Een dissident?

Onlangs gebruikte Leon de Winter in zijn wekelijkse Telegraaf column een merkwaardige term voor personen die zich m.b.v. wetenschappelijke data, uiteenzettingen, verklaringen, tegen klimaatdoemdenkers wensen te verweren.

Afb: pixabay

De Winter noemde hen dissidenten, waarmee hij de indruk gaf dat klimaatdoemdenkers het wellicht bij het rechte einde zouden hebben. Dissidenten? Iemand die zich, al dan niet samen met gelijkdenkende, verzet tegen de overheersende opvattingen of beleidslijnen op politiek, religieus of sociaal gebied. Behalve dissident prikkelden ook de termen natuur en biodiversiteit mijn nieuwsgierigheid.

Wanneer men de overtuigingen van die groep toetst aan die uitleg stuitert men al tegen een aantal knelpunten. De vraag is of het huidige klimaatdenken het juiste politieke beleid vertegenwoordigt. Zeker als men bij die overdenking meeneemt de schadelijke economische gevolgen voor Nederland en diens samenleving van het door Raad van State, Commissie Remkes, regering en activisten voorgestelde beleid om CO2 en Stikstof emissie te beperken. De Nederlandse burger van de midden en laagste klasse wordt er echt niet beter van. De term verzet in die uitleg duidt op fysiek en/of verbaal geweld om dat tegengeluid voelbaar en hoorbaar te maken. Totdat boeren in grote woede ontstaken door de onredelijke[1] adviezen van de Commissie Remkes in de rug gesteund door de Raad van State, was bij andersdenkers geen sprake van enige verzet in termen van fysiek en verbaal geweld.

Die situatie is de afgelopen weken radicaal veranderd en andere beroepssegmenten zullen de weg naar Den Haag en het Binnenhof opzoeken om hun afwijzing van politieke voorstellen zichtbaar en hoorbaar te maken.

Hoezo natuur in Nederland?

Natuur en biodiversiteit zijn twee andere termen uit het artikel van de Winter die dwingen tot kritisch denken. Biodiversiteit willen politici en milieu activisten realiseren op de plekken die deel uitmaken van Natura2000, waarbij de term natuur voor die plekken sterk misleidend is. Veel kenners resp. geïnteresseerden zullen accentueren dat in Nederland geen natuur in de ware zin van het woord te vinden is. Nederland bezit geen woeste ondoordringbare jungles, oerbossen, ongerepte toendra´s of Arctische gebieden.

Wanneer de oerbetekenis van natuur van stal wordt gehaald, valt direct op dat de mens geen deel is van de natuur. In vroegere tijden, toen het beestje gewoon bij de naam genoemd werd en geen moeilijke, interessante aandoende en vooral Angelsaksisch georiënteerde termen werden gebruikt, betekende natuur de werkelijkheid om ons heen voor zover die buiten toedoen van de mens is ontstaan. Die uitleg is in de loop der tijden aangepast tot “Natuur is alles wat zich zelf ordent en handhaaft, al of niet in aansluiting op menselijk handelen, maar niet volgens menselijke doel­stellingen”. In de eerste uitleg is het criterium dat de mens geen deel uitmaakt van de natuur en in de tweede uitleg wordt de mens niet buiten de natuur geplaatst, maar kan er deel van uitmaken. Ook in die aangepaste uitleg moet de mens niet proberen om e.e.a. naar eigen inzicht aan te passen.

Het is duidelijk. Zodra de mens met zijn tengels aan gebieden gaat frummelen waar flora en fauna hun eigen weg moeten vinden, kan er geen sprake meer zijn van natuur. Het worden op termijn door de mens gecultiveerde gebieden. Ech­te ongerepte natuur bestaat bij ons niet meer. Overal is de invloed van de mens in meer of minder sterke mate zicht­baar. Niets is ongerept noch maagdelijk. Daarom spreken kenners van cultuurlijke (tegenover natuurlijk) begroeiingen en hoe hoger de cultuurdruk des te kleiner de natuur. Voorbeelden? Moerassen van onze veenplassen, kwelders, duingebieden, heidevelden, wilde graslanden.

Biodiversiteit.

Onder biodiversiteit wordt verstaan een graad van verscheidenheid aan levensvormen (soorten, genen etc.) binnen een gegeven ecosysteem, bioom of een gehele planeet. Biodiversiteit wordt vaak gebruikt als een indicator voor de gezondheid van een ecosysteem en levert via ecosystemen diensten die voor mensen economische, esthetische, religieuze en culturele waarden hebben. Bijvoorbeeld de productie van zuurstof, waterzuivering, voeding, brandstoffen, grondstoffen, medicijnen, bescherming en recreatie. Binnen de ecosystemen die deze diensten leveren, bestaat een balans tussen verschillende dier-, plant- en micro-organismen[2]. Daarom is het belangrijk om de biodiversiteit te beschermen, om te voorkomen dat die balans verstoord wordt. Die bescherming is niet alleen vanuit morele overwegingen gewenst, maar ook vanuit economisch oogpunt noodzakelijk[3].

Voorbeelden van het desastreuze ingrijpen van de mens blijven niet beperkt tot de Oostvaardersplassen. Het gepruts van milieu activisten om daar de biodiversiteit in de door hen gewenste richting te sturen, heeft tot veel faunaleed geleid. In feite hadden bordjes met de tekst afblijven met je tengels om dat gebied geplaatst moeten worden. Andere voorbeelden die wereldwijd herkenbaar zijn strekken zich uit van overbevissing via boomkap/ontbossing, overbegrazing, versnippering van leefgebieden, vervuiling tot de import van exoten. In gebieden waar die activiteiten plaatsvinden wordt de samenleving geconfronteerd met een toename van CO2 en afname van zuurstof, bodemerosie, ziektes en zelfs uitsterven van dierrassen en vegetatie en onvruchtbaarheid wanneer exoten in het betreffende gebied worden losgelaten.

Volgens de Winter schijnt biodiversiteit binnen de leefwereld van milieugroeperingen, de toekomst van de parken in Nederland te zijn. Een keuze die niet met natuurlijke begroeiingen samenhangt, maar met de aanpassing van flora en fauna in cultuurlijke begroeiingen, waarbij de stellige indruk gewekt wordt dat onze samenleving onder de alleenheerschappij van milieugroeperingen gebracht moet worden. De mens wenst en wil ingrijpen, waardoor het gevaar bestaat dat de cultuurdruk wordt verhoogd en de natuur nog meer wordt begrensd dan die al is.

Oostvaardersplassen.

Het geloof dat de Nederlandse cultuur weer wild kon worden was een verkeerd vertrekpunt. De initiatiefnemers gingen eraan voorbij dat de mens de Oostvaardersplassen in 1968 op de zee had veroverd en er vervolgens een hek omheen had gezet. Geen natuurlijk maar een cultuurlijk gebied. Dat hek maakte het voor een deel van de fauna onmogelijk om te migreren en dan kan amper gesproken worden  van een “natuurlijke situatie”. De grote grazers, de herten en de Konikpaarden zaten gevangen. In 2018 hadden activisten daarvoor een oplossing gevonden en knipten een van de hekken door. Helaas hadden ze vergeten dat dieren op hun trektocht naar de Veluwe tegen de A-16 zouden botsen en de verkeersveiligheid in gevaar konden brengen. Dat gebeurde met de edelherten en het gevolg was dat de dieren afgeschoten moesten worden. Prima idee dus, dieren vrijlaten opdat ze verderop afgeschoten moeten worden.

Waarschuwingen werden genegeerd dat door de relatief gering afmetingen van het gebied overbevolking en voedsel schaarste niet kon worden voorkomen en dierlijk leed het gevolg zou zijn. Totdat de beelden van lijdende en vermagerde dieren scherp op het scherm werden getoond. Boswachters propageerden afschieten, activisten wilden bijvoeren of uit gebied halen. Omdat de gemiddelde Nederlander dierlijk leed niet kan aanzien, werd het bijvoeden en een deel van de Konikpaarden werd met wisselend succes elders uitgezet. Het menselijke ingrijpen heeft de natuurlijke situatie uit balans gebracht en daardoor stierf het idee om een cultuurlijke begroeiing te transformeren naar een natuurlijke omgeving[4]. In het nieuwe beleid beweegt de mens met de natuur mee waar mogelijk, maar grijpt in waar nodig. De mens blijft achter de knoppen zitten.

Natuurlijk zijn er winsten te registreren. De Oostvaardersplassen is het thuis geworden van diverse beschermde dier- en plantensoorten zoals de ruiende grauwe ganzen, de terugkeer van de zilverreiger en de zeearend. Die laatste keerde na een eeuw terug in Nederland en heeft in de Oostvaardersplassen een uitstekend broedgebied gevonden. Dat geldt ook voor de moerasandijvie, die in de Europese Unie een beschermde status heeft en in de Oostvaardersplassen weelderig groeit. Daar hoefde de mens niets aan te doen.

Dissident? Nee toch!

Het is duidelijk dat de term natuur in het geval van Nederland nauwelijks van toepassing is. Wat onder natuur wordt verstaan zijn cultuurlijke begroeiingen die door menselijk ingrijpen zijn ontstaan met een biodiversiteit die door de mens wordt gestuurd. Kun je dan een dissident zijn? In de optiek van de doorsnee Nederlander niet. Hoewel niet iedereen is begaan met de bescherming van flora en fauna in gebieden waar politici en activisten het bordje met het opschrift natuur hebben geplaatst, zijn andersdenkers geen personen die middels fysiek en verbaal geweld hun gelijk willen halen. Dat laten ze over aan klimaatdoemdenkers en biodiversiteitaanpassers.


[1] Die onredelijkheid zit in het geval van de boeren in de maatregelen die ze de achterliggende decennia hebben genomen om die stikstof uitstoot sterk te beperken en getuige het satellietbeeld van ESA en de data van het CBS zijn ze daarin geslaagd. Zie het artikel “Een nieuw Klimaatbreekijzer”.

[2] Over micro-organismen is nog maar weinig bekend.

[3] Uitleg uit het document “Bescherming van de diversiteit van organismen en ecosystemen”.

[4] Andere natuurlichten kwamen met het idee de wolf te introduceren. Een dier dat boven de voedselketen staat om het ecosysteem in balans te brengen en te houden, Zo werd er geredeneerd. Wolven leven in een roedel en hebben een uitgebreid en gevarieerd leefgebied nodig. Daar beantwoordt de Oostvaardersplassen niet aan. Om maar te zwijgen van de maatschappelijke onrust zoals die opwelde na ontdekking van de eerste wolven in het grensgebied met Duitsland en de Noord-Veluwe….en werden doodgeschoten.


.

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

1 Reactie
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Wim
4 jaren geleden

Hoe past de wolf in dit plaatje..? En in Nederland?