“Wanneer Anti-Zwarte Pieten prominent mogen demonstreren tijdens de intocht, in Dokkum, moet een prominente plek voor de moskee tijdens de Ramadan ook mogelijk zijn!”, aldus anti-islambeweging Pegida op hun facebookpagina.
De anti-islambeweging Pegida is voornemens tijdens de ramadan en het avondgebed barbecues houden bij moskeeën in vijf plaatsen. Als eerste wil men op 4 juni bij wijze van demonstratie de speklappen op het vuur leggen bij de ULU-moskee in Utrecht. De beweging wilde in de dagen daarna vergelijkbare demonstraties houden bij moskeeën in Arnhem, Gouda, Rotterdam en Den Haag. De gemeentes Utrecht, Gouda en Arnhem echter, waren er als de kippen bij om die demonstratie-barbecues te verbieden, elk op grond van mogelijke verkeershinder en dergelijke.
In Den Haag en Rotterdam lijken die gemeentebesturen minder middelen te hebben of te willen inzetten om de barbecues te verbieden. Wellicht daarom heeft het bestuur van de omstreden (of is het beruchte) as-Soenah moskee een open brief doen uitgaan, waarin zij zegt zich ‘zorgen te maken over de provocaties van Pegida’:
“Wij willen onze zorgen uiten over de provocaties van Pegida. De situatie is dermate beladen en risicovol dat wij als moskee niet kunnen garanderen dat alles rustig verloopt. We willen dan ook de volledige verantwoordelijkheid daar leggen waar het hoort, namelijk bij de autoriteiten”.
Op het eerste oog zou men nog kunnen begrijpen dat het moskeebestuur vreest dat de moskee doelwit zal worden van vernielzucht, religieuze of ideologische controverses en sensatie, zoals Boeddhistische gebedsgebouwen en Joodse instellingen nog al eens overkomt in de Hofstad. Bij die incidenten echter, blijken veelal ‘allochtone’ jongeren betrokken te zijn, wier sympathie het meest uit lijkt te gaan naar de islamitische overtuiging. Bij andere demonstraties van Pegida werden de emoties juist de tegenstanders van de beweging te machtig, in het bijzonder die van AFA-groeperingen.
Het moskeebestuur legt uitdrukkelijk de verbinding tussen ‘provocaties’ van de anti-islambeweging en de ‘verantwoordelijkheid’ voor het handhaven van de orde. Dat is niet minder dan een walgelijk vertoon van slachtofferschap. Daarnaast is de open brief van het moskeebestuur voorshands een legitimatie voor moslims in de stad om Pegida aanhangers met geweld tegemoet te treden. Het moskeebestuur zou, als religieuze leiders, natuurlijk eerst hebben moeten schrijven dat ieder het recht toekomt een demonstratieve actie te houden, maar het te betreuren dat daarvoor een locatie is gekozen in de buurt van de moskee. Dan zou zij blijk hebben gegeven een groter belang te hebben bij het bewaren van rust en vrede rond de verschillende activiteiten. Nee: dat deden zij niet. Zij schreven wél: “De situatie is dermate beladen en risicovol dat wij als moskee niet kunnen garanderen dat alles rustig verloopt”.
Nu heeft het bestuur de achterban dus min of meer uitgenodigd oproer te kraaien rond de activiteiten van Pegida. Dat is niet minder dan ideologisch vertoon, die de rechtsorde in ons land geen goed doet. Met andere woorden: het moskeebestuur van as-Soenah heeft minder op met religie en des te meer met ideologie.
En ideologieën zijn geen gebedsgebouwen nodig. Die kunnen volstaan met een bierkelder.
Niks zo gluiperig en verderfelijk als de islam. Al 1400 jaar. En geen seconde geëvolueerd.