‘Wat de voltallige oppositie, coalitiepartners van de VVD, het midden- en kleinbedrijf, economen, hoogleraren, het Amerikaanse bedrijfsleven én de publieke opinie niet voor elkaar kregen, lukte Unilever in een halve dag’, schrijft het dagblad Trouw (5 oktober 2018). Uitgerekend een van de internationale concerns voor wie de afschaffing van de dividendbelasting in de eerste plaats bedoeld was. Enkele uren nadat het Brits-Nederlandse Unilever de geplande verhuizing naar Rotterdam in de ijskast zette, kondigde premier Rutte aan dat het kabinet het brede pakket aan maatregelen voor het bedrijfsleven zal ‘heroverwegen’. De stap van Unilever noemde Rutte daarvoor een relevant gegeven.
“Wij schaffen de dividendbelasting af waardoor bedrijven gemakkelijker eigen kapitaal uit het buitenland kunnen aantrekken en minder kwetsbaar worden voor vijandige overnames” heette het in het regeerakkoord van oktober 2017. Dat was pal nadat Akzo en Unilever te maken kregen met vijandige overname-dreigingen. Het kabinet (lees Rutte) meende dat hiermee tienduizenden, wellicht honderdduizend banen zouden zijn gemoeid. Voor de werkgelegenheid in Rotterdam en omstreken maakt het echter weinig uit of het hoofdkantoor van Unilever daar wel of niet staat. Voor het prestige van Rotterdam heel misschien iets. Unilever ontstond in 1930 toen de Nederlandse Margarine Unie fuseerde met het Britse Lever Brothers. Sindsdien bestaat Unilever uit een Nederlands en een Brits deel – elk met eigen aandelen en eigen aandeelhoudersvergaderingen. Het Nederlandse aandeel in het bedrijf lijkt wat groter te zijn. Het voorstel van de Unilever directie voor verhuizing naar Rotterdam werd echter door de aandeelhouders afgebrand en ging dus niet door.
Unilever hoort bij de honderd Britse bedrijven met de hoogste beurswaarde. Er zijn een onbekend aantal beleggingsfondsen die alleen in die honderd bedrijven mogen beleggen. Als Unilever Nederlands zou worden, zouden zij hun aandelen Unilever moeten verkopen. Een ander aspect wat een rol kan spelen, is mogelijk de afkeer die op de Nederlandse markt zou kunnen ontstaan voor product-markt combinaties van het concern. Ook dat zet het aandeel uiteraard onder druk.
Zinloze exercitie
Al met al is deze belastingmaatregel een zinloze exercitie gebleken, zoals door velen al werd gedacht: het maakt geen mieter uit. Wellicht dacht de bemanning van het schip van Staat een goede beurt te maken bij de EU? Die heeft immers nog een Brexitje af te handelen waarna de Britten (baas in eigen buik) een handelsconcurrent van de EU zijn geworden. Het is bekend dat Ruttes’ onderarm de endeldarmen van Frau Merkel en monsieur Macron zonder scrupules teistert, wellicht in de ambitie tot een betere baan dan premier van enkele Nederlanders aan de einder van het Avondland. Tja: dan kun je kennelijk ineens wel 2 miljard euro van de belastingbetaler, de gewone Nederlander over de balk smijten.
Want feit is wel dat de prijs voor dergelijke ambities wordt betaald door de burgers die echt geld verdienen in echte bedrijven die echte winsten maken. En dat is in het geval van de Nederlandse economie voor ruim 60% het kleinere MKB, die vervolgens zelf ook nog eens belasting betalen. Zij betalen dus allemaal mee aan het fêteren van een obscuur clubje toch al niet onbemiddelde aandeelhouders, in casu: aan hun eigen concurrenten. Goed staatsmanschap? Nee: illiterale kletskoek van een schoothondje.
Onze militairen staan wereldwijd voor schut door gebrek aan bijna alles. Er mankeert niet veel aan of gematigde rebellen in Syrië gaan op pad in glanzende Toyota’s om geld, munitie en kleding in te zamelen voor ons haveloze legertje. De grenzen staan wijd open en via die deur komt het barbarisme in grote getale op Nederland af. Onze moderne cultuur wordt naar de bliksem geholpen met -u raadt het al- subsidieverslindende beroepswerklozen; gaat het niet over slavernij, dan wel over Zwarte Piet.
Kortom: grote bedrijven redden zich echt wel, het gaat immers om het maken van winst en dat zullen ze toch echt zelf moeten doen. Want Rutte’s regering is natuurlijk niet aangesteld om ze die winst meteen maar over te maken uit het opgebrachte belastinggeld. Integendeel: dat geld zijn wij in dit land nodig voor goede opleidingen van werknemers, die vervolgens gezond worden gehouden in een universeel beschikbare en betaalbare systematiek van gezondheidszorg. Dat geld moet er zijn om de -Westerse en Nederlandse- superieure en succesvol gebleken cultuur in stand te houden, die zorgt dat die bedrijven hun producten kunnen afzetten. En ten slotte is dat geld nodig om een leger in stand te houden wat in staat is ons land op adequate wijze te beschermen tegen degenen die ons willen afnemen wat wij met hard werken en geld verdienen hebben vergaard.
Meer vragen we niet. Is dat nu zo moeilijk?