Een paar zwaaien te veel

Heeft U ooit de term “greenwashing” gehoord? Nee? Het is zoiets als witwassen. Ik las die term voor het eerst in een 29 september 2021 artikel van Ines van Bokhoven op de website OpinieZ waarin zij Alexander Pohl een en jonge bankier met diploma’s in civiele techniek en milieukunde, in een film van Merijn Poels citeert.

Pohl legt in die film de betekenis van dat woord uit: het is een ijsberg: er steekt een klein, groen topje boven het water uit, maar onder het wateroppervlak zit de smerige, zwarte berg verscholen. Als bedrijven maar doen alsof ze ‘groen’ zijn, dan kan men met heel wat wegkomen en ze krijgen er ook nog subsidie voor. Waarom? Omdat de nadruk wordt gelegd op het kleine stukje dat goed gaat: windenergie is groen, is betaalbaar, betrouwbaar en hernieuwbaar.

Pohl is jarenlang werkzaam geweest in de bankenwereld en keerde dat wereldje de rug toe. Tijdens zijn verblijf keurde hij de sponsoring goed voor allerlei klimaat-gerelateerde projecten. Vooral windparken. Totdat hij ontdekte hoe groot de corruptie was en hoe, met de ruimte die wordt geboden door overheid, justitie en politie, bedrijven het geld gebruikten om er nog meer winst mee te maken. In de naam van klimaatproblemen.  In de film van Merijn Poels schetst Pohl hoe de groene maffia in Zweden te werk gaat, hoe de in het nauw gebrachte burger monddood wordt gemaakt en hoe niet-groen, energie opgewekt door windturbines daadwerkelijk is. Hij heeft het allemaal aan de lijven moeten ondervinden

Productie, vervoer en aanvoer zijn niet groen

Afb: public domain

Wat in veel beschouwingen in de marge genoemd wordt of zelfs genegeerd wordt is het feit dat voor de bouw van windturbines de schaarse grondstof neodymium voor de magneet in de motor nodig is. Niet alleen bepaalt de mate van schaarsheid de prijs voor dat metaal en dus de kosten per windturbine, maar het is nog steeds onduidelijk wat er gebeurt als dat metaal niet meer in die mate voorhanden is of door de groei van de energiebehoefte meer windturbines gebouwd moeten worden of door het bereiken van de LOT meer en sneller turbines vervangen moeten worden. Het meest gebruikte zware metaal dat in de bouw van windmolens wordt verwerkt is kobalt. Zeventig procent van de wereldvoorraad kobalt bevindt zich in het door conflicten geteisterde Congo – waar, zoals we inmiddels weten maar steevast negeren, hartverscheurende kinderarbeid floreert in de mijnen. Slavenarbeid door heel jonge mensen onder omstandigheden die hun leven in kwaliteit en jaren beïnvloed. Ellende op afstand, waar niemand in de westerse wereld blijkbaar wakker van ligt.

In Zweden starten de problemen met de aankoop van windturbines die door de lage koopprijs hoofdzakelijk in China worden gedaan. In China worden veel van de zware metalen gedolven die nodig zijn voor de bouw en de productie van windturbines en die delving veroorzaakt talrijke milieuproblemen op afstand (van Zweden). De productie verwoest de omgeving van fabrieken, waar woongemeenschappen tussen radioactief afval staan; vee en gewassen sterven, mensen ernstig ziek worden door o.m. het vervuilde drinkwater. Vervolgens moeten ze van China naar Zweden gebracht worden en ook dat brengt de nodige problemen met zich mee. In onderdelen opgeslagen in containers op vervuilende vrachtschepen en in Zweden aangekomen moeten ze honderden kilometers worden vervoerd door vrachtwagens, dwars door bossen en natuurlandschap heen, om dan uiteindelijk met veel geweld in elkaar gezet te worden op de locatie zelf. Dan gaat die zwaaipaal groene energie produceren.

In Nederland worden veel windturbineparken in de buurt van Natura 2000 gebieden gebouwd. Postzegels in het landschap. Per hoofd van de bevolking heeft Nederland méér Natura 2000 oppervlakte dan bijvoorbeeld Frankrijk. Alleen liggen ze hier overal en nergens. Om elk vergeten weiland werd en wordt een virtueel hek getimmerd en een bordje Natura 2000 opgehangen. Hoewel geklaagd wordt over de toename van het stikstofgehalte in die gebieden, mogen die beplant worden met windturbines (ook nota bene door Staatsbosbeheer)”. Het milieu, de “natuur” moet wijken voor klimaatmaatregelen.

Energieopwekking slecht voor milieu, flora en fauna.

Door de onvoorspelbaarheid van windaanwezigheid en windkracht is er wat de energieopwekking door windturbines een ander probleem: windturbines doen namelijk niet mee aan de regeling in het elektriciteitsnet. Dat kunnen zij niet. Zij kunnen ook geen centrales vervangen en daarom blijven die nodig voor als het niet waait. Het huidige verbeterde elektriciteitsnet moet 100% in stand blijven, al zou het huidige aantal windturbines verdubbeld worden. Daardoor zijn twee systemen noodzakelijk:

  • Het hoofdsysteem is een volwaardig en compleet systeem dat Nederland op elk moment kan voorzien van de benodigde hoeveelheid elektriciteit, óók als het niet waait. Dat systeem bestaat uit elektriciteitscentrales en het elektriciteitsnet. Het elektriciteitsnet verbindt alle centrales en alle gebruikers: industrie, huizen, kantoren, treinen, etc. Samen vormen elektriciteitsnet en centrales” voor onze elektriciteitsvoorziening.
  • Het tweede systeem is samengesteld uit windturbines en hun verbindingen naar het elektriciteitsnet. Als eruit dat “tweede systeem” elektriciteit komt, dus als het waait, komt dat bij de elektriciteit in ons “hoofdsysteem”. Daar moeten de centrales dan “een stapje opzij doen” en de stroom uit het tweede systeem vóór laten gaan. Dit betekent dat in het “hoofdsysteem” centrales moeten afregelen. En als de wind wegvalt, dan moeten die centrales plotseling weer opregelen. Dat tweede systeem moet worden beschouwd als een luxeartikel, maar brengt wel ongewenste kosten met zich mee: kosten voor de windturbines + verbindingen + elektrische verliezen + extra kosten in het “hoofdsysteem” voor opvangen van de grilligheid van wind.

De extrakosten, kosten van het tweede als luxe bestempelde systeem, die windenergie zo duur maken, worden overheid en groene industrie angstvallig verzwegen. Tot 2021 is in Nederland daarvoor al € 80 miljard uitgegeven en experts hebben berekend dat nog eens € 100 miljard in de komende 15 jaren uit de schatkist getrokken moet worden. Als alle extrakosten die windenergie veroorzaakt, omgerekend worden naar geleverde kWh windenergie, dan bedraagt dat op 11 cent/kWh, terwijl de elektriciteit uit fossiel gestookte centrales en kerncentrales minder dan 5 cent/kWh kost. Dus minder dan de helft!

“Het hele Noordzee ecosysteem
wordt gemanipuleerd”

Grote windturbineparken (windindustrieterrein volgens professor Udo) op het land en water beperken de levenskansen van vliegende en zwemmende fauna o.m. door slagschaduw, roterende bladen, geluid en veranderingen van stroompatronen. Er is nu al sprake van het stilzetten van windturbines die in de vogeltrekroutes in zee en land geplaatst zijn resp. worden. De vogelrijke Nederlandse kust, met zijn vele overwinterende zee-eenden en foeragerende meeuwen en sterns, is overwegend roodgekleurd m.a.w. gevaarlijk voor de vogelfauna. Dat betekent dat in de perioden dat de windturbines worden stilgezet een opvangsysteem zorg moet dragen voor de stroomvoorziening. Om sterfte onder de fauna te kunnen voorkomen resp. te doen dalen, moeten nieuwe windturbineparken worden uitgerust met vogel en vleermuizen radars wat de prijs per windturbine zal verhogen.

Het plaatsen van windturbineparken (niet alleen door Nederland maar door vrijwel alle aan de Noordzee grenzende staten) betekent ook dat de visserij visgronden zal verliezen, terwijl het nu nog onduidelijk is in hoeverre het gedrag en uiterlijk van de vissamenleving in de Noordzee verandering zullen ondergaan. Het hele Noordzee ecosysteem wordt gemanipuleerd. Er ontstaat een totaal nieuw landschap.

Windturbines produceren vrijwel onhoorbare laagfrequente geluidsgolven die vrijkomen door het draaien van de windturbines en de gezondheid van de mens beïnvloeden. Het gevolg kan zijn slapeloosheid, hartritme storingen en kloppingen, kijk en gevoelsproblemen en duizeligheid. Voor bewoners in de omgeving van windturbines, die binnen een afstand van 15-20 kilometer wonen, is dat een voortdurende marteling. Diverse Finse onderzoeken en een onderzoek van het Max Planck Instituut hebben dat bevestigd.,

Vanuit deze invalshoek beschouwd is windenergie schadelijk voor flora en fauna, veroorzaakt een hoge mate van landschapsvervuiling en is schadelijk voor onderdelen van het milieu. Wind is niet duurzaam en kan ook niet als hernieuwbaar beschouwd worden.

De genegeerde kostenpost voor het milieu

De Life of Type (LOT) van de windturbine is nog steeds onderwerp van discussie. Die is voorshands op 25 jaar geraamd, maar uit ervaringen in de UK (3000 windturbines) is gebleken dat die LOT slechts 12 tot 15 jaar is. Dat betekent een enorme versnelling van de vervanging en een toename van exploitatiekosten.

De producenten van windturbines en de Duitse overheid zijn begin 2018 gewaarschuwd dat er problemen zijn met de afvoer van ondeugdelijke, onbruikbare en verouderde windturbines. De problematiek van het ruimen van in de bodem ingegraven fundering van beton met ingevlochten staaldraad wordt angstvallig tijdens discussies niet aangesneden. Net als de oude bunkers kan die alleen worden geruimd door zware explosieven te gebruiken en dat is nu niet echt bevorderlijk voor klimaat en milieu.

De afvoer van versleten en onbruikbaar geworden windturbines is in Zweden een groot probleem. De wieken van die in China geproduceerde windturbines zijn 80 meter lang, gemaakt van koolstof en balsahout, verpakt in een aantal lagen bisfenol-A plastic en afgewerkt met epoxyverf. In weer en wind slijten die bladen tijdens het ronddraaien en net als bij propellers zwiepen er kleine stukjes af. Uiteindelijk kunnen op die manier tonnen microplastic verspreid worden over kilometers natuurgebied. Door de hoge slijtage moeten die bladen regelmatig vervangen worden en worden afgevoerd. In het Duits “entsorgen”. Omdat ze stormwinden moeten weerstaan zijn de wieken niet eenvoudig kostenneutraal te entsorgen.

Op de website www.fenixx.news  wordt in een 6 februari 2020 artikel benadrukt dat de afvoer van windturbine wieken tegen diverse problemen stuit Voor dat entsorgen van wieken worden in de groene wereld diverse opties gebruikt. Binnen de EU is verbranden om er of cement van te maken of om te gebruiken voor brandstof van energiecentrales, een veel gebruikte methode. De energiewaarde is laag en ze versterken de ongunstige emissie. Een andere optie wordt in Texas toegepast. Daar worden de wieken omgezet in pellets en vloeren. Omdat de productiesnelheid laag is wordt het gros alsnog in de grond gestopt. Het brengen naar stortplaatsen, waar die wieken in stukken gezaagd en vervolgens 10 meter in de grond begraven worden waar ze naar verwachting langdurig zullen blijven liggen, is de goedkoopste en meest toegepaste methode.  Welke methode ook gebruikt wordt, geen van de drie brengt iets positiefs voor fauna, flora en klimaat.

Herwart Wilms van Remondis in 2018: “Wir stellen mit massiven Subventionen Windräder auf, aber niemand hat sich Gedanken darüber gemacht, was danach mit den Anlagen passiert; dass die eingesetzten Mittel zum Beispiel auch recyclingfähig sein müssen….Insbesondere bei den mit Glas- und Kohlenstofffasern verstärkten Kunststoffen für die Rotorblätter sei unter vernünftigen ökonomischen Bedingungen eine Aufbereitung kaum zu schaffen“. Volgens de Bundesverbandes Windenergie was er in 2018 geen vuiltje aan de lucht (sic), maar het Umweltsbundesamt heeft de aangekaarte afvoerproblematiek nog maar eens onderzocht en stelde in een 250 pagina dik rapport vast dat in 2021 ruim 50.000 ton GFK-Verbundwerkstoffe schroot ontstaat en in 2022 loopt dat tot 2038 op naar 70.000 ton per jaar. Die GFK-materialen zijn moeilijk te vernietigen en daarvoor moeten speciale installaties gebouwd worden. Duitsland heeft er slechts een! Het probleem wordt alleen nog maar groter omdat de windturbine producenten geen geld voor de afvoer gereserveerd hebben en het financiële gat kan tot 2038 oplopen naar €300 miljoen.

Het haasje

Pohl heeft de door overheden, activisten, lobbyisten, producenten doorgevoerde greenwashing en in het verlengde daarvan de genegeerde negatieve effecten voor milieu, mens en dier, aan den lijve ondervonden. Volgens Pohl is geweld een vast onder deel van deze tak van de groene industrie. Het is puur geweld waarmee de natuur wordt verkracht, waarmee hele heuveltoppen worden weggeblazen en honderden hectaren bomen worden gekapt om ruimte te maken, waarbij leugens en intimidatie niet worden geschuwd en soms zelfs fysiek geweld wordt gebruikt tegen protesteerders.

Men wil dat u en ik, als belastingbetalers, het prima vinden dat er miljarden van ons geld in een beleid en bedrijfstak worden geïnvesteerd, die dat geld hoofdzakelijk gebruikt om de planeet te vermoorden en een selecte groep mensen heel erg rijk en machtig maken. Overheden en bedrijven werken samen in deze: zonder enige problemen worden wetten aangepast, worden mensen rechteloos gemaakt, gearresteerd, beschuldigd van de meest waanzinnige zaken – met zorg om onze aardbol heeft het weinig van doen.

Want, zoals Merijn Poels in de film opmerkt: altijd gaat het om CO2, en nooit om hoe we de planeet vergiftigen met plastic en zware metalen.


Meer lezen over het klimaatbedrog? Kijk op Climategate.


0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

1 Reactie
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
r dunki
3 jaren geleden

Het kan zo simpel zijn: meer dan 70% van de Franse elektriciteit wordt door 58 kerncentrales geproduceerd en in totaal komt 90% van de Franse elektriciteit van koolstofarme energie, resulterend in de laagste electriciteitstarieven in de EU. Groene drammers die in het CO² sprookje geloven komen ook aan hun trekken met een minimale CO² uitstoot en de Franse regering heeft al lang besloten het aandeel van de nucleaire energie niet te reduceren omdat dat juist nadelig zou zijn voor hun onrealistische klimaatdoelstellingen.

Alle 58 kerncentrales (de meesten na de USA) zijn onderworpen aan de “grand carénage”, groot onderhoud dat zich uitstrekt tot 2025 om een verdere levensduur van 40 jaar te garanderen, terwijl er ook nieuwe centrales worden gebouwd.