Het valt niet te ontkennen dat de nieuwe Amerikaanse president Trump in zijn inaugurele rede de spijker direct op de kop sloeg. De zure commentaren erop van onze eigen staatsmedia spraken boekdelen en ook elders in Europa werd door ‘het establishment’ verbolgen gereageerd. Prima: daar is niets mis mee. Iedereen mag een mening hebben en de tegenstanders van Trump eveneens.
Dat Trump nadrukkelijk oproept tot eenheid in de Verenigde Staten, is iedereen alweer vergeten. Dat hij banen wil creëren door infrastructurele projecten op te zetten ook. De harde woorden aan het adres van de verheven ‘Gutmenschen’ worden door dezelfde Gutmenschen versleten als prietpraat van een halve gek. Wanneer Asscher, Pechtold, Roemer of Rutte precies hetzelfde zeggen is het ge-wel-dig ook al bewerkstelligen zij dat al 20 jaar niet. Wat er verder precies mis is aan de opvatting dat mensen die gewoon hun werk doen of dat binnenkort ook moeten gaan doen, daarnaast ook wat in de melk hebben te brokkelen, wordt evenmin duidelijk. “Terwijl de elite feestvierde in de hoofdstad was er weinig reden tot feestvreugde voor de worstelende families in het land”, aldus Trump in zijn toespraak. En zo is het ook maar net, waarbij die geschetste situatie heel goed vergelijkbaar is met Europese landen.
Daarom is het niet zo gek dat de elites van overeenkomstige schnitt (in ons land vooral in en rond de ‘grachtengordel’ in Amsterdam) de burgers nog voor willen houden dat de uitverkiezing van Trump een gevaarlijk experiment is. Dat is het niet. Het gevaarlijkste experiment wordt momenteel uitgevoerd door de verheven elites zelf, door zo ongeveer alles te doen en tot wet te verklaren wat de burger beslist niet wil. De ongebreidelde immigratie bijvoorbeeld, is een molensteen die de gewone burgers inmiddels zwaar om de nek begint te hangen. Niet alleen moeten uitkeringen en toeslagen uiteindelijk door de belasting opbrengende burgers worden betaald, maar ook de bepaalde vanzelfsprekendheid waarmee de nieuwkomers gebruik maken van die sociale verworvenheden, bewerkstelligd door de autochtone bevolking, wordt als buitengewoon brutaal en aanmatigend ervaren. Reserveringen voor de toekomst, zoals AOW en pensioenen of zorgkosten, worden gretig geïnhaleerd door deze nieuwkomers die bovendien de weg in uitkeringenland vaak nog beter weten dan de autochtonen zelf. Dat is een harde constatering maar niet minder waar.
Inwoners van Groningen krijgen gemiddeld 410 euro per inwoner per jaar omdat hun huizen instorten vanwege de gaswinning. In de grote randsteden wordt gemiddeld per inwoner alleen al aan ‘kunst’ 170 euro per persoon uitgegeven. Amsterdam juicht vanwege een dalende werkloosheid, maar verzuimd aan te geven dat zij koplopers zijn in bijstandsuitkeringen met 5,2%. Deze gemeente geeft aan bijstandsuitkeringen dus meer uit dan willekeurig welke oostelijke of zuidelijke provincie dan ook. In de Randstad lopen ‘opiniemakers’ juichend achter een paar rattenvangers aan die menen dat Zwarte Piet en Michiel de Ruyter een schandvlek in de Nederlandse cultuur zijn. In de landelijke provincies vragen miljoenen mensen zich af of die klaplopers niet wat beters hebben te doen met hun luxe uitkeringen. Dat is ook de situatie in de Verenigde Staten.
De zure reacties op de toespraak van Trump kwamen uitsluitend uit de monden van diezelfde klaplopers. Laten we daar op 15 maart ook maar eens mee afrekenen. “Terwijl de elite feestvierde in de hoofdstad was er weinig reden tot feestvreugde voor de worstelende families in het land”.