Het is onwennig voor de leerlingen in groep 4 van Basisschool ‘Wannsee’ wanneer de meester ontroerd en met vochtige ogen voorleest uit ‘Mein Kampf’, dat is de Bijbel van deze school die inderdaad ‘Heel Bijzonder Onderwijs’ (HBO) aanbiedt. De school baseert zich op de religie van de Nazi’s en hun Profeet Hitler (vzmh). Minister Slob (CU) heeft er persoonlijk voor gezorgd dat de school er mocht komen, ondanks hevige protesten vanuit de Tweede Kamer.
Wanneer de les bijna is afgelopen, stelt de meester voor om gezamenlijk nog even het oorspronkelijke Duitse Volkslied te zingen, ‘Das Lied der Deutschen’, zoals hun Profeet (vzmh) dat ook hartstochtelijk deed. Uit volle borst zingen de kinderen even later:
“Deutschland, Deutschland über alles
über alles in der Welt,
wenn es stets zu Schutz und Trutze
brüderlich zusammenhält.
Von der Maas bis an die Memel,
von der Etsch bis an den Belt,
Deutschland, Deutschland über alles,
über alles in der Welt!”
Het huiswerk wat de kinderen meekrijgen valt nu nog mee, ze zijn immers nog maar een jaar of acht, misschien negen oud. Ze moeten de strijdliederen uit hun hoofd leren en de belangrijkste passages uit ‘Mein Kampf’. Later pas, in de hogere klassen, zullen ze calculaties moeten maken hoe snel een bepaald gebied gereinigd kan worden van ‘entartete Kräfte’ en hoe je die groepen het snelst kunt ‘ausradieren’ opdat ze uitgewist worden, in de vergetelheid raken. Natuurlijk wordt dan ook ingegaan op de fenomenale sociaal-economische prestaties van de Führerprofeet (vzmh) en hoe geweldig Hij daarbij is ondersteund door Zijn discipelen, zoals Himmler, Göring en ‘der Grossmufti von Jerusalem’.
Fictie? Wie zal het zeggen. Minister Slob komt de eer toe het verschil niet te begrijpen tussen religie en ideologie. Vrijheid van religie hebben we in dit land en dat is vrij logisch. Geloof is één onderdeel van een religie, maar er zijn daarnaast nog drie andere onderdelen: rituelen, een gedragsleer en een vorm van organisatie. Die vier onderdelen vormen het geheel van een ‘religie’.
De vraag dient zich geleidelijk aan op, of in de vrije, Westerse wereld waarin democratie de spil van de samenleving vormt, vrijheid van religie wel tot het uiterste verdedigd moet worden zoals veelal in wetten nu nog is vastgelegd. Dit geldt in het bijzonder wanneer een religie regels voorschrijft die indruisen tegen wat in die democratieën betamelijk wordt gevonden en wat daar in – door mensen gemaakte – wetten is voorgeschreven. Omdat een religie ook een gedragsleer omvat, en het is maar al te goed denkbaar dat een religie gedragingen voorschrijft die in strijd zijn met de plaatselijke wet, moeten we dat wellicht toch eens nader bekijken.
Bij het onderdeel ‘geloofsleer’ van een religie ligt het namelijk anders. Geloof in een bepaalde godheid is niet te controleren, het is zelfs niet te controleren óf iemand iets gelooft, en over de geloofsleer zal daarom altijd enige twijfel blijven bestaan. Bij twijfel gaat in beschaafde rechtssystemen de beklaagde vrijuit, en van iemand die een ‘verboden’ geloofsleer aanhangt, kan dan ook niet met de vereiste absolute zekerheid gesteld worden dat hij er naast zit. In dubio pro reo, ‘bij twijfel ten gunste van de verdachte’, is de regel die de rechter (althans in beschaafde landen) dan heeft toe te passen. In de kerk of in de moskee ziet men liever in dubio pro Deo (Bij twijfel naar God’s gunst), maar daarover kan gemakkelijk een misverstand ontstaan zoals u begrijpt.
De islam eist handelingen van moslims die ingaan tegen alles wat in het moderne, vrije en democratische Westen betamelijk wordt bevonden. Zo zou de profeet Mohammed hebben gezegd: “Het is niet toegestaan om het bloed van een moslim te vergieten die getuigt ‘dat er geen god is behalve Allah en dat ik de Boodschapper van Allah ben’, behalve in drie gevallen: Een leven voor een leven (moord), zina (overspel) door iemand die eerder gehuwd is geweest en voor degene die verandert van zijn religie (de islam heeft verlaten).” [1] Merk op dat zowel Bukhaari als Muslim er nadrukkelijk op wijzen dat Mohammed het hier over moslims heeft en niet over yezidi’s, christenen of Joden; over andersgelovigen zijn zij namelijk minder mild.
Een ander voorbeeld: Een uitermate bruikbaar handboek voor bestudering van de Islamitische wet (Sharia) is dat van N.H.M. Keller, wat is erkend door de Azhar-universiteit in Cairo, de hoogste academische instantie binnen de islam. Keller laat zien dat bijvoorbeeld iemand die geen moslim is, niet het recht heeft van een moslim te erven, behalve bij legaat.[2] Het recht op leven wordt door de sharia niet erkend waar het mensen die geen moslim zijn aangaat. De vorm waarin Keller dit opschrijft is in onze ogen misschien wat merkwaardig maar voor het islamitische genre op een gebruikelijke manier verholen: hij stelt letterlijk dat volgens de sharia een moslim geen ‘genoegdoening’ hoeft te geven wanneer hij iemand die géén moslim is om het leven brengt.[3] Onder Nederlands recht is moord per definitie strafbaar, onder islamitisch recht is moord op niet-moslims echter niet strafbaar volgens Keller.
“Is een integraalhelm of
bivakmuts niet veel comfortabeler?”
Een leer die dergelijke nonsens aanbeveelt of verplicht stelt, dergelijk onderscheid tussen mensen maakt, kunnen we natuurlijk geen religie meer noemen, maar zullen we moeten beschouwen als een ideologie. Een ideologie is een geheel van ideeën over de mens, menselijke relaties en de inrichting van de maatschappij. Een ideologie is een wereldbeeld dat nu nog afwijkt van de werkelijkheid, maar een ideologie pretendeert haar maatschappelijke beloftes waar te kunnen maken, mits zij de gelegenheid heeft de vigerende wetten aan te passen. En dat is precies wat de islam wil, waarmee zij niet langer een religie is, maar een ideologie.
De Rotterdamse partij NIDA wil vrouwen financieel tegemoet komen die worden ‘betrapt’ en beboet voor het dragen van boerka of niqaab; een verzameling lappen waaronder, veelal door de ‘echtgenoot’ verplicht, islamitische dames voort schuifelen. Een politieke partij mag zich gerust uitlaten hoe de openbare ruimte het beste ontsierd kan worden, maar moet dat met nota bene ideologisch-religieus geïnspireerde camouflage-middelen uit de 7e eeuw? Is een integraalhelm of bivakmuts niet veel comfortabeler en meer van deze tijd? (fungeert onze ARBO wetgeving eigenlijk wel?) Zo geredeneerd zou Leefbaar Rotterdam met een voorstel kunnen komen dat moslims zich maar weer moeten laten vervoeren door kamelen en ezels teneinde recht te doen aan klassieke verlangens te handelen zoals de Profeet deed.
De verplichtingen die de moslimse kerk stelt rond de kleding zijn in strijd met onze wetgeving. Wie in het openbaar kledingstukken of opzichtige onderscheidingstekens draagt of voert, welke uitdrukking zijn van een bepaald staatkundig streven, wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twaalf dagen of geldboete van de tweede categorie (Art, 435 A, WvS). En helaas wil de islam onze democratie op de schop nemen, zoals basisschool Wannsee dat wil en zelfs aan jonge kinderen leert.
Daarom geen hoofddoeken, boerka’s of kittige Nazi-pakjes, ook al draag je die laatste uit sadomasochistische religieuze overwegingen. Het maakt nu eenmaal onderdeel uit van de wet in ‘het land van aankomst’ en die reeks van wetten zijn tot stand gekomen na een moeizaam en eeuwenlang gevecht met… de religies.
En dat is natuurlijk maar goed ook… minister Slob!
[1] Bukhaari 6370 en Muslim 3175
[2] Reliance of the Traveler, N.H.M. Keller, Amana publications, Beltsville USA, 1991, revisie 1994, pag. 462 en 476.
[3] Reliance of the Traveler, N.H.M. Keller, Amana publications, Beltsville USA, 1991, revisie 1994, pag. 584
.
Ik vraag mij af wat er gebeurt als je betreffende politici aanklaagt wegens poging tot genocide op de eigen samenleving en cultuur, vanwege het importeren en faciliteren van een ideologie die er duidelijk op uit is die samenleving en cultuur te vernietigen en te vervangen door de eigen dysfunctionele cultuur. Je zou daarbij die betreffende politici kunnen verplichten om kennis te nemen van werk van bijvoorbeeld Robert Spencer, Bill Warner, Hans-Peter Raddatz, Hamed Abdel Samad, Wim van Rooy, Douglas Murray, Robert R. Reilly, Ibn Warraq en Thilo Sarrazin, om vervolgens deze politici te verplichten met een examen te bewijzen dat zij begrepen hebben wat ze gelezen hebben, dit met daarmee verbonden de plicht tot verlaten van de politiek als zij niet met een duidelijke voldoende voor dit examen slagen. Bovenal lijkt het mij toe dat niemand het recht heeft de Nederlandse samenleving en cultuur bloot te stellen aan lichtzinnige experimenten volgend uit een waan. In Den Haag hebben we in de vorm van het Internationaal Strafhof een heel mooi instituut waar dit soort criminelen berecht kunnen worden.
Ook al zouden ze het kunnen bevatten, ze willen het niet begrijpen, onze politiek correcte krijgers voor sociale gerechtigheid (althans wat zij daaronder rangschikken en als het enige echte geloof prediken).