Humans publieke tribune komt ditmaal vanuit de Johannes Post Kazerne in Havelte. In het publiek onder anderen (ex-)militairen, burgers, reservisten en veteranen. Ze leggen hun persoonlijke ervaringen en vragen voor aan de Commandant der Strijdkrachten, admiraal Rob Bauer.
Een gesprek over gebrek aan Mensen, Materieel, Moreel en Maatschappelijke erkenning binnen het leger. Vroeger volstonden vaderlandsliefde en het zicht op een goede loopbaan voor voldoende toestroom bij Defensie. Vandaag lopen de kazernes leeg (meer dan 8.000 vacatures op krap 60.000 personeelsleden), hapert soms het materieel en zijn de talrijke buitenlandse missies vaak riskant. Louter krantenkoppen of de harde realiteit?
De maatschappij en het leger raken steeds meer van elkaar vervreemd. Weten we eigenlijk nog wie onze militairen zijn en vooral wat ze doen, zowel binnen de kazernes als op missie? Kortom: waar vechten we voor? Een vraag die echter niet alleen bij de bevolking leeft, maar ook bij de militairen zelf. Deze situatie zorgt ervoor dat het leger zich niet gewaardeerd voelt.
Rob Bauer is sinds 5 oktober 2017 Commandant der Strijdkrachten. Dit na het aftreden van Defensieminister Jeanine Hennis-Plasschaert en zijn voorganger Tom Middendorp vanwege het mortierongeval in Mali. Bij zijn aantreden beloofde hij meer openheid, beterschap en een duidelijk ‘Nee’ tegen onhaalbare missies. Is hem dat gelukt? Herrijst onder hem het leger of blijft hij grotendeels de handpop van Den Haag?
Op deze en andere prangende vragen wil de presentator van het Human-programma De publieke tribune Coen Verbraak graag een antwoord. Aan hem de taak om de wereld van admiraal Rob Bauer met die van de publieke tribune te confronteren. Niet voor een klassiek debat, geen zwart-wit, hij doet een poging om tot een echt gesprek te komen, tot een zoektocht naar waardevolle inzichten en – wie weet – oplossingen.
Vanaf zondag 12 januari 2020 trekt Human acht weken lang met De publieke tribune het land in. Op zoek naar plekken waar actuele maatschappelijke spanningen de orde van de dag bepalen. Onder leiding van presentator Coen Verbraak vertellen betrokken burgers ter plaatse over hun persoonlijke ervaringen, opgedaan in het leven van alledag. Niet hun meningen of opvattingen zijn leidend in het gesprek, het is hun ervaringsdeskundigheid waar het om gaat. Op grond daarvan bevragen zij bestuurders, in de hoop om hen aan het denken te zetten over de mogelijkheden voor een beleid dat zich meer plooit naar hun weerbarstige werkelijkheid. Slagen ze daarin? Of blijft het bij verwijzen naar andere instanties, wetten en praktische bezwaren?
In de overige afleveringen komen onder meer de volgende onderwerpen aan bod:
- 12 januari: MBO-studenten, docenten, mentoren en stagiaires gaan in gesprek met minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Ingrid van Engelshoven
- 19 januari: zwerfjongeren, een straatadvocaat, eerstelijnshulp e.a. in gesprek met staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Paul Blokhuis
- 26 januari: schuldhulpverleners, (ex-)schuldenaren, een deurwaarder, huisarts en wijkpastor in gesprek met Tamara van Ark, staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2 februari: (familie van) licht verstandelijk beperkten, psychologen, begeleiders e.a. leggen hun persoonlijke belevenissen en vragen voor aan burgemeester Sybrand Buma en wethouder van Wmo en publieke gezondheid, Herwil van Gelder
- 16 februari: ziekenhuispersoneel en patiënten van het Erasmus MC in gesprek met Ernst Kuipers, bestuursvoorzitter van het Erasmus MC
- 23 februari: mensen met dementie, hun mantelzorgers en hulpverleners in gesprek met minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Hugo de Jonge
- 1 maart: Wat mag de burger van de overheid verwachten. Wat mag de overheid van de burgers verwachten? In de laatste afrondende uitzending komen o.a. deze vragen aan de orde. Op de publieke tribune zitten de meest spraakmakende gasten uit de voorgaande zeven afleveringen. Hoofdgast is Kim Putters, directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau.
Uitzendingen vanaf zondag 12 januari 2020 gedurende 8 weken om 22.55 uur op NPO 2.
.
De afbraak van defensie is na de val van de muur begonnen.
Terwijl de geopolitieke situatie er op dat moment bepaald niet stabieler op werd hadden linkse activisten en hun aanverwante politici het enkel nog maar over “vredesdividend”.
En met dat als argument begon de grote sloop van onze krijgsmacht.
Maar ook defensie zelf treft de nodige blaam, en dan met name de top er van.
Zogenaamde militairen die hun eigen carrière belangrijker vonden dan het welzijn van de krijgsmacht, en dus indirect de veiligheid van Nederland en de Nederlandse burger.
Die hebben feitelijk gewoon hun collega’s EN hun land verraden, deze aan onnodig risico blootgesteld, waardoor ik ze nog verachtelijker vindt dan de betrokken politici.
Het budget voor defensie dient minstens te verdrievoudigen, en dat niet alleen, dit budget dient ook beter gespendeerd te worden.
Dat betekend dan bijvoorbeeld dat we die wapens en middelen aanschaffen die de krijgsmacht nodig heeft, en niet die wapens en middelen die (ex) hoge officieren leuke baantjes bij, bijvoorbeeld, Lockheed Martin opleveren, en waar allerhande Haagse lobbyisten ook een leuke cent aan denken te kunnen gaan verdienen.
Met al die zakkenvullerij ten koste van de krijgsmacht, en de belastingbetaler, moet het eens afgelopen zijn.
Daarna kunnen we dan weer eens aan een leger gaan bouwen dat geschikt is om oorlogen mee uit te vechten, en niet enkel om in het een of andere islamitische shithole voedselpakketten uit te delen, en als pispaal te dienen.
En tot slot dient dat leger dan onder de leiding te staan van capabele militairen die voor hun ondergeschikten opkomen, en niet aan de leiband van politiek en OM lopen.
De huidige staat van de krijgsmacht vertoond verdacht veel overeenkomst met die van onze krijgsmacht aan de vooravond van de tweede wereldoorlog, en het is opnieuw vijf voor twaalf.
Het woord “vaderlandsliefde” wordt genoemd in het artikel. Sinds wanneer kan men voor een 3de wereld land als Nederland nog vaderlandsliefde voelen ? Nederland,waarvan de “leiders” in de loop der jaren hebben gezorgd dat er niet erg veel écht Nederland is overgebleven.
Uitgeknepen Nederlanders ten faveure van een ons vijandig gezinde troep parasiterende kevers uit ’t Midden-oosten. Vaderlandsliefde gold tot WO-II, daarvóór streden Nederlanders voor “volk en vaderland” tegen vijandelijke elementen. Velen gaven hun leven en ziet wat er van dit landje geworden is ! Triest en arm, met 100-duizenden mensen levend onder de armoedegrens, ouderen zónder de nodige zorg, onderwijs naar de knoppen, géén leger meer, geen veiligheid meer, wat er is overgebleven is een graaiende overheid , bestaande uit zéér minne figuurtjes die nog niet in staat zijn om een buurtsuper te leiden.
Meneer Karton,
U had het niet beter kunnen verwoorden.
Nederland wordt tegenwoordig bestuurd door kleine mannetjes en nog kleinere vrouwtjes.
Ik vond het destijds al een aanfluiting dat “Schoevers” opgeleide Jeanine Hennis-Plasschaert de baas was van de CDS.
Ik groet U.