Europa: het failliet van de democratie

Ons nationale parlement heeft nog maar weinig in de melk te brokkelen, u weet wel: dat parlement waar we vroeger één keer per 4 jaar naar de stembus gingen en tegenwoordig gemiddeld elke twee jaar. ‘Een feest van de democratie’ wordt het wel genoemd, maar de wetten worden er vrijwel niet meer gemaakt.

Europese ‘kopstukken’… Afb: pixabay

Voormalig Duits bondspresident Roman Herzog vroeg zich in 2007 al eens af of zijn land nog een parlementaire democratie was. Immers: ‘84% van alle Duitse wetgeving stamt uit Brussel,’ zo merkte hij op. Dat zou nog wel te verdedigen zijn als er op Europees niveau een gekozen parlement voor de wetgeving bevoegd was, maar dat is slechts zeer gedeeltelijk het geval. Als het over de kwaliteit van komkommers, bananen of vibratoren gaat bijvoorbeeld, dan is het Europese Parlement bevoegd. Als het over economie, financiën of buitenlandse zaken gaat echter helemaal niet en worden de wetten of decreten voorgeschreven  door enkele voormalige communisten of nationaal gesjeesde socialisten.

De  door de Nederlandse bevolking als enige gelegitimeerde wetgevende macht middels verkiezingen, moet zich kennelijk door ‘Europese afspraken’ beperken tot een klein deel van de wet. Het grootste deel van de bevoegdheid is afgestaan aan ‘Europa’ zonder dat de burger ooit iets werd gevraagd. De ene keer dat dit wel gebeurde, was het antwoord een massaal ’nee’ maar kennelijk mocht het niet baten. Wij stemmen op een Parlement zonder ons te realiseren dat dit Parlement eigenlijk maar weinig te vertellen heeft. ‘Het geloof dat men de traditionele Europese waarden kan behoeden terwijl men de instellingen afschaft die deze waarden hebben mogelijk gemaakt’ was onder andere de voormalige Tsjechische President Vaclav Klaus een doorn in het oog, maar de Europese politieke instanties spraken er schande van dat hij dit durfde te zeggen.

Tja, er zijn wel elementen van de democratie in de Europese instellingen (het moest er nog bijkomen van niet) en mensen als Guy Verhofstadt halen die dan ook graag aan om te ‘bewijzen’ dat de EU wel degelijk democratisch is. Maar hetzelfde gold voor de Sovjet-Unie, dat echte verkiezingen voor een heus parlement organiseerde. Sommige Oostbloklanden hadden zelfs formeel een stelsel, met partijen “bevriend met de Communistische Partij”. Als de DDR formeel een democratie was, dan mag de EU er natuurlijk ook één heten, en omgekeerd allicht ook wel. Of het echter nog betamelijk is om die stelling te verdedigen?

In Griekenland werd het laatste restje democratie opgeruimd toen premier Papandreou in november 2011 het referendum weer afblies dat hij zelf pas had aangekondigd. Bijna pathetisch had hij geroepen dat de wil van het volk absoluut bindend was. Onder zware Europese druk (lees: geld) slikte hij zijn woorden weer in om plaats te ruimen voor de bankier Papademos. Niet de Griekse bevolking maar een kleine Europese kliek benoemde zomaar een regeringsleider in een lidstaat. Ook in Italië zette de EU haar eigen (dus niet gekozen) man Mario Monti op de plaats van de door de Italiaanse bevolking gekozen premier Silvio Berlusconi. Gewoon: omdat dit kennelijk in het vermogen van ‘Brussel’ lag. Sinds zij de uitslag van het Franse en Nederlandse referendum over de EU-grondwet heeft genegeerd, gaat de EU zelf als instituut steeds openlijker tegen de democratie in zoals de DDR in haar bedenkelijke ‘beste dagen’ onder Honecker.

Dit alles staat natuurlijk op buitengewoon gespannen voet met onze Grondwet. Hierin is bepaald dat Nederland een soevereine staat is met een Parlementair stelsel. Ons Parlement is de enige wetgevende macht binnen de grenzen van het Koninkrijk der Nederlanden. Maar kennelijk is dat toch weer niet zo, omdat een groot deel van de wetten opgedrongen wordt door Brussel en door het Parlement verordonneerde wetgeving ‘getoetst’ worden door ‘Europa.’ Zo heeft onze Minister van Sociale Zaken zijn laatste lumineuze idee om buitenlanders te laten integreren middels het tekenen van een contract, afgewezen zien worden door ‘Europa.’ Dit voorbeeld, hoe mineur ook, laat al zien dat het met onze huidige vorm van democratie niet al te goed meer is gesteld. Door onze Volksvertegenwoordigers aangestelde Ministers moeten kennelijk eerst ‘met de pet in de hand’ langs Brussel om te vragen of het goed is wat het door de Nederlandse burgers gekozen Parlement hen heeft opgedragen te doen. De Nederlandse burger moet door de EU welhaast als tweederangs beschouwd worden, tenzij het om hun financiën gaat.

Er is maar één manier om deze onzin te laten ophouden: onze Grondwet dient zo spoedig mogelijk te worden gewijzigd en wel zodanig dat binnen het Koninkrijk uitsluitend en zonder uitzonderingen, elk wetsvoorstel door het Nederlandse Parlement moet worden aangenomen, alvorens in werking te kunnen treden. De Nederlanders hebben immers tijdens de verkiezingen alleen dat instituut aan kunnen wijzen als ‘Wetgevende macht.’ Dat de stemverhoudingen in de Tweede Kamer v.w.b. Europese regelgeving daarmee direct electoraal gevolgen heeft kan alleen maar louterend werken op onze politici.

En of de komkommers er een beetje behoorlijk uitzien……. Dat beoordelen we zelf wel in de winkel.

 

 

Deel dit:
0 0 stemmen
Artikel waardering
Abonneer
Laat het weten als er

2 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Hein
5 jaren geleden

De EU is idd en ondemocratisch luis in onze pels. Maar onze regering heeft nog steeds veel te zeggen. Zij introduceren zelfs de grootste welvaarts- en kapitaalvernietiging ooit: De klimaatwet en de gaswet. Twee kompleet gestoorde maatregelen voor het oplossen van niet-bestaande problemen maar met een enorme negatieve impact op de samenleving. Hoe is deze idioterie ongedaan te maken? Hoe komen wij van dit rampenkabinet af. Ik dacht dat het vorige kabinet met de pvda het slechtste ooit was maar dit kabinet is nog veel erger. En de liegende Pinokkio Rutte laat zijn ware aard zie.

r.dunki
5 jaren geleden

Ons parlement heeft inderdaad ‘weinig te vertellen’ maar is daar voor een groot deel medeplichtig aan op straffe van het missen van een goed betaald baantje in het kartel.

Zodra kamerleden accepteren te stemmen op last van hun fractie, dus “met ruggespraak”, in flagrante strijd met de Grondwet, is er niemand die de regering en de fractievoorzitters voor de rechter sleurt. Maar daarmee is ons parlement op voorhand al ‘monddood’ gemaakt en wij staan erbij en kijken ernaar hoe ‘ons soort mensen’ de dienst uitmaakt, hetzelfde slag waarvan Brussel overloopt.

In de één- na-laatste alinea hierboven staat (mijns inziens terecht) : ” onze Grondwet dient zo spoedig mogelijk te worden gewijzigd en wel zodanig dat binnen het Koninkrijk uitsluitend en zonder uitzonderingen, elk wetsvoorstel door het Nederlandse Parlement moet worden aangenomen, alvorens in werking te kunnen treden”.

Dat gaat helaas voorbij aan het feit dat aan EU richtlijnen al sinds mensenheugenis (door het Europese Hof van Justitie) “directe werking” toegekend wordt, zelfs als de nationale overheid “vergeet” die in nationale wet om te zetten: ciao souvereiniteit!

Recentelijk zag ik het achterbakse mannetje Penthouse een lyrische opsomming geven van de “ontelbare voordelen” van de EU. Toen hij, noodgedwongen, de omstreden “directe werking” van Europese richtlijnen (let wel, geen democratisch tot stand gekomen wetten) aansneed, zei hij nonchalant : “… ach, en als zij een beetje van onze souvereiniteit nodig hebben, nou, dan geven wij die toch!”
Dit is de salamietactiek waarmee salon-socialisten als Rutte en Pechtold onze souvereiniteit ondermijnen en dagelijks de Grondwet (proberen te) omzeilen.

Tot slot, op een positieve noot, refereer ik aan de passage: “Als het over de kwaliteit van komkommers, bananen of vibratoren gaat bijvoorbeeld, dan is het Europese Parlement bevoegd”.

Kijk, daar heb ik nu wèl alle vertrouwen in, vooral als ik de permanent verwilderde blik van Judith Sargentini zie…