Oude politiek is achterhaald

Dat de ‘oude politiek’ haar langste tijd heeft gehad, is voor velen duidelijk. Te lang hebben de spelers in het politieke veld de macht verdeeld onder slechts 2% van de inwoners van dit land, namelijk onder degenen die lid zijn van een politieke partij. Bij de oude politiek behoorde ook een structuur die de indruk van democratie en openheid moest wekken, maar waar in werkelijkheid nooit sprake van was. De oude politiek stelde ook omvangrijke, uitgebreide en gedetailleerde programma’s op waar niemand een touw aan vast kon knopen en die ook slechts dienden om het in alle denkbare richtingen te kunnen uitleggen. De overblijvende brij maakt dat er inmiddels vrijwel geen verschil meer is tussen socialisten en liberalen, die ook nog eens met elkaar hebben afgesproken ‘politiek correct’ te blijven.

Afb. Flickr

Afb. Flickr

98% van onze burgers staat langs de zijlijn en ‘ondergaat de politiek’ inmiddels alsof het een toneelspel is wat zich op de planeet Mars afspeelt. Tot tweemaal toe (in 65 jaar) mocht de burger zich uitspreken over de Europese Unie in een referendum en in beide referenda gaven de burgers massaal aan het niet eens te zijn met de voorgestelde richting. De tweede afwijzing betrof de ratificatie van het verdrag met Oekraïne. Het duidelijke ‘’tegen’ (60%) mocht niet baten, want de ‘oude politiek’ wilde ineens ook ‘recht doen aan de voorstemmers’ (30%). Vervolgens werd besloten om nog eens een tijdje goed na te denken over de uitslag, wat de referendumwet uitsluit.

Artikel 11 van deze wet bepaalt immers dat er na een geldige referendumuitslag zo spoedig mogelijk een beslissing genomen moet worden. De politiek moet simpelweg verklaren dat zij de referendumuitslag zal honoreren, óf deze naast zich neer te leggen. Deze keuze wil de regering blijkbaar niet zo spoedig mogelijk maken. In plaats daarvan kondigde de Minister-President aan te gaan ‘onderhandelen’ en te zien of het verdrag hier en daar ‘aangepast’ kon worden om aan ‘alle partijen recht te doen’. Kortom: hij wil tijd rekken en de boel voor zich uitschuiven. Het stuitende gebrek aan democratie werd niet eerder zo helder geëtaleerd en zelden werden de burgers zo geschoffeerd. Wat zou er gebeuren wanneer na de verkiezingen blijkt dat een partij die niet voldoet aan de eisen van de politiek-correcte dictatuur verreweg de meeste zetels heeft behaald? Wordt er dan ook nagedacht over de uitslag en hoe daarmee te handelen? Dan kan beter direct worden meegedeeld dat de democratie heeft opgehouden te bestaan.

Dat Rutte et. al. het besluit pas na een eventuele ‘Brexit’ willen nemen is politiek gezien natuurlijk wel handig. Wanneer de Britten in juni zouden besluiten om uit de EU stappen, dan zal dat zeker ook effect hebben op de Nederlandse burgers. Besluit het kabinet vervolgens om de uitslag van het Oekraïne-referendum te volgen, dan scoren de beide regeringspartijen electoraal natuurlijk prima met het oog op de naderende verkiezingen. Kiezen de Britten ervoor om deel uit te blijven maken van de EU, dan waait er weer een andere wind. Nogmaals: politiek misschien handig, maar moreel verwerpelijk. Het is overigens opvallend dat de laatste decennia vrijwel geen enkele regeringscombinatie nog een electorale legitimatie heeft na twee jaar regeren. Vervolgens ontwikkeld zich de laatste twee jaar van de regeerperiode een spel, waarin juichende berichten over de economische toestand in het land en douceurtjes voor belangrijke groepen kiezers de markt als bij toverslag overspoelen. Zo wordt de electorale balans weer hersteld in het voordeel van de aan het pluche plakkende elite. Zo zijn we snel een schijndemocratie, of het moet zijn dat men eenmaal per 4 jaar een hokje roodkleuren een toonbeeld van de moderne democratie vindt.

In Nederland is de democratie sinds de jaren 80 van de vorige eeuw eigenlijk steeds verder ontdaan van burgerinvloed. De inrichting van het publieke domein en de collectieve sector wordt gedeeld met een maatschappelijk middenveld, een geheel van organisaties die als zaakwaarnemers optreden namens de burgers. Dit maatschappelijk middenveld, wordt echter niet gekozen, maar benoemd en de kandidaten komen uitsluitend uit het meritocrate metier van….. de politiek zelf. Dat is verspilling van talent en minachting van democratie, terwijl bovendien het publieke domein en de collectieve sector op een rampzalige manier te kort wordt gedaan.

De politieke stromingen uit de vorige eeuw voldoen niet meer. Het socialisme heeft haar langste tijd gehad omdat de arbeidersbeweging als zodanig niet meer bestaat. Arbeiders zijn inmiddels ook calculerende consumenten geworden met koopkracht als prioriteit. Het communisme heeft gefaald omdat mensen nu eenmaal de individuele vrijheid willen om hun geluk na te jagen en om zichzelf te mogen onderscheiden en ontplooien. Het liberalisme is van een vrijheidslievende beweging met aandacht voor mensenrechten verworden tot een partij voor de markt, terwijl tijdens de laatste crisis het kapitalisme lelijk tegen de lamp is gelopen door schaamteloos gegraai.

De Europese Unie
De Europese Unie is een pensioengebouw geworden voor politici, zo lijkt het. Met enige gretigheid laten nationaal uitgerangeerde politici zich op kieslijsten plaatsen voor het Europese Parlement, waar de salarissen, kostenvergoedingen en pensioenvoorzieningen die van het bedrijfsleven overtreffen. Het gevolg is een beperkt stel benoemde beleidsbepalers in de Europese Commissie die degenen die hen aanstelden zonnodig aan prachtige banen helpen bij de EU of de VN. De burgers intussen, hebben het nakijken en hebben te maken met een EU-elite die maar liefst 90% van de wetgeving voorschrijft, zonder dat er een democratisch proces aan voorafgaat!

Daarom moet de EU, als antidemocratisch instituut, snel worden ontmanteld en worden vervangen door een instituut wat de Europese kerntaken behartigt: internationale handel en defensie (in nauwe samenwerking binnen de NAVO). Dat het de Nederlanders menens is met het ontmantelen van de EU als wetgevend instituut, is helder en duidelijk gebleken uit het “Oekraïne-referendum’. Dat signaal kan geen enkele politicus zomaar naast zich neerleggen, zoals onze regering het liefst wil.

Het rammelt op alle fronten met de democratie of liever: het gebrek eraan. Steeds spitsvondiger werken de wetgevende- en de uitvoerende macht gezamenlijk aan het beperken van de invloed van burgers. De burger is nog slechts een instrument die, na zorgvuldig te zijn geconditioneerd door staatsgecontroleerde media, het gewenste vakje rood maken. In Den Haag heerst nog de illusie dat burgers dat niet in de gaten hebben.

Daar vergissen ze zich in en al die vergissingen pakken nog eens duur uit…

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties