Het is wrang te constateren dat Omar ibn al-Chattab, een van de belangrijkste raadsmannen van Mohammed, veertien eeuwen geleden de contouren van de moderne verzorgingsstaat heeft geschetst. Hij concipieerde een stelsel dat draaide om solidariteit en verplichte belastingen (zakat[1] en jizya[2]) om de behoeftige mens bij te staan. Omstreeks 1880 legde Von Bismarck het fundament voor de moderne verzorgingsstaat.
In Pruisen en Saksen introduceerde hij met hulp van het bedrijfsleven een pensioenregeling, ongevallenverzekering, geneeskundige verzorging en werkloosheidsuitkering. Die twee voorbeelden weerspiegelen de kernaspecten van een verzorgingsstaat: verplichte belastingbijdrage door actieve arbeidsparticipatie, solidariteit en in het verlengde daarvan wederzijds vertrouwen tussen samenleving en politici, resp. belastingbetaler en zorgvrager. Die kernaspecten zijn bij de moderne uitvoering de pijlers waarop het fundament van een verzorgingsstaat rust, maar door aanhoudende migratiestromen uit Noord-Afrika en het Midden-Oosten komen die kernaspecten steeds meer onder druk te staan.
In Nederland omspant het politiek debat over het spanningsveld tussen migratie en verzorgingsstaat een periode van ruim 50 jaar. Door te debatteren probeert de politiek de samenleving te informeren, consensus te bereiken en een brug te slaan tussen theorie en praktijk. Die politiek is er onder de huidige omstandigheden niet echt in geslaagd dat spanningsveld te doen verminderen. Vermoedelijk komt dat doordat de gebruikte terminologie en ook de speerpunten van het overheidsbeleid regelmatig zijn gewijzigd, en door een gebrek aan kennis over de draagkracht van die wijzigingen veel debatten doorspekt zijn van spraakverwarringen en cirkelredeneringen. Te vaak verzandt het politieke debat daarom in politieke correctheid[3].
De identificatie van de doelgroep is een goed voorbeeld van die politieke correctheid. In de loop der tijd is die frequent veranderd en iedere verandering heeft een specifieke toonzetting. In de loop der tijden verschoof de benoeming van een migrant van gastarbeider[4] in de jaren 60 en 70 via etnische minderheid[5] in begin jaren 80, allochtoon[6] in eind jaren 80, nieuwkomer[7] eind jaren ´90 naar verschillende door elkaar gebruikte namen als asielzoeker, allochtoon, arbeidsmigrant en ecomische migrant in het huidige millennium[8]. Het door elkaar heen gebruiken van diverse terminologieën heeft de afgelopen jaren de discussie gecompliceerd. Tegenwoordig concentreert de discussie zich vooral op de migrant die de islam belijdt.
Wat kan in Nederland het gevolg zijn van dat gebrek aan doortastendheid?
In de afgelopen week heeft Zweden Nederland een spiegel voorgehouden en laten zien waar een doorgeslagen vertroeteling van migranten ten koste van de levensomstandigheden van de autochtone burger in resulteert. Door de grote toestroom van migranten, de aanwezigheid van criminele bendes en het religieus extremisme staan in Zweden rechtsstaat en verzorgingsstaat op instorten. Omdat rellen en sociale onrust dagelijkse routine zijn geworden, heeft de Zweedse politie nadrukkelijk de noodklok geluid,. Politieagenten, hulpverleners, homoseksuelen, Joodse burgers en vrouwen worden regelmatig lastig gevallen en aangevallen. Wapendelicten nemen schrikbarend toe. Rellen en vernielingen in voorsteden waar het merendeel van de bewoners uit migranten bestaat, slepen zich dagenlang voort. Bendes nemen stap voor stap hele wijken over en bepalen daar het dagelijkse leven. Het gevolg is dat bedreigde en zich bedreigd voelende Zweden vertrekken en elders in Zweden hun heil zoeken. Vluchtelingen in hun land van geboorte.
Zweden heeft inmiddels – weliswaar laat – grenscontroles bij de grens met Denemarken weer ingevoerd, waardoor het aantal asielzoekers dat Zweden binnen probeert te komen met 90% gedaald is. De kosten die dat met zich meebrengt zijn hoog. De werkbelasting van het politiekorps is door extra taken als immigratiecontroles en opvang van migranten de hoogte in geschoten en het korps staat daardoor op breken. Ook het Openbare Ministerie wankelt door de activiteiten van het grote aantal criminele bendes. Het gevolg is dat misdrijven zoals inbraak en overvallen nauwelijks onderzocht worden en leden van die bendes vrijuit gaan. Volgens de politie en het OM zijn gettovorming, geringe arbeidsparticipatie en daardoor hoge werkeloosheid, laag opleidingsniveau en sluipende radicalisering de belangrijkste oorzaken van de hedendaagse onrust in Zweden. Politieke elite, zieligheidindustrie en de Zweed in de betere buurten negeren de groeiende migrantenproblematiek in Zweden. In hun ogen en in hun woonbuurten bestaan die problemen niet.
Wat in Zweden tot een herkenbare uitbarsting is gekomen, broeit ook in Nederland. In tegenstelling tot Zweden niet in de voorsteden, maar juist in het hart van de Nederlandse steden. De signalen zijn herkenbaar. Het volume moslims in Nederlandse grote steden groeit gestaag, terugkerende jihadisten lopen vrij rond, no go-gebieden groeien in aantal en lengte, ondergrondse toepassing van de sharia, salafistenpatrouilles op straat, politie die uit allochtone wijken wordt geweerd; groeiende criminele infiltratie in veiligheids- en justitieel apparaat. Signalen die net als in Zweden genegeerd worden en door politiek correct denkende overheidsinstanties gemarginaliseerd worden. Maatregelen blijven uit.
Waarom dat wrange gevoel uit het begin van dit artikel?
Tegenwoordige volgers van Mohammed ondergraven met religieus georiënteerd tribaal gedrag de beginselen van de verzorgingsstaat en vooral Duitsland heeft op een onverantwoordelijke manier de deur wijd open gezet om dat mogelijk te maken. In de westerse thuislanden kopiëren moslims de manier waarop moslimstaten met westerse verworvenheden omgaan. Vrijheid van religie en meningsuiting wordt ingeperkt voor de niet-moslim, de infidel. Discriminatie van niet-moslimgroeperingen is acceptabel, maar zij gaan zelf onmiddellijk de barricades op als ze woordgebruik en houding (waarmee overigens niet-moslims door henzelf wel bejegend worden) als discriminerend beschouwen. Waartoe dat leidt heeft het Westen in de achterliggende periode op een harde manier ervaren[9]. Desondanks hebben de misstanden in Frankrijk, Duitsland en onlangs in Zweden nog niet in enige beweging bij de Nederlandse politieke elite geresulteerd.
—————————————————————
[1] Reiniging in de vorm van verplichte aalmoezen aan de armen om een meer rechtvaardige verdeling van goederen te bereiken.
[2] Hoofdelijke belasting opgelegd aan volwassen niet-islamitische mannen die in een leger zouden kunnen dienen.
[3] Heel voorzichtig en omzichtig, verhuld praten over onderwerpen die politiek gevoelig liggen. Politieke correctheid is dan een aanduiding voor een vorm van genormeerd taalgebruik of een aanduiding voor een vorm van genormeerd handelen in het algemeen. Aanvankelijk gerelateerd aan het linkse ideaal van gelijke kansen. In het huidige politieke klimaat spreekt men ook van rechts- georiënteerde politieke correctheid, nl. tegen gelijke kansen voor allerlei minderheden of het demoniseren van de islam.
[4] Tijdelijk, remigratie, behoud eigen identiteit.
[5] Door de grotere diversiteit van de migrant: gastarbeider die wel en niet de islam als geloof heeft, aangevuld met andere tijdelijke groeperingen als Molukker en kennismigrant. Drukt volwaardigheid en gelijkwaardigheid uit.
[6] Wederkerigheid prestaties; initiatief ligt bij de migrant; accent op het individu
[7] Accent op zelfredzaamheid minderheden versus openstellen Nederlandse instituties.
[8] Versmalling van het aantal migrantengroeperingen; toegespitst op asiel- en economische migrant uit (voormalige) conflictgebieden; voormalige gastarbeider uit Arabische moslimgebieden en arbeidsmigranten uit Oost-Europa
[9] Artikel “Wir Schaffen Daß”