Het schavot op het Binnenhof

“Minister Van der Steur (Veiligheid en Justitie) bungelt en zal donderdagmiddag in debat alles op alles moeten zetten om uit die benarde situatie te komen. Een groot deel van de oppositie vindt zijn positie sowieso onhoudbaar, wat de bewindsman nu ook nog wil beweren”, schrijft dagblad De Telegraaf.

De krant vervolgt: “In de coalitie wacht men het debat af. Nog voor er over het lot van Van der Steur wordt gestemd, zal worden bekeken of zijn verweer tegen de beschuldigingen sterk genoeg is geweest. Zo niet, dan verwacht de PvdA dat de VVD haar man terugtrekt. Ook de VVD ziet in dat het verweer perfect moet zijn en dat het anders, zeker gezien het schamele krediet dat Van der Steur in de Kamer heeft, einde oefening is. Van der Steur wordt in een nieuw boek over de bonnetjesaffaire rond de Teevendeal beschuldigd van liegen. Als Kamerlid onthield hij de Kamer informatie en als minister loog hij daarover, beweert de auteur. De minister ontkent dat.

Ard van der Steur. Afb: Wikimedia

De oppositie zal het debat vooral gebruiken om premier Rutte aan te pakken. Op die manier kan de VVD-campagne maximale schade worden berokkend. De oppositie heeft er genoeg munitie voor, want in het boek wordt ook de minister-president beschuldigd van liegen. Hard bewijs is daar echter niet van. Het is tevens de vraag in hoeverre minister Van der Steur en zijn eventuele aftreden in het debat als bliksemafleider kan dienen voor Rutte”.

Op het moment van schrijven is het lot van de minister nog niet bekend, maar dat is in de context van mijn betoog eigenlijk ook helemaal niet zo belangrijk. Uit de berichtgeving blijkt namelijk zonneklaar dat het helemaal niet om de waarheid te doen is, maar om hoe iemand zijn verhaal verkoopt. Iemand die verbaal niet zo sterk is, kan dan eenvoudig pootje worden gehaakt. Zulke debatten heb ik al vaker gezien; ik ben de val van bijvoorbeeld Rita Verdonk en die van het laatste kabinet-Balkenende echt nog niet vergeten. Los van wat ik van het functioneren van de minister van Veiligheid en Justitie vind: ik ben bijzonder blij, dat ik niet in zijn schoenen sta en dat ik niet zoals hij, in zijn eentje, ten overstaan van 150 bloeddorstige haviken die het liefst zijn kop zien rollen, mijn hachje hoef proberen te redden op basis van politieke(!) verantwoordelijkheid voor één van de grootste wangedrochten onder de ministeries, waar een enorme stapel hoofdpijndossiers de politiek verantwoordelijke bewindslieden behoorlijk boven het hoofd lijkt te groeien. Dan bekruipt mij al gauw de gedachte: “Als je het allemaal beter weet, doe het dan gewoon zèlf”. En haal de bezem nu eens goed door dat ministerie, want die stapel hoofdpijndossiers behoort er niet eens te liggen; het zijn echt niet alleen de bewindslieden, die steken laten vallen.

Ook blijkt uit deze berichtgeving dat de verkiezingsretoriek – lees: moddergooierij – in de aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van 15 maart aanstaande in hevigheid toeneemt en dat eenieder zijn best doet om de verkiezingscampagnes van de concurrerende partijen zoveel mogelijk schade te berokkenen, vruchteloze pogingen om zelf in een voordeliger daglicht te geraken. Het spreekt voor zich dat dat bij de regeringspartijen bij voorbaat al een hopeloze opgave  is. Er is al teveel gebeurd in de afgelopen vier jaar en de vraag die dan bij mij begint te rijzen is, wanneer de Haagse slangenkuil nu eindelijk eens van plan is zich eens in te gaan zetten voor het landsbelang in plaats van partijbelang, of erger nog, persoonlijk belang (lees: baantjesjagerij). Want klaarblijkelijk wordt het belangrijker gevonden om bewindslieden ten val te brengen, of op listige wijze een associatieverdrag met een door en door corrupt, straatarm en bovendien door burgeroorlog verscheurd Oost-Europees land tegen de wil van het electoraat tóch te ratificeren, dan bijvoorbeeld een motie aan te nemen die een hogere drempel moet opwerpen om Nederlandse bevoegdheden aan de EU over te dragen. Wat dat betreft is het niet alleen de kop van de minister van Veiligheid en Justitie die zou moeten rollen. Wellicht dat het electoraat de komende 15 maart wèl eens voor een eindafrekening met het politieke establishment op het Binnenhof zorgt.

Ik verwijs in dezen dan ook graag even terug naar de treffende quotes onder artikel “Haags kwartetten” van  medescribent Charlef Brantz.

 

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties