Op 21 april jl. werd het wetsvoorstel betreffende het ‘democratiseren’ van waterschappen besproken in de Tweede Kamer. Dit wetsvoorstel is van de hand van Laura Bromet van GroenLinks en Tjeerd de Groot van D66 en moet een einde maken aan ‘geborgde zetels’ in de waterschappen, die als een ‘relict uit het verleden’ worden weggezet en niet meer van deze tijd zouden zijn.[i]
Het ‘democratiseren’ van waterschappen houdt echter niets anders in dan dat de zetels in de waterschapsbesturen worden toegevoegd aan de baantjescarrousel van de kartelpartijen, en dat dientengevolge deskundige specialisten, die door de genoemde politici worden weggezet als pionnen van belangenorganisaties zoals landbouwverenigingen (huh? Wat is een politieke partij dan?), van hun stoel worden gewipt om te worden vervangen door leden van politieke partijen die zo nodig ergens een baantje moeten hebben, zónder over verstand van zaken te beschikken. En dat is iets dat me niet alleen in de waterschappen uiterst onwenselijk voorkomt, omdat het gevaar dan dreigt dat we straks allemaal natte voeten hebben als gevolg van ideologische overtuigingen (denk aan het klimaatkalifaat), maar heden ten dage eigenlijk in de hele politiek.[ii] Als er één ding is dat onderhand niet meer van deze tijd is, dan is het júist het partijenstelsel zoals we dat nu kennen.
De partijpolitici hebben er inmiddels op basis van hun ideologische overtuigingen, maar gebrek aan gezond boerenverstand, realiteitszin en/of kennis van zaken een aardige bende van weten te maken die de Nederlandse belastingbetalers stápels geld gekost heeft (and counting…) en waar nog niets van opgelost is, integendeel. Te denken valt aan het toeslagenschandaal, het gaswinningsschadefiasco, het immigratieprobleem en dientengevolge het woningtekort, de verwaarlozing van onze defensie, het als grootste nettobetaler buigen voor het bestuur van de vereniging van 27 Europese staten in Brussel, de energievoorziening, de doorlopende lastenverzwaringen en ga zo maar door. Het frappante aan de genoemde problemen is dat ze bij een nadere beschouwing ook allemaal op enigerlei wijze met elkaar in verbinding staan.
Er is geen beleid, er is geen visie, er is geen plan voor waar ‘we’ als Nederland over 5, 10 of 25 jaar willen staan. Er zijn wel wat woeste ideeën over gidsland zijn hier en voortrekkersrol vervullen daar, maar de grote vraag is of de inwoners van Nederland, die daarvan de kosten mogen dragen, daar wel op zitten te wachten en die vraag is alleen al gezien de huidige precaire financiële situatie van een steeds verder stijgend aantal Nederlanders bijzonder relevant. Duidelijk is wel dat de visie op de toekomst niet verder gaat dan maximaal 1 kabinetsperiode en dat partij- en particuliere belangen van politici prevaleren boven het landsbelang en de belangen van de ingezetenen. Er worden geen compromissen à la poldermodel meer gesloten, er wordt gewoon keihard uitgeruild. GroenLinks en de PvdA zetten deze week nog het kabinet onder druk met het dreigement niet akkoord te gaan met de begroting als er niet meer groenere en socialere maatregelen zouden komen. Dat zijn ideologische partijbelangen, geen lands- of ingezetenenbelangen.
Als die GroenLinksers bijvoorbeeld hun ideologische aversie tegen kernenergie niet zo lang hadden volgehouden, hadden ze nu niet hoeven klagen dat de eerste kerncentrale pas op zijn vroegst in 2035 klaar zal zijn en dat ‘we’ onze ‘klimaatdoelen’ niet gaan halen, maar dan had deze al lang en breed gedraaid kunnen hebben, in plaats van dat ons landschap intussen wordt ontsierd door enorme aantallen belachelijk grote en bovendien gekmakende windturbines en vierkante kilometers kostbaar landbouwareaal vol in China vervaardigde en per oliestookboot aangevoerde zonnepanelen. De problemen van vandaag de dag zijn ook veel te gecompliceerd geworden om over te laten aan lieden met een graad in de kunstgeschiedenis en een lidmaatschapje van een belangenvereniging die politieke partij heet. Laat politiek nu toevállig vooral over het oplossen van problemen gaan, en dan heb je de keuze uit twee mogelijkheden: los ze op, of lazer op. Andere smaken zijn er niet. Misschien wel in hun bubbel, maar niet in de èchte wereld – een echte wereld, met lieden als een Poetin of een Xi Jinping, die het een worst zal zijn wat het geslacht van de leden van een universiteitsbestuur, een kabinet of een Europese Commissie is.
Aan politieke verenigingen met een bepaald ideologisch fundament, maar ter zake ondeskundige leden heb je feitelijk helemaal niks. Dan kun je net zo goed met een willekeurige sportvereniging in de Tweede Kamer, het kabinet of straks misschien het waterschap gaan zitten en de kans is bijzonder aannemelijk dat die het ook nog eens beter doet.
Dus laten we nu maar eens een einde maken aan het zogenaamde ‘democratiseren’, dat op niets anders neerkomt dan baantjes in de baantjescarrousel van de kartelpartijen creëren voor lieden die niets kunnen, niets weten of geen relevante ervaring hebben, en op zoek gaan naar echte specialisten die de problemen van vandaag de dag ook echt kunnen oplossen – “zonder last of ruggenspraak”.
[i] https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/kamer_in_het_kort/initiatiefwetsvoorstel-voor-het-volledig
[ii] Je kunt van Thierry Baudet volkomen gerechtvaardigd vinden wat je wilt, maar met het benoemen van het partijkartel en de baantjescarrousel had hij wel degelijk het gelijk aan zijn kant.
Misschien kunnen de klojo’s een clubje oprichten van nietsnutten.
Ik denk dat ze zelf daar te dom voor zin.
Ze worden ook uitverkoren omdat ze geen enkele specifieke vaardigheid hebben.
Vereniging van Druiloren tuig