‘Syrische statushouders richten door het hele land tientallen “informele weekendscholen” op waar hun kinderen Arabisch leren en koranles volgen’, kopt de Volkskrant vandaag. Er zijn inmiddels duizenden Syrische vluchtelingenkinderen die Arabisch leren en koranles krijgen van hun volwassen landgenoten, zo blijkt uit het artikel.
Hitlerjugend. Afb: wikipedia.
“Er wordt hier bijvoorbeeld anders omgegaan met vrijheid voor meisjes, waardoor sommige meisjes hier niet meer naar hun ouders luisteren. Wij herinneren meisjes aan de rol van de moeder in ons land en dat zij haar moeten respecteren”, meent een van de Syrische aanbieders van de opleiding. Tarek Aldayeh van Stichting Pioniers uit Rotterdam, een van de aanbieders van Arabische lessen, zegt tegen het ANP: “We hebben een voorwaardelijke verblijfsvergunning voor vijf jaar. Wat er na die vijf jaar gebeurt, weet niemand. De Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) zegt dat we terug moeten als het goed gaat in Syrië. Je kunt niet vijf jaar lang geen Arabisch leren”. Volgens de Inspectie van het Onderwijs zijn de weekendscholen gewoon toegestaan. “Dit valt niet onder een onderwijswet. Ik zou niet weten waarom het niet is toegestaan. Jij mag ook een cursus geven over je hobby als je wil”, zegt een woordvoerder van de inspectie tegen De Telegraaf.
De integratie van Syrische vluchtelingen in Nederland verloopt ondertussen bijzonder moeizaam. Het beeld dat het zou gaan om de ‘apothekers uit Aleppo’, waar het vorige kabinet over sprak klopt totaal niet: een derde van de Syriërs in ons land heeft alleen het Syrische basisonderwijs afgerond. Nog bijna niemand heeft een Nederlands onderwijsdiploma gehaald. De afhankelijkheid van overheidssteun onder de Syriërs is dan ook groot: 90 procent zit in de bijstand. Bijna de helft geeft aan dat zij niet rond kunnen komen, zo lezen we in een onlangs verschenen rapport van het SCP.
Daarom is het des te opmerkelijker dat een aanzienlijk deel van de ‘vluchtelingen’ razendsnel in staat is gebleken om nota bene zelf onderwijs van de grond te tillen. Wanneer de kwaliteit van hun aanbod overeenkomstig het eigen opleidingsniveau is, dan mogen wij van die bijscholingen met enig vertrouwen het ergste vrezen. Anderzijds: als de Syrische vluchtelingen van een dergelijke gretigheid en ambitie blijk geven, waarom zitten zij dan nog in de bijstand? Die inspanningen zouden ook gericht kunnen worden op het vinden van betaald werk, ook al menen sommigen dat hun verblijf slechts ‘tijdelijk’ is.
Het gaat hier in feite om niets minder dan ‘madrassa’s’: koranscholen die de islamitische doctrine in de kinderhoofdjes veiligstellen, althans vanuit de islamitische elite bekeken. In een artikel van Hans van Scharen uit 2006 in de Groene Amsterdammer, wordt eenvoudig gesteld dat dergelijke scholen weinig goeds voortbrengen. Het zijn, aldus Van Scharen, “kweekscholen voor de jihad”. Wanneer de onderwijsinspectie meent dat zij daartegen niets kan doen, dan mag de inspectie gerust ook een grondige reiniging ondergaan. Om als een papegaai eindeloos de koran in het Arabisch te reciteren, kan toch niet vergeleken worden met een ‘hobby’ zoals dit intellectuele wrakhout debiteerde. Een vergelijking met de Hitlerjugend gaat eerder op. In de eertijdse -Duitse- wet over de Hitlerjeugd stond onder andere: “De gehele Duitse jeugd wordt georganiseerd in de Hitlerjeugd. De Duitse jeugd zal niet alleen worden grootgebracht door gezin en school, maar ook lichamelijk, geestelijk en moreel worden opgevoed binnen de Hitlerjeugd.” De vergelijking met de madrassa’s is dus meer voor de hand liggend
De PVV heeft inmiddels Kamervragen gesteld. Zij vragen zich daarin o.a. af hoeveel van de moeizaam door wel werkende mensen opgebrachte belastingcenten hier nu weer mee zijn gemoeid. Nu 90% van de Syriërs in de bijstand zit, lijkt het onwaarschijnlijk dat zij hiervoor zelf de portemonnee trekken.