Een klokkenluider in Washington

De klokkenluider is onder de huidige omstandigheden in Washington en omgeving een gewild politiek instrument om ongewenste personen van een der drie machten van de Trias Politica terzijde te kunnen schuiven en/of ongewenste effecten voor Democratische politici en Partij politiek beleid te neutraliseren. De Amerikaanse samenleving werd vooral door inspanningen van de Democratische Partij in de laatste 10 jaar regelmatig met dit fenomeen en diens effecten geconfronteerd.

Afb: pixabay

Wie of wat is een klokkenluider?

Wat verstaat men onder een klokkenluider? De wikepedia geeft daarvoor de volgende verklaring: een wel of niet anonieme melder van misstanden, illegaal handelen, onrecht of een misstand die raakt aan het maatschappelijke belang in een bedrijf, organisatie of netwerk De klokkenluider moet het zelf hebben waargenomen of hebben gehoord van de persoon die het zelf heeft ervaren (uit eerste hand). In uitspraken en meldingen van een klokkenluider is frustratie herkenbaar.

In 2004 deed een klokkenluider in politiek Washington heel wat stof opwaaien en nog steeds ontstaat er onrust als zijn in maart 2004 gedane uitspraken aan de orde komen. Richard Clarke is die klokkenluider en niet zo maar een. Hij was de US National Coordinator for Security, Infrastructure Protection, and Counter-terrorism tussen 1998 en 2003 en was in die jaren de spil van het antiterrorisme beleid van de Clinton regering en had dat ook moeten zijn voor de regering Bush. Hij werd ook niet anoniem gehoord en zijn uitspraken zijn op eigen ervaringen gebaseerd. Clarke voldoet dus aan de wikepedia uitleg van een klokkenluider en vanzelfsprekend ademt ook bij hem enige frustratie uit zijn uitspraken en verklaringen.

Take aways hoorzitting Richard Clarke.

Niet de begintekst van zijn verklaring[1] of zijn beschrijving van de moeizame communicatie binnen de inlichtingensamenleving en het gebrek aan bereidheid om inlichtingen en informatie met elkaar te delen, waren opmerkelijk. Het was al jaren duidelijk dat doelen en verantwoordelijkheden van FBI (Amerikaans territoir, korte termijn visie) en CIA (binnen en buiten de USA, lange termijn visie) botsten en vooral de CIA bang was dat het delen van essentiële informatie met de FBI een structurele oplossing van het terrorisme probleem zou doorkruisen. Die ervaring had de CIA al een paar keer opgedaan. Anderen die door de Commissie werden gehoord, hebben dat wel of niet uit eigenbelang bevestigd en onderbouwd. Zijn uitleg in die richting deden de Commissie leden niet van de stoel rollen. Wel zijn uitspraken over het niet serieus nemen van het antiterrorisme plan van de Clinton regering, de lage prioriteit die de regering Bush jr. zou hebben gegeven aan de bestrijding van Al Qaeda (AQ) i.h.a. en OBL i.h.b., het uit de wind houden van Saudi-Arabie (S-A) en de richtlijn van de POTUS om te bewijzen dat Irak de kwade genius was achter de 9-11 aanslagen.

Richard Clarke startte zijn verklaring met een excuus aan de Amerikaanse samenleving: “Your government failed youthose entrusted with protecting you failed you, and I failed youWe tried hard, but that doesn’t matter, because we failed”. Het was overduidelijk wie hij daarmee bedoelde. Over de weigering van de regering Bush jr. om het antiterrorisme beleid van de regering Clinton op diens merites te beoordelen, verklaarde hij zijn memorandum met twee bijlagen[2] op 25 januari 2001 persoonlijk aan de Nationale Veiligheid Adviseur Conoleezza Rice te hebben overhandigd. Die twee bijlagen gaven inhoud aan het Clinton antiterrorisme beleid om AQ in een periode van 3 tot 5 jaar compleet te ontmantelen[3]. Hij had dat memorandum met bijlagen voorzien van een plan van aanpak. Voor de duidelijkheid had Clarke boven zijn memorandum geschreven: “We urgently need a Principals level review on the Al Qida network”.

Hoewel het al jaren duidelijk was dat OBL vastbesloten was om de USA mondiaal aan te vallen[4], werden zijn waarschuwingen door het Witte Huis voortdurend in de wind geslagen. De bestrijding van OBL/AQ stond niet hoog op de bucketlist van de president. Het gevolg was volgens Clarke dat AQ niet prominent op de agenda van de belangrijkste WH commissies stond en behandeld werd door onderdeurtjes commissies die sporadisch bijeen kwamen. Door zijn voortdurende waarschuwingen verpakt in rechtstreeks telefoongesprekken, mails en memoranda werd hij zelfs verbannen van vergaderingen van WH topfunctionarissen. Richard Clarke werd tot de Cassandra of the Global War on Terror (GWOT) bestempeld. Vanzelfsprekend werden de woorden van Clark door (voormalige) topfunctionarissen in de Bush regering tegengesproken en werd een lastercampagne tegen hem gevoerd om ´zijn geloofwaardigheid te ondergraven. Goh, waar hebben we dat meer gezien.

Wel Irak en niet Saudi Arabië?

Het was direct na de aanslag onduidelijk hoeveel aanslagplegers er waren en welke nationaliteit ze hadden. Daarom was het vreemd dat de S-A Koninklijke familie en hun inner circle ondanks het vliegverbod boven continentaal USA (waarmee ik op 14 september 2001 persoonlijk mee geconfronteerd werd) direct het land uitgevlogen werd. De reden daarvoor heeft de regering Bush nooit gegeven. Het werd volgens Clarke nog vreemder toen hij op een van de dagen na de aanslagen door de POTUS apart werd genomen: “the president dragged me into a room with a couple of other people, shut the door and said,I want you to find whether Iraq did this.’ Now, he never said, ‘Make it up,’ but the entire conversation left me in absolutely no doubt that George Bush wanted me to come back with a report that said Iraq did this”. Roger Cressey, Clarke´s toenmalige plaatsvervanger, was aanwezig: “the impression was pretty straightforward: that the president — his first thought was to take a look at Iraqi culpability”.  

Die POTUS richtlijn is des te opmerkelijker toen in 2015 28 pagina´s uit het formele onderzoeksrapport gedeclassificeerd werden. In die 28 pagina´s worden o.m. relaties geschetst van personen en functionarissen in S-A met diverse aanslagplegers in de USA. Het gros van de aanslagplegers bezat de Saudische nationaliteit (15 van de 19). Er zijn telefoonnummers gevonden die S-A adressanten verbindt met US adressanten[5]. Osama Basnan een aanhanger van twee aanslagplegers, heeft een check ontvangen van Prins Bandar de voormalige S-A ambassadeur in de USA. Basnan woonde in San Diego tegenover Khalid al-Midhar and Nawaf al-Hazmi (die de vlucht AA-77 in het Pentagon parkeerden) en stond bekend als een fanatieke aanhanger van OBL Onderzoeksjournalisten zoals Duffy and Nowosielski stelden vast dat het S-A Ministerie van Islamitische zaken een actieve rol heeft gespeeld bij de vestiging van aanslagplegers in Californië. Voor de FBI geen aanleiding om te bevestigen dat S-A burgers en functionarissen een rol speelden bij de voorbereiding van de aanslagen. Obama verwoordde het na bestudering van die 28 pagina´s zo: I hope that the release of these pages, with appropriate redactions necessary to protect our nation’s intelligence sources and methods, will diminish speculation that they contain proof of official Saudi government or senior Saudi official involvement in the 9/11 attacks”. Net alsBush jr. voor hem en Trump na hem, was Obama er blijkbaar ook veel aangelegen om een goede verstandhouding te hebben met de prinsen in Riyad.

Omdat S-A veel islamitische gedenkplaatsen bezit (geboorteplaats van Mohammad en twee heilige moskeeën) en westerse troepen op zijn grondgebied duldde, werd Riyad al voor 9/11 herhaaldelijk geconfronteerd met aanslagen door AQ gelieerde bewegingen op S-A territoir, vanuit Irak en in mindere mate Qatar. Vooral de stationering van westerse militairen op zijn grondgebied was een doorn in moslim ogen. Veel moslims beschouwden S-A als een afvallige staat en moest daarvoor gestraft worden. Die taak had OBL op zich genomen en werd bij dat streven gesteund door een groot aantal splinterbewegingen dat zich verbonden voelde met het gedachtegoed van OBL en Al Zawahirri. Mede door die inspanningen vormde en vormt S-A de hoeksteen van US antiterrorisme operaties in de Arabische zandbakken. Volgens westerse inlichtingenbronnen werd AQ op diverse gebieden door Sadam ondersteund bij diens strijd tegen het westen. Bovendien streden Hoessein en de S-A om de heerschappij binnen de Soennitische gemeenschap en het Midden Oosten. Daarin leek Sadam Hoessein succesvoller dan de prinsen in Riyad. Redenen genoeg om Irak aan te pakken en S-A in de coulissen te houden.

Clarke heeft in het verdere verloop van de hoorzitting uitgelegd, waarom hij fel gekant was tegen een invasie in Irak: “the reason I am strident in my criticism of the president of the United States is because … by invading Iraq, the president of the United States has greatly undermined the war on terrorism”, De uitspraken van Clarke en de bevestiging door zijn plaatsvervanger werpen een ander licht op de argumenten die voor de inval in Irak werden opgehoest. Gezien het belang van S-A als hoeksteen van de GWOT in het Midden-Oosten en de regionale krachtsverhoudingen konden meerdere vliegen in een klap geslagen worden: Sadam weg, AQ krijgt een dreun, het grensgebied tussen S-A en Irak wordt gezuiverd van terroristische elementen en de status van S-A in het Midden Oosten wordt opgevijzeld. Vermoedelijk waren dat redenen voor de Amerikaanse president en inlichtingengemeenschap om in de post-9/11 periode de rol van Saudische staatsburgers bij de aanslagen te maskeren en geforceerd te bevestigen dat Sadam Hoessein achter de aanslagen zou zitten. Vreemd genoeg negeerde het Witte Huis de motor achter de mondiale aanslagen.

What if…?

De aanslagen hebben geresulteerd in de invasies van Afghanistan en Irak, het uiteenvallen van het Midden Oosten, de groei van het islamitische extremisme en een USA dat is opgeschoven naar een politiestaat waar veiligheid de individuele vrijheid steeds meer heeft verdringt. Het is de koe in de kont kijken, maar wellicht had een deel van de aanslagen voorkomen kunnen worden. Immers de gevolgde twee AQ leden maakten deel uit van het team dat m.b.v. vlucht AA-77 de aanslag op het Pentagon uitvoerde. Vermoedelijk was de rol van S-A staatsburgers bij de aanslagen helder geworden en had een invasie in Irak voorkomen kunnen worden. Een invasie die 100.000 Irakese burgers het leven heeft gekost, een mensenstroom van 2 miljoen DP´s en vluchtelingen genereerde, meer Amerikaanse militaire slachtoffers heeft gekost dan bij de aanslag op 9/11 en in de ineffectieve strijd tegen AQ biljoenen heeft gekost.

Inderdaad is de samenwerking van en binnen de inlichtingensamenleving sinds 2001 sterk verbeterd en is de coördinatie met het WH zo sterk dat diverse veiligheidsorganisaties als een politiek instrument gebruikt konden en kunnen worden om ongewenste invloeden te minimaliseren en personen te neutraliseren. Onder het motto: “ de vijand van mijn vijand is mijn vriend” werden en worden invloedrijke tegenstanders door de inlichtingengemeenschap onderuit gehaald en hun persoonlijke levenssfeer wordt door het toepassen van ongewenste maatregelen geschonden. Een uitredend president heeft een presidentskandidaat zelfs laten volgen en afluisteren voor het verkrijgen van schadelijke informatie om die persoon politiek vleugellam te maken.

En de functie van de klokkenluider? In de USA heeft de Democratische partij aan die term een eigen draai gegeven. Voor die partij is het voldoende als een creatieve geest een ontwikkeling of gebeurtenis als een misstand interpreteert, omdat het resultaat of verloop hem of haar niet aanstaat. Of hij of haar uit een gesprek met een persoon die het verhaal zelf uit de tweede of derde hand heeft gehoord, vaststelt dat in zijn/haar optiek sprake is van een misstand of raakt aan het algemene belang zoals de Democratische Partij dat interpreteert. In het verlengde daarvan hanteert de Democratische Partij voor niet-leden en niet-aanhangers de stelling “je bent schuldig totdat je hebt bewezen dat je onschuldig bent”.


[1] Zie video https://youtu.be/_IJaDUzag9w.

[2]Strategy for eliminating the Threat from the Jihadist Networks of l-Qaeda: Status and Prospects” (Eind 2000 ontwikkeld door de NCS counterterrorisme staf een opvolger van het Delenda plan uit 1998) en “Pol-Mil Plan for al-Qida, aka Delenda Plan”.

[3] Dan Marcus bevestigde dat een dag later tijdens zijn hoorzitting voor de Senaat commissie. Tijdens een 22 september 2006 interview bij Fox News Clinton bevestigde hij de maart 2004 uitspraak van Clarke en verklaarde dat zijn regering: “left a comprehensive anti-terror strategy”. Rice ontkende dat drie dagen later in een artikel van de NY Post: “We were not left a comprehensive strategy to fight al-Qaida,…nobody organized this country or the international community to fight the terrorist threat that was upon us until 9/11”. Clinton zou eerlijker zijn geweest dan Rice.

[4] In het formele rapport in het Midden-Oosten over de 9-11 aanslagen wordt een opsomming gegeven van aanslagen in de 90-er jaren die zich uitstrekken van de aanslag op het WTC (Ramzi Yousef groepering), de mislukte aanslag op de Holland en Lincoln tunnels (Omar Abdel Rachman), Black Hawk Down in Somalië (Somali stamleden met hulp van AQ) in 1993; het mislukte plan van Ramzi Yousef om een twaalftal Amerikaanse vluchten boven de Stille Oceaan tot ontploffing te brengen en de aanslag in Riyad met een autobom in november 1995; aanslag op de Khobar Towers met een bom verborgen in truck (Saudi Hezbollah met Iraanse steun, Dharan, S-A); de bijna gelijktijdige aanslagen op de US Ambassades in Nairobi, Kenia en Dar es Salaam, Tanzania in augustus 1998(AQ); het verijdelde plan voor aanslagen op plaatsen waar US toeristen frequenteerden (Jordanië) en aanhouding van een Ahmed Ressam met een truck vol explosieven voor een aanslag op LAX (grens met Canada) in december 1999; aanslag op de USS Cole in oktober 2000 (Aden, Jemen)

[5] Zoals het telefoonnummer van het huis van de S-A ambassadeur Bandar Bin Sultan in Aspen en een telefoonnummer van een bodyguard van de ambassadeur in Washington.


.

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties