Klokken luiden

Vanaf de vroegste middeleeuwen was het in ons land gebruikelijk ferme klokken in hoge gebouwen te plaatsen en die geluid te laten voortbrengen wanneer er sprake was van gevaar of calamiteiten. Ook om aan de landarbeiders de tijd te duiden, was de ‘kloeke klok’ een probaat middel om aan te geven wanneer het tijd was om thuis te komen voor het eten. Het strenge arbeidsethos zat er al vroeg in en niet in de laatste plaats door de christelijke invloeden, in wier gebedshuizen ook klokken waren geplaatst om de gelovigen op te roepen voor een bijeenkomst in het gebedshuis, of om hen te waarschuwen voor onheil.

Afb: wikimedia commons

Afb: wikimedia commons

De Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) heeft zich bij monde van partijleider Kees van der Staaij hardop afgevraagd wat de moslimse variant daarop, het islamitische gekerm (in het Arabisch) precies toevoegt, behalve voor autochtonen en de meeste allochtonen onverstaanbaar gebrabbel. “We zijn hier niet in het Midden-Oosten. We hoeven het niet normaal te vinden dat er op zoveel momenten, met dat volume ‘Allah is groot’ door de straten schalt”, zegt SGP-leider Van der Staaij in het NOS Radio 1 Journaal. Dat is nog mild gesteld door Van der Staaij, want eenmaal binnen in de moskee vliegen de verwensingen aan het adres van onze samenleving veelvuldig en moeiteloos in de oren van de verzamelde ‘gelovigen’.

Minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) voelt vooralsnog weinig voor het terugdringen van de gebedsoproep door moskeeën, zoals de SGP wil. Dat raakt aan de godsdienstvrijheid en die beschermt ook kerken die de klok luiden om gelovigen naar de dienst te roepen, zei Plasterk vrijdag. Wel kan hij zich bij het onbehagen dat de SGP beschrijft ‘iets voorstellen’. SGP-leider Kees van der Staaij verzet zich juist tegen die vergelijking. Die gaat volgens hem mank, omdat de islamitische gebedsoproep een geloofsbelijdenis is, terwijl het klokgelui geen inhoudelijke boodschap bevat.

De Raad van Marokkaanse Moskeeën heeft intussen met verbazing kennis genomen van de uitspraken van Van der Staaij. „De moskeeën die in het openbaar een gebedsoproep doen, zijn op een hand te tellen”, aldus de woordvoerder van de raad. „Bovendien blijven ze allemaal binnen de geluidsbeperking en we hebben er ook nooit eerder klachten over ontvangen.” De uitspraak van de fractievoorzitter van de SGP bevestigt voor de raad de vrees dat in de aanloop naar de verkiezingen steeds meer politici zich op negatieve wijze uitlaten over moslims of de islam. “Het is allang niet meer een bepaalde partij die dit doet. Het worden er nu steeds meer. We maken ons daar grote zorgen over. Op deze manier gaat het de verkeerde kant op”.

Dat is niet waar natuurlijk: het gaat de goede kant op met de SGP die een duidelijk onderscheid maakt tussen ‘religie’ en anderzijds de islam. Dat zou tijd worden, want de Christelijke partijen lopen al veel te lang met het idee rond dat de islam een religie is als alle andere. Het is te lang hun angst geweest dat beperkingen aan deze religie, eveneens beperkingen voor hun eigen religie zou opleveren. De islam echter, heeft een zeker staatkundig streven en wil onze samenleving op de schop nemen om haar uiteindelijk om te vormen. Dat is in democratische landen echter niet aan een religie, maar aan de wetgevende macht voorbehouden.

Het enkele feit dat de islam onze manier van leven afwijst en, sterker, een ander staatkundig model nastreeft, maakt duidelijk dat het een ideologie betreft. Bovendien behoeven burgers die op de radio juist kennisnemen van de laatste stand van zaken met betrekking tot islamitisch geweld (aanslagen, ontvoeringen, eerwraak, Jodenhaat, homohaat etc) niet geconfronteerd te worden met oproepen van de ‘religie’ die voor de gewelddadigheden de inspiratie vormde.

 

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties