De aanval op onze vrijheid

Het credo van Sta-Pal is ‘het behoud van Nederland als een hoogwaardige, vrije en fatsoenlijke samenleving, met een eigen onvervangbare culturele identiteit’. Soms formuleert iemand een gedachte die volledig in dat credo past, als een comfortabele handschoen waarin je jezelf volledig vindt: ‘ Vrijheid eindigt daar waar de staat voor het geluk der burgers wil gaan zorgen ’, aldus de Berlijnse historicus Jörg Baberowski.

Jörg Baberowski. Afb: wikimedia-commons / Amrei-Marie.

In de Neue Zürcher Zeitung legt hij uit hoe hij van linkse extremist tot liberaal-conservatief transformeerde. ‘Voor mij zou het genoeg zijn als onder de linkse élite het idee de ronde deed dat niet allen wensen wat de (linkse) intellectueel wil’. Als scholier was hij gefascineerd door Marxistische theorieën, maar als student zag hij de grondslagen waardoor ideeën en filosofieën gedragen worden. Het Sovjet experiment had miljoenen mensen vermoord of, tenminste, hun leven verwoest en hij zag in dat het actuele conservatisme correspondeert met een realiteit die voortkomt uit de ervaring met onzekerheid en chaos, zeker toen hij in de jaren ’90 in Rusland kwam. Vrijheid en orde zijn geen tegenpolen, maar orde is de grondslag van de vrijheid (en chaos de preconditie voor Utopia). Conservatieven weten dat – en inmiddels ook alle Russen – reden waarom Baberowski zich heeft afgekeerd van ‘sociaal-technologische-voorstellingen’ en het waanidee dat men ‘alle mensen gelijk’ kan maken in een ‘perfecte samenleving’. De mens is nu eenmaal niet uit één kaarsrecht stuk hout gesneden, maar kan zich altijd keren tegen zijn zelf of door anderen opgelegde ‘vernuftige’ spelregels.

Baberowski ziet zich nu als een liberale conservatief omdat hij niet van mening is dat de staat de verantwoordelijkheid draagt voor het geluk of de perfectionering van de mensheid, maar juist ruimte moet creëren waarin mensen in ‘de cultuur van elkaar niet op de lip zitten’ hun plekje kunnen vinden. Alleen hij/zij die zich zo beschermd weet kan kansen aanpakken en realiseren; de liberale orde leeft als zij maar afdwingbaar is. ‘Liberaal’(in de correcte zin des woords) en ‘vrij’ steunen beiden op assumpties die ervan uitgaan dat het de staat niets aangaat wat de burger denkt of hoe hij leeft, maar de staat moet de voorwaarden daartoe zo scheppen dat de burgers, ondanks alle tegenslagen, hun eigen leven kunnen leiden.

Conservatieven hebben een realistischer mensbeeld dan linkse mensen die in hun emancipatie van de instituten hun verlichting zien, een valse voorstelling dat de mens de schepper van zijn wereld is en daar naar willekeur over kan heersen. Mensen die deze assumpties niet willen accepteren denken te kunnen doen en laten wat zij willen omdat hun – zwaar overschatte – ‘intelligentie’ het overbodig maakt om zich aan een vorm van orde te moeten onderwerpen.

Die ‘progressieve’ gedachte is incorrect omdat er al zoveel zaken zijn waarop wij niet de minste invloed hebben en miskent dat ons bestaan in veel opzichten gebonden is, maar die ‘linkse verlichting’ staat weldegelijk op een contradictoir fundament van waaruit zij hun ‘grondeloosheid’ (lees: gezweef) argumenteren. Wie dat inziet kan niet meer geloven dat de wereld naar believen gevormd kan worden.

De conservatief apprecieert wat meer stijl en scepsis en accepteert wat niet veranderd kan worden met een glimlach, onder het motto ‘morgen zijn wij toch allemaal dood’, maar de linkse wereldverbeteraar is een humorloze Filistijn die geen idee heeft van de belachelijkheid van het bestaan en daarmee zijn eigen belachelijkheid.

In de conservatief steekt een romanticus die ontdekt heeft dat de mens een middel is tot expressie, bijvoorbeeld van religie, taal en cultuur. Die mens bestaat in een context van overlevering en heeft een eigen plek en een eigen geschiedenis. Die mens is niet allen meester van zijn leefomstandigheden maar die komen ook door hem tot uitdrukking en daarmee kan hij die niet zomaar zelf vorm geven. Hegel formuleerde de gedachte dat de individuele mens zich slechts tegenover de staat manifesteert in groter (familie)-verband, een of andere vorm van samenwerking of religie. De mens op zich kan niet bestaan als individu tegenover de (over)-macht van de staat; hij zou ten offer vallen aan despotisch geweld en dat is precies waar het linkse collectivisme op mikt.

Alle grote ‘projecten’ van ‘wereldverbeteraars’ hebben slechts geleid tot ellende en geweld en zijn mislukt omdat zij geen rekening hielden met de menselijke (on)-mogelijkheden. Mensen hoeven daarbij geen slaaf te zijn van tradities, zeker niet als zij zich niet bewust zijn van de ‘gebondenheid van hun dagelijkse bestaan’. Voor de conservatieve intellectueel is duidelijk dat deze vage relatie tot de eigen traditie geen probleem oplevert omdat deze niet speelt in het dagelijks bestaan, maar voor linkse (semi)-intellectuelen rust een vloek op hun bestaan omdat zij niet onbevangen tegenover hun tradities staan, integendeel….

Het gevolg hiervan is dat conservatieven begrijpen dat men mensen niet zomaar zwaar beschadigen kan in de linkse drang naar wereldverbetering, omdat het leven die waanideeën corrigeert, maar dat kostte onnoemelijk velen het leven hetgeen de vraag oproept of aan dit soort experimenten om Utopia te creëren nu paal en perk gesteld is. Baberowski denkt dat wèl en rijkt als argument aan dat het conservatisme in Oost-Europa en veel Latijns Amerikaanse en Afrikaanse landen veel groter is dan in West Europa als gevolg van hun traumatische ervaringen met het socialistische geweld der wereldverbeteraars. Zij weten hoe fragiel de samenhangen in het aardse bestaan zijn en zullen, zoals de Russen, iedere vorm van maatschappelijke orde en stabiliteit als een waardevol goed koesteren.

Ook West Europa wordt conservatiever omdat na de aanvankelijke gouden jaren na W.O.II de onzekerheid toeslaat. De linkse élites willen in West Europa beslissen wat er wel en niet gezegd mag worden en proberen de kiezers te manipuleren om te accepteren dat die onzekerheid door globalisering, massa-immigratie en samenhangende criminaliteit het prijskaartje is voor hun ‘open maatschappij’(kijk eens naar een zalvend D’66 TV-spotje) Zolang deze linkse élites zelf vooral maar niets hoeven in te leveren kunnen en zullen deze egoïsten niet begrijpen waarom velen de voorkeur geven aan orde in plaats van hun linkse chaos. Het zou goed zijn als deze linkse (semi)-intellectuelen zouden inzien en, vooral, respecteren dat de ervaringen van de mensen onderling sterk verschillen en dat niet iedereen hetzelfde willen als zij in hun beperkte ideologische denkraampjes. Zij kunnen die mensen niet hun materiële en geestelijke vaderland ontfutselen en vervolgens steen en been klagen over ‘verkeerd populisme’, niet te vergeten ‘fascisme’, ‘racisme’ en de rest van die riedel.

Kortom, pijnloze verandering is geconditioneerd door de acceptatie van diegenen die ermee moeten leven en niet door een aantal arrogante salonsocialisten op de Amsterdamse grachten.

Met andere woorden, verandering moet ook als verbetering ervaren worden en dat is niet het geval met drammerige idées-fixes over Utopia. Conservatieven zijn pragmatisch omdat zij begrijpen dat de mens niet uit dat Utopische rechte stuk hout gesneden is en op elk gegeven moment aan de bel kan en mag trekken omdat de zaak ontspoort, iets waar intolerante en inflexibele communistische en socialistische ideologieën niet toe bereid en in staat zijn.

Het is net als met Adam en Eva die alles mochten behalve….. Gebrek aan zelfbeheersing en verleiding balanceren in delicaat evenwicht op de rand van vrijheid en dictatuur. Wie denkt dat hij die vrijheid kan en mag misbruiken om de staat als motor voor het menselijke geluk te doen functioneren, zet de deur juist wijd open naar het kwaad

De ‘progressieven’ lopen van de daken te schreeuwen dat conservatieven tegenstanders zijn van ‘de vooruitgang’. Maar welke ‘vooruitgang’ is dat, die zij zelf niet eens kunnen definiëren en die in de afgelopen honderd jaren meer dan 100 miljoen doden heeft gekost in de naam van Big Brother’s ellendige Utopia? Traditie beweegt zich langzaam, net als het klimaat, maar dat gaat ‘progressieven’ niet snel genoeg want zij geloven nu eenmaal niet in een hiernamaals, dus hun Luilekkerland moet ‘gisteren’ voor elkaar komen….

Het grote probleem is dat conservatieven zich niet in hersenloze collectivistische politieke bewegingen organiseren om hysterisch kabaal te maken dat alle redelijkheid en rechtmatigheid moet overstemmen. Stijl en scepsis zijn geen massaproduct dat zich leent voor de strijd tegen absolute, inhoudsloze linkse macht die niet in staat is om kritiek te accepteren, zelfs probeert critici het recht op vrije meningsuiting te ontzeggen, want ‘het goede’, ‘de waarheid’ en ‘de geïnstitutionaliseerde revolutie’ (Trotski’s ‘permanente revolutie’) zijn gerechtvaardigd naarmate je jezelf dat meer en meer wijsmaakt.

De nuchtere, koele ratio van de conservatief komt in het gedrang tegen de niet aflatende verhitte kanonnade van ‘fascisme’, ‘racisme’ en ‘nazisme’ en de corrupte Haagse politiek met de salon-socialistische kampioenen van D’66 voorop zorgt ervoor dat de kiezer voor vier jaren monddood wordt gemaakt door de activisten uit ‘het juiste milieu’. In Wilders zien wij een roepende in de woestijn die zelfs door Big Brother’s moreel corrupte rechterlijke macht ‘kaltgestellt’ wordt en – de op zich intelligente – Baudet sterft in zijn eigen narcisme in plaats van ook eens te appelleren aan een eenvoudiger kiezerspubliek dan het huidige.

In feite domineert het ‘deep state’ syndroom ook al in Nederland omdat de politiek niet meer zelfstandig kan beslissen maar afhankelijk is van de élite in de bureaucratie, in de justitie en in de massamedia. Men dient daarom te onderscheiden tussen enerzijds de rationele ‘conservatieve’ en anderzijds demagogische ‘rechtse’ concepten, waarbij de laatsten een ‘knee-jerk-reflex’ zijn op de ‘linksen’, dus even dom en emotioneel.

Deze ‘linksen’ geloven dat de mens volledig vrij is in, en meester is van, zijn eigen beslissingen en dat daartoe alle ruimte bestaat, hetgeen ‘leuk is voor sommige mensen’ die de consequenties daarvan niet dragen omdat zij de middelen en invloed hebben zich daaraan te onttrekken. Arme mensen hebben dat niet, maar tot hun verdriet krijgen zij geen erkenning van die linkse élite, noch waardering, laat staan het recht om hun mening te geven (want dat is ‘populisme’). Zeker nu het referendum met succes is vermoord krijgen zij geen kans om zich zelfstandig te ontwikkelen, maar al evenmin om gerespecteerd worden. Zo zien wij de linkse flauwekul over ‘de bonte multiculturele samenleving’, maar zodra immigranten moeten inburgeren en de taal, zeden en gewoonten moeten gaan leren, duiken zij in de parallelle samenleving onder. Degenen die daardoor in de verdrukking komen krijgen geen enkele erkenning, behalve van Wilders maar zijn aan de linkse willekeur overgeleverd van communistische, socialistische en islamitische gemeenteraden in Amsterdam en Rotterdam. Dàt is onze ‘bonte samenleving’ als gevolg van hun falende politiek die hen wel veel stemmen oplevert…

Ook globalisering speelt zijn funeste rol in een samenleving waar de resultaten der verkiezingen er in feite niet meer toe doen omdat ons leven door onzichtbare structuren wordt gemanipuleerd, of het nu gaat om het zotte energie- en het onwetenschappelijke, onbetaalbare klimaatbeleid of de gevaarlijke federalisering van Europa.

Als de mensheid zich niet weert tegen deze manipulatie is het afgelopen met onze vrijheid!

Naarmate de politiek steeds minder alternatieven biedt wordt de behoefte eraan ook steeds minder, dus het zou een goede zaak zijn als de politiek uit handen van het ‘Kartel’ wordt genomen en door een directere, regionale band met de kiezers verandert en verbetert. Slechts de decentralisering van onze politiek biedt de mogelijkheid de linkse terreur van de pluchezitters van VVD, CDA, D’66, GL, PvdA en SP terug te brengen. Het is een strijd van het fatalisme der alternatieflozen tegen ‘het Kartel’ en daarom is het zo zonde dat de ‘jeune premier’, die daarin zoveel furore leek te maken, nu zo hard bezig is om kiezers te vervreemden met zijn narcisme.

Zoals altijd is het noodzaak dat de zwijgende meerderheid de moeite neemt om eens zich los te scheuren van de spelletjesshows en hun biertje, want zij zitten lang genoeg tussen de wal en het schip. Directere democratie hangt niet alleen af van verkiezingen en dat is wat FvD wèl goed doet door wekelijks het land in te trekken om die binding te creëren en de kiezers te bewegen om de politiek weer de macht te geven om tot beslissingen te komen door die macht weer uit handen van de bureaucratie, justitie, onderwijsinstellingen etc. terug te pakken.

 

 

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties