#GoedzoJohan

Er is een nieuwe minderheidsgroepering gevonden die hevig gebukt gaat onder het geweld van ‘uitsluiting’, ‘stigmatisering’ en één of andere fobie: homo’s. Wat is het probleem? Wanneer homo’s naar een voetbalwedstrijd komen kijken, dan worden zij geconfronteerd met homofobe uitspraken en spreekkoren. Daar worden zij verdrietig van en dat is echt reuze stom.

Johan Derksen. Afb: Wikimedia-commons / Hans Groenendijk. Fotograaf: Jasper Joosten.

Inderdaad: dat is hartstikke dom van die homo’s. Wanneer ik als verstokte voetbalfan, liefhebber van een ‘balletje en een biertje’ mij ergens niet welkom voel, dan blijf ik lekker thuis met eigengemaakte gehaktballen en meters bier uit de aanbieding van deze of gene ranzige supermarkt. Ik kijk de wedstrijden dan wel op de televisie. Daan Verhoeven (25) uit Eindhoven schreef in een brief aan de KNVB, die al snel door landelijke media en politiek werd opgepikt, dat het klimaat in de voetbalwereld homofoob is.  Woorden over homoseksuelen worden in voetbalstadions regelmatig gebruikt als scheldwoord. Dat moet stoppen, vindt hij.

“Ik laat me toch niet gek maken door twee hysterische jonge homootjes?”, zei Johan Derksen vervolgens aan het begin van een uitzending van Veronica Inside (VI). Hij reageerde op de ophef die ontstond na zijn uitspraken over de brandbrief van twee homoseksuele voetbalsupporters aan de KNVB. In dezelfde minuut van de uitzending opperde hij overigens dat het woord ‘homo’ niet als scheldwoord gebruikt zou moeten worden op tribunes. De vrije meningsuiting van Derksen is kennelijk geen beletsel om de man na deze uitspraken onmiddellijk te benoemen tot ‘homofoob’ en hem in een kwaad daglicht te stellen. Linkse beroepsactivisten en staatsruifgraaiers als Sylvana Simons en Sunny Bergman vonden eerder al dat Derksen c.s. te ver gingen in hun grappen over onder andere homo’s. Het is opvallend dat de criticasters van Derksen zich niet laten horen na voetbalwedstrijden waarin het Joodse bevolkingsdeel van ons land dood wordt gewenst. Evenmin horen wij hen over de statuten van regeringspartij Christen Unie, die daarin homofilie afwijzen.

Het ‘rassificeren’ van zo ongeveer elke opvatting die het marxistisch-activistische discours onwelgevallig is, begint waanzinnige vormen aan te nemen. Om de haverklap staan er groepen op die, op zoek naar vage erkenning en vooral subsidie, verwijzen naar achterstelling en het gevoel van miskenning. Daarbij doet de realiteit er bij voorkeur verder niet toe, maar blijft men nadruk leggen op ‘het gevoel’ en proclameert men te spreken ‘namens een heel grote groep’. Terwijl de feiten zijn dat men er kennelijk zelf niet in slaagt een juiste balans te vinden tussen de eigen mening en die van een ander. Derksen heeft ongetwijfeld niets tegen homofielen en hun geaardheid zal hij beschouwen als hun zaak en niet de zijne.

Dat hij blijk geeft opgelucht te zijn om zelf niet tot die groep te behoren, maakt hem nog niet fobisch. Sterker: zo goed als de homofiel het recht heeft voor zijn geaardheid uit te komen, zo goed heeft die homofiel ook de plicht met de consequenties te leren omgaan. Het is al te goedkoop om die plicht bij een ander neer te leggen, om over het gekerm van Simons c.s. nog maar te zwijgen.

 

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

2 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Alex Baas
5 jaren geleden

Ondanks het feit, dat ik geen fan ben van betweterr Dhr. Derksen, vind ik wel, dat hij niet alleen de hand op de zere plek legt, maar er ook in knijpt. De schreeuwende minderheid staat op haar achterste benen, en die krijgen meteen een podium van onze geweldige NPO.

r dunki
5 jaren geleden

Normaal gesproken vraag ik mij op straat ècht niet af wat de sexuele geaardheid van een willekeurige voorbijganger zou zijn. Een mens heeft wel iets beters te doen.

Maar als hetero-sexuelen zich publiekelijk net zo ostentatief zouden gedragen, zo niet misdragen, als homo’s in een notoir ‘homo-nest’ als San Francisco dat op elke straathoek doen – en daartussen trouwens net zo hard- zou ik hen ook best een schop onder de derrière willen geven.