Inleiding
De aanslagen in Parijs en Brussel hebben bevestigd dat nationale veiligheidsstructuren nauwelijks samenwerken. Hoewel dit al jaren een slecht bewaard geheim is, hebben verantwoordelijke politici de samenleving voortdurend een rad voor de ogen willen draaien. In Cruijffiaans taalgebruik: “je gaat het pas zien als je het door hebt” en dat kunnen westerse politici blijkbaar niet. Het lag niet alleen aan een slechte wederzijdse informatievoorziening, maar ook aan desinteresse en een stuitend gebrek aan assertief vermogen, waardoor aanslagen niet voorkomen werden en onschuldige burgers het slachtoffer zijn geworden. Gelet op de aanloop naar en gevolgen van de aanslagen in Parijs en Brussel lijkt de westerse invulling van antiterrorisme, mild gezegd, uiterst ineffectief. Het wachten is op de volgende aanslag in een van de Europese hoofdsteden.
Na de aankondiging van een antiterrorisme Task Force (ATF) in oktober 2015, en zijn uitleg hoe het Russische antiterrorisme beleid moest worden gelezen, is het interessant te bestuderen hoe Putin c.s. met de strijd tegen het terrorisme omgaan en met hand en tand de eigen hoofdstad willen beschermen tegen terroristische aanslagen.
Antiterrorisme Russian style
Medaille-uitreiking op 17 maart 2016
De medaille-uitreiking op 17 maart in de grote St. Georgievsky zaal van het Kremlin, heeft voor Ruslandvolgers een tipje van die antiterrorismesluier opgelicht. Een tipje en niet meer dan dat. Tijdens die bijeenkomst kon een aantal voorzichtige conclusies getrokken worden:
§ Het Kremlin heeft wel degelijk grondtroepen in Syrië ontplooid. Schattingen van de sterkte overstegen het aantal van 4000 man niet.
§ Uit de personen die een onderscheiding kregen, kon een indruk gekregen worden van de eenheden die in Syrië zijn ingezet. § Uit de eenheden kon ook vastgesteld worden waarom die in Syrië waren ingezet. |
De laatste constatering verdient een nadere uitleg. Putin beschouwt de Russische inmenging in de burgeroorlog in Syrië als een strijd tegen terroristische structuren (waarmee hij m.n. Syrische Nationale Coalitie alias “rebellen” bedoelt) die proberen een legitieme regering met geweld naar huis te sturen. Tijdens de ceremonie sprak hij kort over de strijd in Syrie: “We immediately identified the goal of the operation is to support the legitimate struggle of the Syrian army to terrorist groups”. Een strijd die volgens hem in het verlengde ligt van zijn antiterrorismebeleid, en grondtroepen die naar de gevechtsvelden van Syrië werden gestuurd, moeten in zijn ogen worden beschouwd als antiterrorisme-eenheden.
Wat was er nu zo opmerkelijk van die medaille uitreiking? Niet dat de Commandant Luchtstrijdkrachten een hoge onderscheiding uit handen van Putin kreeg, of een aantal Marine-officieren, maar wel dat de plaatsvervangend commandant van het 1ste Pantserleger – Westelijke Militaire District – generaal-majoor Yuro Yarovitsky[1], de commandant van de artillerie-afdeling van 200 Zelfstandige Gemotoriseerde Infanteriebrigade, luitenant-kolonel Nozdvenko, en de plaatsvervangend commandant van de in Yurga gestationeerde 120ste Artilleriebrigade – Centrale Militaire District, kapitein Andrei Podolsky,[2] werden onderscheiden voor hun “heldendaden” op het Syrische gevechtsveld. Uit die medaille-ceremonie kan een aantal conclusies getrokken worden. Ondanks het feit dat Putin in de achterliggende maanden herhaaldelijk had benadrukt dat er geen Russische grondtroepen in het Midden Oosten ontplooid zouden worden, is dat wel het geval. Ten tweede; uit het feit dat plaatsvervangers onderscheiden werden, kan worden vastgesteld dat het om delen van de twee genoemde eenheden draait. Op zich is de keuze voor delen van de twee genoemde eenheden niet verrassend, omdat die kunnen worden geschaard onder de meest Kremlin- en dus Putin-loyale eenheden. Die laatste waarneming is een bevestiging dat Putin bij antiterroristische activiteiten binnen en buiten GIS territoir alleen een beroep doet op commandanten en eenheden die hij blind kan vertrouwen.
Bescherming van het Kremlin en Moskou
Vermoedelijk hebben de beelden van rebellerende burgers en in het wilde weg schietende veiligheidstroepen op het Maidan plein in Kiev de beleidsbepalers in het Kremlin aan het denken gezet. Hoewel Putin zich in 2014 mocht verheugen[3] in verbluffend hoge waarderingscijfers, maakte de onrust in Kiev duidelijk dat er grenzen zijn aan het incasseringsvermogen van een gefrustreerde bevolking. Niet mocht worden uitgesloten dat die taferelen ook in steden van de Russische Federatie konden gebeuren en dus moest een aantal maatregelen getroffen worden om te voorkomen dat het in Rusland net zo erg uit de hand zou kunnen lopen als in de Oekraïne.
Het Kremlin besloot om anti-oproereenheden rond de belangrijkste Russische machts- en economische centra[4] te positioneren, met de opdracht in te grijpen zodra signalen herkenbaar werden, dat een grote volksopstand met gelijksoortige karakteristieken als de Maidan-revolutie in Kiev opborrelde. Een van de – vermoedelijk belangrijkste – voorwaarden was, dat die eenheden volstrekt betrouwbaar moesten zijn. Betrouwbaarheid was namelijk de belangrijkste les die Putin trok uit de Maidan-revolutie. Door het gebrek aan betrouwbaarheid was het in Kiev ontzettend uit de hand gelopen, waardoor een in de ogen van het Kremlin simpele opstand van ongeruste burgers niet kon worden ontkracht. De Russisch georiënteerde Oekraïense veiligheidsstructuren op diverse speerpuntministeries, die Moskou moesten informeren over onrust en opstand, bleken niet in staat te zijn geweest adequaat te reageren op de ontwikkelingen van december 2013 en de daarop volgende periode van onrust.
Putin gaf opdracht aan de minister van Defensie Sergey Shoygu een scenario te ontwikkelen, waarmee een “Maidan”-scenario voor alle machts- en economische centra in Rusland moest worden voorkomen. Inhoud gevend aan het aspect betrouwbaarheid moesten de betrokken eenheden primair gevuld worden met loyale beroepsmilitairen wier motivatie werd verstevigd door een hogere wedde en een betere emolumentenregeling. Behalve het vullen met gemotiveerde beroepsmilitairen, was de tweede randvoorwaarde dat die eenheden werden voorzien van top of the bill materieel en ondersteund door een soepel functionerend logistiek systeem. Het realiseren van die drie randvoorwaarden was noodzakelijk om te kunnen beantwoorden aan het noodzakelijke operationele kwaliteitsniveau en de vereiste gereedheidheidsgraad.
Gelet op de lengte van dit artikel wordt het scenario voor Moskou beschreven. Daarbij wordt dit scenario als uitgangspunt gebruikt voor andere machts- en economische centra. Op die manier werd een zekere uitwisselbaarheid gewaarborgd en konden eventuele versterkingen uit andere machtscentra eenvoudig en snel ingepast worden. Bij het opstellen van een anti-oproerscenario kon Shoygu[5] gebruik maken van zijn ervaring als gouverneur van het district Moskou. Hij selecteerde de volgende eenheden:
§ 2de Garde Pantserinfanteriebrigade van de “Tamanskaya” Divisie, gestationeerd in Kalininets
§ 4de Garde Pantserdivisie “Kantemirovskaya” gestationeerd in Naro-Fominsk § 27ste Pantserinfanteriebrigade, gestationeerd in Mosrentgen § 6de Pantserbrigade, gestationeerd in Mulino § Diverse speciale – en bewakingseenheden |
Mochten de eerste signalen in Moskou wijzen op het ontstaan van gelijksoortige onlusten als in Kiev 2013, dan moet het Kremlin Regiment dat deel uitmaakt van de FSB, de bewaking van het Kremlin-complex verscherpen. Dreigt het in de omgeving van het Kremlin desondanks toch uit de hand te lopen, dan wordt dat bewakingsdetachement versterkt met gespecialiseerde eenheden zoals de 45ste Verkenningsbrigade (een “Special Forces” eenheid) uit Kubinka, vlak buiten Moskou, twee reguliere infanteriebataljons van het 154ste Commandoregiment, een erewachtbataljon en een Quick Reaction Force bestaande uit het 1ste Infanterieregiment, om te voorkomen dat agressieve demonstraties in de straten van Moskou uitgroeien tot een grootschalige rebellie, waardoor de status quo van het Kremlin bedreigd kan worden.
Patrouilleopdrachten en brandblustaken zijn in voorkomend geval toegewezen aan 98ste Garde Parachutisten Divisie, gestationeerd in Ivanovo, en 106de Garde Parachutisten Divisie uit Tula. Zij kunnen worden versterkt met personeel van het Ministerie van Binnenlandse Zaken – OMON, ruim 1000 man sterk – die gekleed in burger, oproer direct aan kan pakken. De OMON zal worden ondersteund door de 16de Spetznatzbrigade uit Tambov.
Pantsereenheden van de “Tamanskaya” divisie en zelfstandige 6de Pantserbrigade worden dan ingezet om met tanks, pantserinfanterievoertuigen en geniematerieel van het zelfstandige 7de Genieregiment en het 841ste zelfstandige Geniebataljon, barricadevorming en wegversperringen te voorkomen resp. te ruimen.
De 70ste Technische Radiobrigade, gestationeerd in Naro Fominsk, en de 119de Territoriale Verbindingsbrigade, gestationeerd in Kineshma, zijn verantwoordelijk voor gewaarborgde, ongestoorde command and control, informatiemanagement en informatie-operaties.
Moskou en Syrië
Gelet op waarnemingen rond de medaille-uitreiking heeft Putin delen van zijn Moskouse beschermingsgordel gebruikt om het gevechtsveld in Syrië binnen en buiten de steden (of wat daarvan nog over is) te modelleren. Blijkbaar zijn deze eenheden uitermate geschikt om behalve antirebellie- en anti-oproeropdrachten in het Moederland, ook antiterroristische activiteiten buiten de nationale grenzen uit te voeren. De 120ste Artilleriebrigade uit Yurga, in de omgeving van Novosibirsk, is binnen die context voor buitenstaanders een buitenbeentje. Vermoedelijk heeft de Speciale stafofficier Artillerie van het Ministerie van Defensie geadviseerd om die artillerie-eenheid, eventueel versterkt met beroepsmilitairen uit andere artillerie-eenheden, naar Syrië uit te zenden, omdat die aan de geformuleerde criteria voldoet en tevens gevechtservaring kon opdoen.
Conclusie
Putin heeft uit de ontwikkelingen in Oekraïne zijn conclusies getrokken. Kennelijk is hij niet rotsvast overtuigd van de volgzaamheid van zijn thuisbasis en heeft zijn maatregelen getroffen. Het lijkt er op dat hij met zijn opdracht om het Kremlin en Moskou te beschermen tegen onrust, oproer en rebellie zich heeft omringd met een Russische versie van een op moderne leest geschoeide Praetoriaanse Garde. Omdat in Putin’ s visie verontruste burgers die zich afzetten tegen een legitieme regering, niets meer en niets minder zijn dan terroristen, gebruikt hij die Garde ook voor de bestrijding van terrorisme buiten de grenzen van Rusland. Zo wil hij kennelijk voorkomen dat het terrorisme uit o.m. het Midden Oosten overwaait naar de weke zuidelijke buik van de GIS.
————————————————