Islamitisch ‘onderwijs’: niet wijs

Op het islamitische Cornelius Haga Lyceum in Amsterdam Nieuw-West werken mensen die banden hebben met de terroristische groepering ’het Kaukasus Emiraat’. Deze groep is onder meer verantwoordelijk voor aanslagen zoals die in de metro in Moskou in 2010. De AIVD heeft de gemeente Amsterdam gewaarschuwd dat op deze school zorgen zijn over “antidemocratische en anti-integratieve gedragingen”. Dat is te lezen in een artikel van AT5. Het betreft een kleinschalige en klaarblijkelijk discriminerende school met 174 leerlingen waar jongens en meisjes gescheiden les krijgen.

Het islamitische opperhoofd van de school is het er niet mee eens. “Ik heb geen feiten gehoord, alleen onzinverhalen. Dus ik vind het niet nodig te reageren.” Dat zegt bestuursvoorzitter Söner Atasoy van de Stichting Islamitisch Onderwijs, waar het Cornelius Haga Lyceum onder valt. Atsoy spreekt van ‘staatsonderdrukking en staatspropaganda’ van ‘incompetente randdebielen’. Volgens hem is de school grondig doorgelicht door de Onderwijsinspectie en zijn er geen misstanden aan het licht gekomen. “We kregen zelfs vijf complimenten”. Op de website van de school schrijft het bestuur: “Het team van Cornelius Haga Lyceum heeft (…) zich staande kunnen houden in een vijandig klimaat waarin de media zich manifesteren gelijk als de ‘Reichsleiter für Propaganda’, (Red. Sta-Pal: daar is ‘ie al: de racisme/fascisme-kaart) mede waardoor de overheid structureel anti-islammaatregelen implementeert om het minderheden onmogelijk te maken hun grondrechten uit te oefenen”, aldus het bestuur. Daags daarna echter, bleek dat onderwijsinspecteurs zo werden gehinderd in hun werk, dat zij hun onderzoek niet konden voortzetten.

Hoezo: “vijf complimenten?” Was de thee wellicht van ongestolen kwaliteit?

Het gelazer met deze islamitische school staat niet op zichzelf. Vers in het geheugen ligt nog de Ibn Ghaldoun scholengemeenschap in Rotterdam, waar in 2007 bleek dat het schoolbestuur tussen 2003 en 2007 in totaal 1.235.000 euro subsidiegelden onrechtmatig had uitgegeven. Daarvan zou de schoolleiding in 2005 en 2006 ongeveer 200.000 euro op oneigenlijke wijze gebruikt hebben voor reizen naar Mekka in Saoedi-Arabië. Dat zal weinig met geschiedenis of cultuur te maken hebben gehad, want dat hebben Arabische staten nu eenmaal niet te bieden. Nooit gehad ook. Tussen 2008 en 2012 streed deze school met andere islamitische scholen om de hoofdprijzen van de ‘Slechtste School Bokalen’. Die won zij uiteindelijk met glans door te frauderen met examens in blessuretijd.

In politiek Den Haag is zoals gebruikelijk weer ‘verontrust’ gereageerd op berichten dat medewerkers van een Amsterdamse islamitische school banden hebben met extremisten. Oppositiepartij SP vindt dat sluiting van de school moet worden overwogen, als leerlingen inderdaad permanent worden beïnvloed. De VVD houdt een slag minder om de arm en eist nu al onmiddellijke sluiting en het vertrek van de directie. De PVV, de grootste oppositiepartij, wil alle islamitische scholen al jaren sluiten en denkt door de misstanden op het Cornelius Haga Lyceum haar gelijk bewezen te zien. Voorman Geert Wilders verwijt dat ‘alle politici die de andere kant op keken’ en stelt op Twitter dat zij ‘pek en veren verdienen’.

Het optreden van de overheid, in casu burgemeester Halsema, haar Wethouder Moorman en de Haagse politiek, is te mager om dit soort misstanden voldoende uit te sluiten. In billijkheid zouden dergelijke scholen onmiddellijk moeten worden gesloten, omdat hun opleidingen klaarblijkelijk vooral tot doel hebben om haat jegens onze maatschappij te ontwikkelen en te voeden. Evenals de islamitische doctrine zelf overigens, die niets anders is dan een ons vijandige ideologie zoals het fascisme en communisme, maar nu in een vermomming van religie. Tot slot wijs ik nog op het boek ‘Heilige Identiteiten’ van dr. Machteld Zee, die daarin haar onderzoek naar shariarechtbanken onder de aandacht van een breder publiek bracht. Haar alarmerende conclusies, ook over de islam en de islamisering, worden met de ontmaskering van deze islamitische scholen op pijnlijke wijze bewaarheid. Het is dan ook zeker niet zo dat politici en bestuurders zich erop kunnen beroepen ‘van niets te hebben geweten’. Integendeel: velen keken weg en hun publieke bijwagens ebben het veelal over ‘xenofobe denkbeelden’ en trekken iedere kritiek op deze ideologie als op de automatische piloot in twijfel.

Voor haatdragende ideologieën is op de religieuze markt geen plaats en dus moet het beroep van de islam op de vrijheid van godsdienst en de vrijheid van onderwijs worden afgewezen.

.