoelens resp. anekdotische informatie zelf mag en kan vaststellen wat juist en niet juist is. Daarmee onderstrepen Zuckerberg c.s. dat zij bepalen wat wel of niet onder de noemer “vrijheid van meningsuiting” op hun podium gecategoriseerd moet worden. Met die uitspraak bevestigde FB ook dat ingehuurde Fact Checkers geen feiten controleren, maar een interpretatie geven van de berichtgeving gebaseerd op criteria die FB hen opdraagt. De Nobel prijs winnares Maria Ressa drukte het als volgt uit: “FB bias against facts threatens democracy”.
De fact check industrie wordt gefinancierd door liberale moguls als George Soros, door de overheid gefinancierde non-profitorganisaties en techgiganten zelf. Veel Fact checkers blijken niet de onbevooroordeelde scheidsrechters van de waarheid te zijn. Groepen als Facebook, Amazon, Twitter etc. en nieuwsbronnen als NY Times en Washington Post misbruiken fact checkers om zichzelf vrij te pleiten van verantwoordelijkheid. Vanzelfsprekend zullen niet alle fact checkers zich laten sturen door hun clientèle, maar de beschreven voorbeelden zijn inmiddels geen uitzonderingen op de regel meer; de uitzondering is de regel geworden.
De vaststelling door fact checkers of informatie wel of niet als nep nieuws beschouwd moet worden, heeft direct een sturend effect op het verloop en resultaat van debatten en discussies en indirect op de publieke opinie. Daarom moet de fact checker op zich weer gecontroleerd, doorgelicht worden om een inzicht in diens neutraliteit en kwaliteit te krijgen voordat geloofd kan worden of een informatie die door de betrokken fact checker is gecontroleerd, wel of niet gemanipuleerd is. De coronapandemie en de energietransitie, maar ook de berichtgeving over de Russische inval in de Oekraïne hebben bevestigd dat partijen en opponenten middels de media en in hun kielzog politici, samenlevingen overladen met gekleurde informatie om de publieke opinie aan hun zijde te krijgen.
Mediakramp
Bij de berichtgeving over corona, boerendemonstraties, migratie-effecten werd duidelijk dat de gevestigde media zijn verworden tot doorgeefluiken van politieke ideeën, ideologieën en activistische beginselen. Tot Public Relations machines voor politici, activisten en lobbyisten, waarbij kijk– en luisterdichtheid of het aantal hits op hun websites leidende beginselen zijn voor de manier en richting van de berichtgeving. Die media (-vertegenwoordigers) concentreren zich op schokeffecten en first impressions en niet op juistheid en volledigheid. Die zich om de tuin laten leiden door lekkende politici, zogenaamde klokkenluiders en niet op betrouwbaarheid gecontroleerde informanten. Die instrumenten zijn geworden van selectieve verontwaardiging en verregaande hypocrisie. Die opportunistisch zijn en zich laten leiden door de waan van de dag, om te scoren, om de solvabiliteit en in het verlengde de overlevingskans te optimaliseren.
De zittende media probeerde onlangs om in lijn met het overheidsnarratief de boeren als staatsgevaarlijk te framen. Niet het lot van de wegrijdende trekker met een 16-jarige bestuurder, maar die van de zonder enige aanleiding op de jonge boer schietende diender kreeg in de media en Tweede Kamer de volledige aandacht: ”hij zit er doorheen….hij is ondergedoken” kopten traditionele mediabronnen. Nederland kreeg wel in een 1 seconde lange beeldflits van een in totaal 10 seconden video, de wegrijdende trekker te zien maar niet de diender met het pistool in de hand. Hetzelfde gebeurde met de bestuurder van een Mercedes die door een diender met een getrokken pistool gesommeerd werd te stoppen. De man moest door een vrouwelijke collega tot enige bezinning gebracht worden. De NOS knipte het deel van de diender met getrokken pistool eruit. Zie bijvoorbeeld ook de website Indepen.
Bij de berichtgeving van de stikstofoxide emissie problematiek en boerendemonstraties van het zelfde laken een pak. Waarom horen of lezen wij geen berichten dat de ‘stikstofkaart’ een verzinsel van het ministerie is, en het RIVM in een bijlage haar handen compleet aftrekt van deze stikstofkaart? Waarom worden boeren die juist niet het narratief van de overheid willen vertellen uit uitzendingen geweerd? En als ze uitgenodigd zijn, waarom wordt hun uitleg geblokkeerd of irritant geïnterrumpeerd door de gespreksleider? Waarom horen of zien wij geen reportages waarin welbespraakte boeren aan het woord zijn?
De berichtgeving over de conservatieve mens, zijn ideeën en voorstellen bezit een ongebreidelde hoeveelheid pulp friction: negatief georiënteerd, op onderbuikgevoelens gebaseerd, uit de context getrokken en persoonlijk gericht. Besmeuren van de conservatieve mens en zijn ideeën d.m.v. framen, doxing, unmasken, shadow banning en het bewust verdraaien van uitspraken en weglaten van feiten is eerder regel dan uitzondering. Wat voorheen als riooljournalistiek werd bestempeld, blijkt tegenwoordig beschouwd te worden als onderzoeksjournalistiek.
Psychologische oorlogvoering
Is er nog iemand die de termen neutraal, accuraat en actueel durft te verbinden met berichten waarin het overheidsnarratief gepassioneerd door mediaorganen wordt gepropageerd? De echt pure journalist is tegenwoordig moeilijk te vinden. Veel van de berichtgeving wordt gekleurd door kastijding van de blanke mens en feitenvrije strekkingen. Het voormalige blank is het tegenwoordige zwart en het voormalige zwart is het hedendaagse blank.
Zijn Nederlandse media organen genegen om iedereen rechtvaardig te behandelen? Gelet op de benauwde eigen gelijk inspanningen van zendgemachtigden om de Nederlandse samenleving op te voeden en het hijgerig bedienen van het politieke kartel, is het antwoord ontkennend. Publieke en commerciële media zijn in dat geval nauwelijks van elkaar te onderscheiden en bewandelen de linkse, de liberale route. Dat heeft de berichtgeving over Zwarte Piet en boerendemonstraties bevestigd. Wordt de politiek afgestraft als blijkt dat de media tekort zijn geschoten in het preken van het eigen gelijk van het politieke kartel? Dat blijkt dus niet uit de politieke ontwikkelingen na de laatste twee verkiezingen. Bij de hernieuwde inkleuring van het politieke landschap blijkt dat partijen die hebben verloren, alsnog winnen en partijen die hebben gewonnen, tenslotte toch verliezen. Aan het einde van de dag heeft het politieke kartel het verkiezingsresultaat naast zich neergelegd en vervolgt vrolijk fluitend de kartelroute. De kiezer doet er in feite niet toe.
In het achterliggende Rutte decennium maakte de NOS zich herhaaldelijk schuldig aan activistisch – en deugnieuws; emo en suggestieve journalistiek, het wegzetten van autochtone bevolkingsgroepen en natuurlijk: papegaaien. Regelmatig wordt het woord en wederwoord principe overboord gegooid; politiek-correcte politici, linkse activisten, hulporganisaties krijgen voortdurend een podium; de stem van de actieve, rechtse realist wordt stelselmatig genegeerd. Herhaaldelijk wordt het overheidsnarratief van een ontwikkeling belicht, waardoor uitspraken uit hun verband worden gerukt. Waarheidsvinding blijkt voor de journalisten en reporters van de NOS een dermate vermoeiende bezigheid te zijn dat na-papegaaien een terugkerende sport is. Draaien, verdraaien van feiten en data, informatie niet toetsen op juistheid, of feiten weglaten met het doel de emotie van de kijker te voeden en de publieke opinie te masseren.
Het zijn acties om de effecten van tegendenkers of andersdenkenden te neutraliseren, te ondermijnen. Psychologische oorlogvoering dus, maar wel tegen segmenten van de eigen bevolking!
[1] Volgens the DailyDot behoort Factcheck.org een project van de Annenberg Public Policy Center aan de University of Pennsylvania, samen met Politifact, een project van de Tampa Bay Times, en Fact Checker verbonden met de Washington Post een uitermate scherp liberaal bolwerk, tot de drie betrouwbaarste feiten controleurs in Amerika.
[2] Zoals Rusland, China, Roemenie.
Geachte heer Brantz, uw artikel is al bijna 7000 keer gelezen, zie: http://www.linkedin.com/feed/update/urn:li:activity:6952667687693000704/
Plaats dit als “Ingezonden Brief” in de Nederlandse kranten en de Telegraaf het eerst.