Diagnose

Een jongeman die zich bij de huisarts meldt met iets wat voor hem als ‘verdacht’ aanvoelt, zal opgelucht zijn als die huisarts – na enig onderzoek – de diagnose stelt dat het “slechts een ontstekinkje” is waarover hij zich beter maar geen zorgen maakt. Komt hij een week later opnieuw, bijvoorbeeld omdat hij het toch niet vertrouwd, dan zal de huisarts hem doorsturen naar een specialist in het ziekenhuis.

Nadat de verwijzing is afgerond, kan de huisarts tevreden zijn. Twee consulten zijn geboekt, de administratie is op orde en de declaratie is onderweg naar de ziektekostenverzekeraar. De functie van ‘poortwachter’ is daarmee voorbeeldig vervuld. In het ziekenhuis echter, krijgt de jongeman van de uroloog te horen dat zij een tumor vermoedt en voor de zekerheid een bloedmonster wil nemen en ook een scan van zijn scrotum. Daaruit blijkt zonneklaar dat het een tumor is en de jongeman zal dezelfde dag nog geopereerd worden waarbij één van zijn testikels wordt geamputeerd.

Bovenstaand voorbeeld laat zien dat een verkeerde diagnose desastreus uit kan pakken. Weliswaar is iedere onderzoeker tevreden, maar toch blijft het gevoel over dat ‘het systeem’ niet heeft gewerkt. Als de eerste diagnose leidend zou zijn geweest, dan was er nu tenminste één jongeman minder op deze wereld. Meestal gaat dat aan ons voorbij, behalve als het je eigen zoon is en dat was hier het geval. Dan komt het hard aan, zeker als een tweede zoon een paar maanden later, bij dezelfde huisarts, dezelfde ervaring doormaakt met dezelfde uitkomst. Verkeerde diagnoses: we grossieren erin maar verbinden er geen conclusies aan, laat staan dat we het probleem van de verkeerde diagnose zelf aanpakken. Formeel heeft ‘het systeem’ gewerkt, maar ook met dit werkende ‘systeem’ maken we geen vordering die het algemeen belang dient.

Integratiediagnose

Dat het met de integratie in ons land niet best is gelopen, zal wel meer mensen opgevallen zijn. Ook hier werd in de achterliggende jaren een verkeerde diagnose gesteld en dat gebeurt nog steeds. Dr. Jelle Kort schrijft in het NRC “Achterstandsproblematiek als dieperliggende oorzaak van (zware) criminaliteit, verdient kortom meer aandacht.” Dat is ook zo’n diagnose als ‘het is slechts een ontstekinkje’. Als je de ‘achterstanden’ wegwerkt, dan is er niets meer aan de hand, de mensen leven nog lang en gelukkig en alles wordt omgeven door roze gloed. Maar klopt die diagnose wel?

Ik denk dat we eerst moeten kijken naar de oorzaak van de achterstanden zelf. die dr. Kort aanwijst als ‘diepliggende oorzaak’ van een falende integratie. Met de integratie van Chinezen, Japanners, Amerikanen (groep A) zijn er geen noemenswaardige problemen, althans niet vergelijkbaar met nationaliteiten uit het Arabisch schiereiland of Noord-Afrika (groep B). Die laatste twee subgroepen zouden dus, als de diagnose van dr. Kort klopt, structureel tegen ‘achterstanden’ aanlopen en integreren op een uitzondering na, vrijwel niet. “In het rapport Kwesties voor het kiezen, van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), worden vijf urgente maatschappelijke vraagstukken geanalyseerd voor de komende kabinetsperiode”, zegt dr. Kort: “vier daarvan zijn in deze kwestie relevant: kansenongelijkheid in het onderwijs, armoede en onzeker werk, de arbeidsmarktpositie van mensen met een migratieachtergrond en huishoudens met energiearmoede”. Prima, maar dat geldt dus alleen voor mensen die afkomstig zijn van het Arabisch schiereiland of uit Noord-Afrika of dezelfde cultuurkenmerken tonen?

Raar

Dat zou een beetje raar zijn, want de achterstanden lijken gewoon bepaald door de achterliggende cultuur. Als cultuur er niets mee te maken zou hebben, dan integreerden Arabieren en Noord-Afrikanen namelijk net zo vlot als de andere culturen. En dit is niet zomaar ‘een ontstekinkje’, het is een probleem wat hardnekkig is, telkens terugkomt en kenmerkende sporen draagt van een totaal andere ziekte.

Waarschijnlijker is dat de normen voor de beide groepen A en B anders liggen en dat de groepsdruk, groepsdrang of sociale druk onder groep B erg groot is. De druk of drang dus, die een groep bewust of onbewust uitoefent op een bepaald persoon of kleinere groep om het gedrag te veranderen zodat het overeenkomt met het gedrag van die totale groep. Van de structuren die de inhoud van een (bovenliggende) cultuur vormgeven, zijn er door prof. dr. David Pinto[1] vier als factoren gedefinieerd: persoonlijkheidskenmerken, sociale, economische en religieuze. Hij veronderstelde in zijn onderzoek dat die factoren een groter of kleiner aandeel in het geheel kunnen hebben.

Religie

Het ziet ernaar uit dat de religie – de islam dus – een prominente rol speelt in  het wel of niet integreren. Wat in de Koran staat, stemt in veel gevallen niet overeen met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens of met de Nederlandse wet. Maar onder Nederlanders bestaat er een neiging om dit te willen verdoezelen. Je mag ongeveer alles van een duistere kant belichten zoals scientology of Lou de Palingboer, maar van de islam mogen we kennelijk niets vinden. De Koran bevat krijgshaftige verzen die uitnodigen tot radicalisering, veel meer dan de Bijbel. Ook in de Bijbel, het Oude Testament met name, is de taal niet altijd even fris. Maar daarbij gaat het steeds om wensdromen: de gelovige zou willen dat God de vijand stukslaat als een stuk aardewerk. Maar in de Koran staan geen wensdromen maar oproepen om niet met de ongelovigen om te gaan en hen bij voorkeur te vernietigen.

Mensen uit een islamitische wieg staan levenslang onder een enorme groepsdruk, die het hen verhindert, eigenlijk verbiedt om te integreren op straffe van uitstoting of erger. Lees gerust het boek van Lale Gül of maak eens een praatje met Afshin Ellian.

Dat is beter dan verkeerde diagnoses stellen, want dan zie je de eigenlijke ziekte over het hoofd.


[1] ‘De Wereld Volgens Pinto’, Karakter Uitgevers, 2004.


Deel dit:

Post navigation

0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

1 Reactie
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Puck van der Land
2 jaren geleden

Dag Ton, pijnlijke situatie die je beschrijft over de jongemannen, die jouw zoons blijken te zijn. Begrijp nu je eerdere toespelingen op een moeilijke situatie waarin jullie verkeerden. Ik hoop voor jullie allen dat het nu verder goed gaat met hun gezondheid. Die huisarts moet toch ook eens bij zichzelf te rade gaan dat hij twee keer zo’n enorme miskleun maakte. Daarmee is de vertrouwensband tussen de patient en de arts zeer ernstig beschadigd, en komt niet meer goed als de arts zijn fouten niet erkend.

De vergelijking die je maakt met de misdiagnoses tav de integratieproblematiek is treffend. Het lijkt wel erger te worden met die misdiagnoses door fixatie op een enkel probleem. Tegenwoordig heeft ElseviersWeekblad boven aan haar internetuitgave staan: Eerst de feiten. Tja, op zich correct, maar als er dan een artikel volgt waarin de hele context of een deel daarvan wordt overgeslagen, dan zijn die feiten ook niet meer dan loszand en multi interpretabel.

Dat is ook het positieve aan het boek van Pinto: een heel verhaal maar wel een prima poging om problemen in hun sociale en historische context te plaatsen.